present perfect

Today
We're going to have a look at the Present perfect.
Then you can choose, practice with:
Present perfect.
Present simple.
Present continuous.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Today
We're going to have a look at the Present perfect.
Then you can choose, practice with:
Present perfect.
Present simple.
Present continuous.

Slide 1 - Tekstslide

What does it look like?
Form of "have" + voltooitdeelwoord (3e rijtje)

Slide 2 - Tekstslide

What does it look like?
Form of "have" + voltooitdeelwoord (3e rijtje)
I have lost my keys.
He has hurt his finger.
She has missed the bus.
They have been together for 3 years.

Slide 3 - Tekstslide

When do you use it?
Als iets is begonnen in het verleden en:
1. nu nog bezig is.  OF
2. nu nog invloed heeft.


Slide 4 - Tekstslide

I have lost my keys.


Slide 5 - Tekstslide

I have lost my keys.

Verliezen gebeurde in het verlededen.

Heeft effect op het verleden: Ik ben aan het zoeken.

Slide 6 - Tekstslide

He has hurt his finger.


Slide 7 - Tekstslide

He has hurt his finger.

Hij deed zich pijn in het verleden.

Het doet nog steeds pijn in het heden.

Slide 8 - Tekstslide

She has missed the bus.


Slide 9 - Tekstslide

She has missed the bus.

Ze miste de bus in het verleden.

Het effect is in het heden: ze moeten lopen of is te laat voor school, etc.

Slide 10 - Tekstslide

They have been together for 3 years.


Slide 11 - Tekstslide

They have been together for 3 years.

Hun relatie begon in het verleden.

Ze zijn nog steeds samen in het heden.

Slide 12 - Tekstslide

Verschillende tijden:
Present simple:

Present continuous:

Present perfect:

Past simple:


Voorbeeld:
I play soccer.

I am playing soccer.

I have played soccer.

I played soccer.


Slide 13 - Tekstslide

I _____ _____ that movie twenty times. (to see)

Slide 14 - Open vraag

____ you ____ that book yet? (to read)

Slide 15 - Open vraag

He ____ not ____ me yet! (to call)

Slide 16 - Open vraag

I ____ _____ her before. (to meet)

Slide 17 - Open vraag

____ you ____ breakfast yet? (to eat)

Slide 18 - Open vraag

Let's get to work!
Ga naar:
maken.wikiwijs.nl/119760

Vind je grammatica lastig?
- Begin bij het onderwerp dat je
lastig vind!
Vind je grammatica geen probleem?
- Begin bij "Alles door elkaar"

Slide 19 - Tekstslide