Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord (2)
Als je woorden met een
korte klank aan het einde van de klankgroep langer maakt, dan komt er een medeklinker bij. Dit geldt ook voor het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.
Bijvoorbeeld:
Mijn oma heeft de planten verpot –> de verpotte planten.
Bij woorden met een lange klank aan het einde van een klankgroep, haal je een klinker weg als je ze schrijft. Dit geldt ook voor het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.
Bijvoorbeeld:
De plantjes in de schaduw zijn vergaan –> de vergane plantjes.