19OA 26 okt
1 / 19
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hier zou ik het vandaag wel over willen hebben
(AFP-gerelateerd natuurlijk :-) )
(AFP-gerelateerd natuurlijk :-) )
Slide 2 - Open vraag
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Linker kamer
Rechter kamer
Linker boezem
Rechter boezem
Slide 5 - Sleepvraag
Wat is de functie van hartkleppen?
A
Verder duwen van het bloed
B
Scheiden van zuurstofrijk en zuurstofarm bloed
C
Zorgen dat bloed niet terug kan stromen
D
Regelen van de stroomsnelheid van het bloed
Slide 6 - Quizvraag
Zitten er in bloedvaten ook kleppen? Zo ja, in welke bloedvaten?
A
In de slagaders
B
In de aders
C
In de haarvaten
D
In geen enkel soort bloedvaten
Slide 7 - Quizvraag
Hoe heet de aandoening die ontstaat wanneer aderen wijder worden, doordat de kleppen niet goed meer werken?
Slide 8 - Open vraag
Functies van de grote
bloedsomloop
bloedsomloop
Slide 9 - Woordweb
Symptomen bij vernauwing/
afsluiting van slagaders
in een been
afsluiting van slagaders
in een been
Slide 10 - Woordweb
Symptomen bij vernauwing/
afsluiting van aders
in een been
afsluiting van aders
in een been
Slide 11 - Woordweb
Wat is de relatie tussen een trombosebeen (DVT) en een longembolie (LE)
A
Ze worden allebei veroorzaakt door een te hoge bloeddruk.
B
Ze kunnen allebei de oorzaak zijn van een herseninfarct.
C
Een longembolie is een mogelijke complicatie van een trombosebeen.
D
Een trombosebeen is een mogelijke complicatie van een longembolie
Slide 12 - Quizvraag
Wat zijn de kransslagaders?
A
Bloedvaten met zuurstofrijk bloed in de huid.
B
Bloedvaten met zuurstofrijk bloed op het hart.
C
Bloedvaten met zuurstofarm bloed in de buikholte.
D
Bloedvaten met zuurstofarm bloed in de schedelholte.
Slide 13 - Quizvraag
Hoe heet de aandoening waarbij hartspierweefsel afsterft doordat een kransslagader afgesloten of zeer ernstig vernauwd is?
Slide 14 - Open vraag
Hoe heet de aandoening waarbij er pijn op de borst ontstaat op het moment dat het hart harder moet werken? De oorzaak van de aandoening is vernauwing van de kransslagaders.
A
Hartinfarct
B
Boezemfibrilleren
C
Angina pectoris
D
Klep-insufficiëntie
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Perifeer
zenuwstelsel
Centraal zenuwstelsel
Motorische zenuw
Sensorische zenuw
Slide 17 - Sleepvraag
Parasympatisch zenuwstelsel
Sympatisch zenuwstelsel
grotere productie van spijsverteringssappen
snellere darmbeweging
snellere nierwerking
verlaagt de hartslag- en ademhalings-frequentie
hogere hartslagfrequentie
remt de spijsvertering
verwijdt de pupillen
stimuleert afgifte van adrenaline
