3Havo scheikunde 6.1 Zeep

Hoofdstuk 6 - Schoon
Paragraaf 6.1 - Hoe maak je iets schoon?

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 6 - Schoon
Paragraaf 6.1 - Hoe maak je iets schoon?

Slide 1 - Tekstslide

Schoonmaken

Slide 2 - Woordweb

Leerdoelen 6.1
Je kan voorbeelden noemen van schoonmaakmiddelen
Je kan uitleggen hoe zeep werkt en kan daarbij de termen hydrofoob en hyrofiel gebruiken.
Je kent enkele GHS symbolen uit je hoofd.

Slide 3 - Tekstslide

Practicum 1

Slide 4 - Tekstslide

Schoonmaakmiddelen
  • Halen vuil weg
  • Elk soort vuil heeft specifieke eigenschappen en dus een specifiek schoonmaakmiddel

Slide 5 - Tekstslide

Zeep
Hydrofiel: Waterminnend

Hydrofoob: Watermeidend

Ezensbrug: Chocofiel, Xenofoob etc. 

Slide 6 - Tekstslide

Emulsie
Water en olie mengen niet

Emulgator is een stof die zorgt dat water en olie kunnen mengen

Zeep is een emulgator

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Werking emulgator
Olie lost op in kleine drubbeltjes

Slide 9 - Tekstslide

Risico's van schoonmaakmiddelen
Elk schoonmaakmiddel heeft ook zijn gevaren:
  • Giftig voor mens en dier
  • Aantasting huid
  • Vervuilingmilieu

Slide 10 - Tekstslide

GHS - symbolen

Slide 11 - Tekstslide

Opdrachten maken
Maken opdracht 2 t/m 5, 8

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoelen 6.1
Je kan voorbeelden noemen van schoonmaakmiddelen
Je kan uitleggen hoe zeep werkt en kan daarbij de termen hydrofoob en hyrofiel gebruiken.
Je kent enkele GHS symbolen uit je hoofd.

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk
Leren pragraaf 5.1, 5.2 en 5.3

Lezen 6.2

Slide 14 - Tekstslide