Language Teaching and Assessing week 2.2_TV

Language Teaching and Assessing
week 2.2 De Beginsituatie en Leerdoelen opstellen
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
OnderwijswetenschappenWOStudiejaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Language Teaching and Assessing
week 2.2 De Beginsituatie en Leerdoelen opstellen

Slide 1 - Tekstslide

Test je kennis over hfd. 4
De volgende vragen gaan over hoofdstuk 4.
M.n. over het taalproductiemodel.
Bij onduidelijkheid, opnieuw lezen.

Slide 2 - Tekstslide

Als je bedenkt welke boodschap je wilt overbrengen gebruik je je...
A
conceptualizer
B
formulator
C
lexicon
D
articulator

Slide 3 - Quizvraag

Als een boodschap preverbaal is en je nog bezig bent met bedenken hoe dit omgezet kan worden in woorden en zinnen...
A
conceptualizer
B
formulator
C
lexicon
D
articulator

Slide 4 - Quizvraag

Hoe noem je het 'databestand' waarin de woordenschat ligt opgeslagen?
A
conceptualizer
B
formulator
C
lexicon
D
articulator

Slide 5 - Quizvraag

Hoe noem je het proces waarbij de boodschap naar buiten gebracht moet worden in uitgesproken klanken?
A
conceptualizer
B
formulator
C
lexicon
D
articulator

Slide 6 - Quizvraag

Doelen
Je kunt ...
  • het doel van een spreek- of schrijfopdracht benoemen/formuleren 
  • verschillen noemen tussen spreken en schrijven
  • de moeilijkheidsgraad van een spreek- of schrijfopdracht beïnvloeden m.b.v. oefenparameters. 
  • een beginsituatie beschrijven en bijbehorende lesdoelen opstellen

Slide 7 - Tekstslide

Programma
  • Theorie H4: oefenparameters

  • Toepassen oefenparameters op voorbeeld lesmateriaal
  • De beginsituatie uitdenken
  • ERK doel selecteren en lesdoel ontwerpen 

Slide 8 - Tekstslide

even kijken...

Slide 9 - Tekstslide

Realistische en relevante context (CTO)
van eenvoudig naar meer complex
van boodschappenbriefje, to do lijstje, . naar email of review

Slide 10 - Tekstslide

Doorgeef verhaal
Vraag voor het gebruik: 
Welke bouwstenen zijn nodig voor deze schrijfopdracht? 
Kun je hier een communicatief leerdoel bij bedenken? 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Verdeel de klas in expert groepen en leg uit: Oefenparameters voor spreken/schrijven
1. Tijd (tempo)
2. Communicatief gericht of taalgericht
3. Vrij, geleid of (sterk gestuurd)
4. Monologisch tegenover dialogisch
5. Reproductief tegenover productief
6. Gefingeerde situatie tegenover reële (klassen)situatie
7. Makkelijk tegenover moeilijk - inhoudelijk en talig

Slide 13 - Tekstslide

WERKBLAD 2A - OEFENING 1: Oefenparameters
Je krijgt een spreek- of schrijfopdracht uit een leergang en bepaal de parameters. 
(Zie werkblad 2A - oefening 1)
10 min - in twee- of drietallen
Deel daarna bevindingen met een ander groepje. 

Slide 14 - Tekstslide

ERK doelen
  • geef in je lesplan duidelijk aan /maak duidelijke keuze voor een bepaalde taalvaardigheid
  • geef het ERK niveau aan
  • KIES een specifiek leerdoel (dus zoek verder dan de algemene niveau beschrijving

Slide 15 - Tekstslide

Leerdoelen formuleren
Voorbeeld:
(By the end of this lesson) You can give information about what your life was like when you were little. 
komt overeen met (algemene) ERK doel: 
Spreken (A2)
Kan plannen en afspraken, gewoonten en routinehandelingen, activiteiten uit het verleden en persoonlijke ervaringen beschrijven. (A2+)


SPA2-1f

Slide 16 - Tekstslide

Wat is belangrijk voor het formuleren van een lesdoel /vakspecifiek leerdoel?

  • SMART (specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdsgebonden)
  • Communicatief
  • Een actief werkwoord
  • Een duidelijk middel, product, proces of uitkomst



Slide 17 - Tekstslide

Oefening 2 - Verbeter de leerdoelen

Gebruik werkblad 2A - oefening 2 en volg de stappen.
In duo's
10 minuten
Klaar? Deel jouw ideeën met je buren. Kijk of je van elkaar nog ideeën over kunt nemen.

Slide 18 - Tekstslide

Verbeterde leerdoelen
  1. de leerlingen  kunnen de past simple gebruiken in een verhaaltje
  2. aan het einde van de les kunnen leerlingen een formele brief schrijven
  3.  de lln kunnen een dialoog naspelen
  4. Aan het einde van deze les kunnen leerlingen maaltijden in het Engels beschrijven op een menukaart voor een restaurant.
  5. De leerlingen kunnen een creatieve en interessante brochure over een vakantiebestemming maken in het Engels.

Slide 19 - Tekstslide

De Beginsituatie
  • Wat weten de leerlingen al over het onderwerp?
  • Wat kunnen de leerlingen al? (Dit haal je uit reeds behaalde leerdoelen)
  • Wat hebben de leerlingen nodig om aan deze les/activiteit te kunnen beginnen? 

Slide 20 - Tekstslide

Bouwstenen
  • Taalproductie vraagt  meer inspanning EN is  ook "spannender" 
  • Dus om een activiteit/opdracht een succes te laten zijn moeten de lln/studenten goed voorbereid zijn.
  • Werk vanuit  scaffolding; waar bouw je op (door)? 

Slide 21 - Tekstslide

Oefening 3 - De Beginsituatie
Gebruik werkblad 2A en volg de stappen.
Zelfstandig
10 minuten
Klaar? Deel jouw ideeën met je buren. Kijk of je van elkaar nog ideeën over kunt nemen.

Slide 22 - Tekstslide

Oefening 4 – Aan de slag met je eigen productieve les  
 
  • Bespreek met je WPB’er dat je een spreek-/schrijfles wilt geven in week 5 of 6 en kies een spreek/schrijfdoel uit. Hiermee ga je je beginsituatie beschrijven, een ERK doel selecteren en een lesdoel SMART formuleren.
  • Verwerk dit op het voorblad van het HAN-lesplanformulier. Dit is onderdeel 2A wat je inlevert voor feedback. 

Slide 23 - Tekstslide

Hebben we de doelen behaald?
Je kunt ...
  • het doel van een spreek- of schrijfopdracht benoemen 
  • verschillen noemen tussen spreken en schrijven
  • de moeilijkheidsgraad van een spreek- of schrijfopdracht beïnvloeden m.b.v. oefenparameters. 
  • een beginsituatie beschrijven en bijbehorende lesdoelen opstellen

Slide 24 - Tekstslide

Volgende Week 
Kwakernaak: Lees 10.2, 10.3, 11.2 en 11.3. (Bekijk Scrivener ook nog eens voor praktische 
voorbeelden!)
Deadline feedback deel 2A: 
Woensdag 16 november 2023 
[23.59 uur] via Teams
Gebruik werkblad 2A als inspiratie

Slide 25 - Tekstslide