HST 6 Hart en bloedvaten

Het hart
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Het hart

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ZZO.2SA
Anatomie
Pathologie
Week 1
Hart en bloedvaten
6
Hart en vaatziekten
6
Week 2
Bloed
6
Bloed en bloedvormende organen
6
Week 3
Ademhalingsstelsel
7
Ziekte luchtwegen
7
Week 4
Uitloop/TM
Uitloop/TM
Week 5
Zintuigen
11
Oog en oor
12
Week 6
Zenuwstelsel
10
Zenuwstelsel
12
Week 7
Zenuwstelsel
10
Uitloop/TM
Week 8
Week 9

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

MB.3fa
Anatomie
TM
Week 1
Regels rond geneesmiddelen 
Week 2
Medicatie werking en bijwerking
Week 3
Hart en bloedvaten
6
Week 4
Bloed
6
Week 5
Uitloop/TM
Week 6
Ademhalingsstelsel
7
Week 7
Afweersysteem
9
Week 8
Afweersysteem
9
Week 9
Uitloop/TM

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel weet jij al over het hart?
010

Slide 4 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen hart
Je kunt:
  • Uitleggen waar in het lichaam het hart zich bevindt.​
  • Uitleggen wat de grote en kleine bloedsomloop is. 
  • De werking van het hart beschrijven. ​
  • Drie soorten bloedvaten in het lichaam onderscheiden en de kenmerken ervan beschrijven.
  • Beschrijven hoe de bloeddruk werkt



Slide 5 - Tekstslide

Iemand eigenaar maken van 1 leerdoel. Einde les leerdoel samenvatten
Ligging
Spier​ met zuig-perspomp​

Grootte = gebalde vuist​
In borstholte​
Tussen longen​
Links 





Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Denken
Hoe ziet het hart er uit? 
Kies werkblad en ga deze maken
10 min
Delen
Overleg met je buur wat je weet en vul aan
5 min
Uitwisselen
Klassikaal nabespreken
10 min

Slide 8 - Tekstslide

Uitprinten groot hart van werkblad voor klassiekaal bespreken: wat ligt waar? en functie
Differtentiatie: Degene met laag cijfer mag op internet informatie zoeken
Buitenkant
Binnenkant

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

In welke volgorde stroomt het bloed door het hart?
A
linker boezem - linker kamer - rechter boezem - rechter kamer
B
rechter boezem - rechter kamer - linker kamer - linker boezem
C
rechter boezem - rechter kamer - linker boezem - linker kamer

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk gedeelte van het hart is de wand het dikst (meest gespierd)?
A
linker boezem
B
rechter kamer
C
rechter boezem
D
linker kamer

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De hartkleppen zorgen
ervoor dat bloed
A
sneller stroomt
B
niet terugstroomt in de boezems
C
niet terugstroomt in de kamers
D
langzamer stroomt

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

3 types bloedvaten: ​

Slagaders​
Haarvaten​
Aders 


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slagaders
Bloed van hart naar organen ​

Hoge druk ​
Stevige dikke wand​
‘Hartslag’ voelbaar door uitzetting​

Vb. aorta, longslagader ​





Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Haarvaten
Netwerk ​

Bij elk orgaan​
Zo dun als een haar ​
Uitwisseling zuurstof / voedingsstoffen / afvalstoffen ​
Bloed <--> weefsel 



Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aders
Dunne wand, breed vat ​

Soms met kleppen (armen / benen) ​
Bloed van organen => hart 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloeddruk 
  • Pompkracht hart en wijdte bloedvaten = Bloeddruk (tensie) 

  • Onderdruk/diastolische waarde = wordt gemeten als het hart ontspant.
  • Bovendruk/systolische waarde = wordt gemeten als het hart samentrekt.

  • Normale bloeddruk = 120/80 
  • Hypertensie = hoge bloeddruk, bovendruk hoger dan 140
  • Hypotensie = lage bloedruk, Vrouwen 100/60, mannen 110/70 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen hart
Je kunt:
  • Uitleggen waar in het lichaam het hart zich bevindt.​
  • Uitleggen wat de grote en kleine bloedsomloop is. 
  • De werking van het hart beschrijven. ​
  • Drie soorten bloedvaten in het lichaam onderscheiden en de kenmerken ervan beschrijven.
  • Beschrijven hoe de bloeddruk werkt



Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel weet jij nu over het hart en de bloedvaten?
010

Slide 21 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Maak uit TM HST 6 'bloed en bloedsomloop''
Opdracht 8, 10a/b, 11, 13, 14, 16a/b/c, 19

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies