- vloeiendheid, verstaanbaarheid en grammaticale beheersing
Slide 4 - Tekstslide
Geef aan dat er al samenhang is doordat de presentatie over één onderwerp gaat. Er wordt verwacht dat je het onderwerp verder voorziet van informatie en de verschillende onderdelen meer met elkaar in verbinding kunt brengen...
Informeren = spreekdoel, dus feiten gebruiken. Overtuigen = spreekdoel, dus argumenten gebruiken.
In het slot zit overtuigen. Geef aan dat de onderwerpen uit de kern gebruikt kunnen worden om de de luisteraar te overtuigen. Argumenten dienen goed te worden onderbouwd.
Een presentatie heeft meerdere aspecten waar jij rekening mee moet houden.
Vragen over het examen Spreken?
Slide 5 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Examen Schrijven
Je krijgt minimaal twee schrijfopdrachten;
voorbeelden van tekstsoorten:
* betoog
* zakelijke brief of zakelijke e-mail
* verslag
* artikel (informatief artikel, beschouwing e.d.)
(wees goed voorbereid, bekijk de feedback op de teksten die je gemaakt hebt en zorg dat je kennis hebt van de algemene inhoud van deze teksten, ken de structuur die bij jouw tekstsoort past: voorbeelden)
Slide 6 - Tekstslide
Geef aan dat iedere tekst zijn eigen regels/afspraken heeft met betrekking tot de opbouw van een tekst.
Alle teksten hebben een inleiding, kern en slot. Maar wat er in moet komen te staan, die kennis moet de student hebben.
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Wijs de studenten op de kennis die zij nodig hebben om met een tekst aan de slag te kunnen.
Er is tot op dit moment nog niet voorgekomen in onze examens dat er gevraagd wordt om een minimaal/maximaal aantal woorden.
LEZEN
Lees theorie 1, 2, 3 en 4 door van StudieReader (examentraining, instellingsexamens, hoofdstuk 1 schrijven).
Gelezen? Steek digitaal handje op
timer
7:00
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat wil je nog doen?
Bedenk waar jij nog mee wil oefenen, welke tekst wil je nog maken en laten voorzien van feedback voor een goede voorbereiding op het examen. Kies een tekstsoort waar je mee aan de slag gaat.
Brief: opdracht 10 of 11 of 12
Artikel: opdracht 14 & 15 of 17 Betoog: 18 & 19 of 21
StudieReader; examentraining; instellingsexamens; hoofdstuk 1 Schrijven Bepaal je keuze en noteer de tekstsoort waar je mee aan de slag gaat in dit kanaal!
Slide 10 - Tekstslide
Wellicht goed om een beeld te hebben waar de studenten mee aan de slag gaan, motiveren om daadwerkelijk iets te schrijven nog voor het examen..
Geef aan of je dit wel/niet wil... haal het desnoods uit de les mocht je geen overzicht willen.