Economie en OndernemenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3
In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Toetsvoorbereiding H1 3kader
Slide 1 - Tekstslide
PRIMAIR
SECUNDAIR
Plaats de behoeften in de bijbehorende vakken.
Primaire behoeften
Secundaire behoeften
Medicijnen
Vitaminepillen
Benzine
Smartphone
Televisie
Bed
Groente en fruit
Auto
Beroepsopleiding
Slide 2 - Sleepvraag
Hoe krijg je schaarse goederen?
A
gratis
B
door tijd of geld
C
door te ruilen
D
door ervoor te bedelen
Slide 3 - Quizvraag
Hoe heet het tegenovergestelde van schaarse goederen?
Slide 4 - Woordweb
Je welvaart stijgt als ALLEEN je behoeften dalen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Welke P's herken je hier? aan wat? A personeelsbeleid B plaatsbeleid C presentatiebeleid D productbeleid E promotiebeleid F prijsbeleid
Slide 6 - Open vraag
Product
Plaats
Prijs
Promotie
Presentatie
Personeel
bereikbaarheid
klantvriendelijk
uitstraling
winkel
verpakking
huismerk
reclame
demonstratie product
aanbieding
korting
plaats in rek
Slide 7 - Sleepvraag
Zijn de volgende beweringen juist of onjuist? 1 Als je iets koopt om in je behoeften te voorzien, dan ben je een consument. 2 Als je op aanraden van je broer deze telefoon koopt, is dat sociale beïnvloeding. 3 De meeste bedrijven vinden het koopgedrag van jongeren oninteressant. 4 Wanneer je iets koopt omdat je via social media een advertentie hebt gezien, is dat sociale beïnvloeding.
Slide 8 - Open vraag
Commerciële reclame
Ideële reclame
Informatieve reclame
Slide 9 - Sleepvraag
Dit is een voorbeeld van
A
a-merk
B
b-merk
C
c-merk
D
huismerk
Slide 10 - Quizvraag
De verwachte inkomsten afstemmen op de verwachte uitgaven is een omschrijving van:
A
Begroten
B
Budgetteren
Slide 11 - Quizvraag
Meneer Pas heeft de volgende inkomsten: loon 1500,- krantenwijk 120,- hond van de buren uitlaten 50,- Zijn uitgaven zijn hypotheek 1.000,- kosten vrouw en kinderen 650,- hobby's 100,-
Hoe groot is het tekort van meneer Pas in procenten van zijn inkomen.
Slide 12 - Open vraag
Meneer Pas heeft de volgende inkomsten per maand: loon 1500,- krantenwijk 120,- hond van de buren uitlaten 50,- Zijn uitgaven zijn hypotheek 900,- kosten vrouw en kinderen 650,- hobby's 100,-
Hoeveel geeft hij per dag uit aan zijn vrouw en kinderen?
Slide 13 - Open vraag
Luuk en Caro praten over vaste lasten. Luuk zegt: "vaste lasten keren regelmatig terug." Caro zegt: "vaste lasten zijn elke maand even hoog."
A
Caro heeft gelijk
B
Luuk heeft gelijk
C
Caro en Luuk hebben gelijk
D
ze hebben beiden geen gelijk
Slide 14 - Quizvraag
Meneer Pas spaart voor een tuinhuisje waar hij lekker tot rust kan komen. Dit huisje kost 4.500 euro, hij wil ook graag een hele dikke TV in zijn huisje, deze kost 1.200,- euro. Hij is al 13 maanden aan het sparen (350,- per maand).
Hoeveel maanden moet hij nog sparen om zijn droomhuisje te kunnen kopen (met de dikke TV)? antwoord in hele maanden.
Slide 15 - Open vraag
Verhuur van haar 2e woning;
Rente op haar spaarrekening
loon voor het werken in de Tuin
Het inkomen van Esmee bestaat uit drie soorten,
sleep de goede inkomens vorm er achter.
bezit
Overdracht
Arbeid
Slide 16 - Sleepvraag
Je inkomen stijgt met 1,5% en de prijzen stijgen met 2%. De koopkracht
A
Stijgt
B
Daalt
Slide 17 - Quizvraag
Een fiets kost in 2015 (het basisjaar) gemiddeld 350 euro. in 2016 kost een fiets gemiddeld 385,- euro.
Wat is het indexcijfer voor de fiets in 2016?
Slide 18 - Open vraag
Een fiets kost in 2015 (het basisjaar) gemiddeld 350 euro. in 2017 was het indexcijfer 95