Toetsvaardigheden OB

Toetsvragen...
Hoe beantwoord je die?
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Toetsvragen...
Hoe beantwoord je die?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk soort fouten kun je op een toets maken?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Na deze les:
  • Weet je welk soort (AK) toetsvragen er zijn 
  • Pak je stapsgewijs een toets(vraag) aan


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe pak je een toets aan?
Ik begin met:
A
de eerste vraag
B
de gemakkelijke vragen
C
de meerkeuze vragen
D
kijken hoeveel vragen een toets heeft

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe pak je een toets aan?
Als ik een vraag niet weet:
A
gok ik het antwoord
B
vul ik niets in
C
sla ik de vraag over en kom later terug

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe pak je een toets aan?
Mijn antwoord:
A
Ik schrijf alles op wat ik weet over het onderwerp
B
is zo kort mogelijk
C
is uitgebreid met voor de vraag relevante informatie

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe pak je een toets aan?
Aan het einde van een toets
A
Lever ik zo snel mogelijk de toets in.
B
Check ik alle antwoorden nogmaals
C
Ga ik terug naar de overgeslagen vragen

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Toets-Tips:
  • Bekijk eerst de gehele toets
  • Houd de tijd in de gaten
  • Markeer twijfel-vragen
  • Kom terug bij overgeslagen vragen
  • Gok als je het echt niet weet
  • Controleer aan het eind alle vragen + antwoorden

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veel gemaakte fouten
  • Vraag niet goed lezen
  • Niet antwoorden wat gevraagd
  • Slechts deel vraag beantwoorden
  • Vraag verkeerd begrepen
  • Theorie niet begrepen/geleerd

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toetsvragen
  • Meerkeuze vragen
  • Open vragen
K-T-I:
Kennis
Toepassen
Inzicht

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vraag is makkelijker?
meerkeuze 
open
0100

Slide 11 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Toetsvragen - Meerkeuze
  • Hoeveel antwoorden geven? - #punten
  • Afstrepen 
  • 2 opties erg gelijk

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toetsvragen - Open
  • Onderstreep belangrijke woorden
  • Begrip (in vraag) = in antwoord
  • # punten = onderdelen antwoord
  • Rekenvraag = berekening noteren
  • Deel vraag herhalen in antwoord!!

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ander voorbeeld dan droogte abu dhabi nemen 
- stuwingsneerslag
erosie-sedimentatie
vragen-antwoorden aanpassen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Abu Dhabi (Verenigde Arabische Emiraten)

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe formuleer je je antwoord?

Vraag: Waarom valt er weinig neerslag in Abu Dhabi?
A
woestijn
B
Het is een woestijn.
C
Er wonen veel kamelen.
D
Er valt weinig regen in Abu Dhabi, doordat...

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Formuleer je antwoord:
Leg uit waarom er weinig neerslag valt in Abu Dhabi.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hier de lucht daalt, waardoor deze opwarmt en de waterdamp verdwijnt. 
Leg uit waarom er weinig neerslag valt in Abu Dhabi.
Er valt weinig neerslag in Abu Dhabi, doordat:
Hierdoor/Dus valt er weinig neerslag in Abu Dhabi.
Onderstrepen
Controleer = rond antwoord 
Herhalen vraag in antwoord
Theorie

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten open vragen
  • Noem
  • Leg uit
  • Verklaar
  • Beredeneer
  • Verband
  • Vergelijk
  • Oorzaak-gevolg

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem-vraag
Noem drie woestijngebieden op aarde.

  • Onderstreep
  • Herhaal deel van vraag in antwoord
  • Geen uitleg
  • Hoeveel?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit-vraag
Leg uit waarom er weinig neerslag valt in Abu Dhabi.

  • Onderstreep
  • Herhaal deel van vraag in antwoord
  • Uitgebreide uitleg = waarom
  • Meerdere stappen (# punten)
  • Controleer dmv DUS

Begrippen!

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verklaar-vraag
Verklaar de hoeveelheid neerslag in Abu Dhabi.

  • Onderstreep
  • Herhaal deel van vraag in antwoord
  • Uitgebreide verklaring = uitleg = waarom
  • Meerdere stappen (# punten)
  • Controleer dmv DUS

Begrippen!

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beredeneer-vraag
Beredeneer in 3 stappen waarom er weinig neerslag in Abu Dhabi valt.

  • Onderstreep
  • Herhaal deel van vraag in antwoord
  • Redenatie = logisch 
  • 3 stappen 
  • (stap 3=) Conclusie = vraag
  • Controleer dmv DUS

Begrippen!

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verband-vraag
Geef het verband tussen het reliëf en de hoeveelheid neerslag in een gebied.

  • Onderstreep
  • Herhaal deel van vraag in antwoord
  • Verband = hoe-hoe zin = algemene regel
  • Theorie 
  • Logisch?
  • Controleer dmv DUS

Begrippen!

Slide 24 - Tekstslide

Hoe meer relief een gebied heeft, hoe meer neerslag er hier valt
Vergelijk-vraag
Vergelijk de hoeveelheid neerslag in Abu Dhabi en Caïro.

  • Onderstreep
  • Herhaal deel van vraag in antwoord
  • Vergelijk = zeg iets over BEIDE (alle) locaties/aspecten
  • Volgorde vraag
  • Controleer dmv DUS
  • Tweede deel vraag? (... Waar zullen de gevolgen van klimaatverandering het grootst zijn?)

Begrippen!

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaak-gevolg vraag
Leg uit waarom er weinig neerslag valt in Abu Dhabi. 
Geef in je antwoord oorzaak en gevolg aan. 

  • Onderstreep
  • Herhaal deel van vraag in antwoord
  • Herhaal Sleutelwoorden in antwoord (oorzaak) + (gevolg)
  • Controleer dmv DUS

Begrippen!

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit waarom er weinig neerslag valt in Abu Dhabi. Geef in je antwoord oorzaak en gevolg aan.

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit waarom er weinig neerslag valt in Abu Dhabi.
Geef in je antwoord oorzaak en gevolg aan. 
Er valt weinig neerslag in Abu Dhabi, doordat:
Abu Dhabi ligt in een zone van dalende lucht (oorzaak).
Algemene regel (theorie): 
1. Dalende lucht warmt op.  
2. Warme lucht kan meer waterdamp bevatten dan koude lucht.


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit waarom er weinig neerslag valt in Abu Dhabi.
Geef in je antwoord oorzaak en gevolg aan. 
Er valt weinig neerslag in Abu Dhabi, doordat:
Abu Dhabi ligt in een zone van dalende lucht (oorzaak).
Hierdoor warmt de lucht op en de waterdamp verdampt (gevolg)
DUS valt er weinig neerslag in Abu Dhabi.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Check antwoord
Is antwoord:
Duidelijk?


Specifiek?


Volledig? 

Begrijpt docent antwoord?
Hele zinnen
Niet te algemeen?
Ingaan op situatie vraag
Niet alleen deel vraag beantwoord?
Afgerond antwoord - DUS

Slide 30 - Tekstslide

voorbeelden:
onduidelijk: in de woestijn wonen kamelen

niet specifiek: in droge gebieden op aarde regent het niet

niet volledig: In Abu Dhabi daalt de lucht (en vergeet Caïro te noemen)

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb deze les iets nieuws geleerd
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Deze stap doe ik nooit bij maken van toetsvragen.

Slide 33 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Deze stap ga ik zeker doen bij het maken van toetsvragen.

Slide 34 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ideeën om deze les beter te maken

Slide 35 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Zijn er nog vragen?

Slide 36 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Tekstsamenvatting Studievaardigheden via email 

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe pak je een toets aan?
Zet in de juiste volgorde
Je maakt de eerste vraag
Je controleert alle vragen
Als je een vraag niet weet, sla je deze over
De overgeslagen vragen maak je op het eind
Als je het niet weet, gok je het antwoord
Hoeveel vragen heeft de toets

Slide 38 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe pak je een toetsvraag aan?
Zet in de juiste volgorde
Wat voor soort vraag is het?
Je controleert of je antwoord rond is
Je onderstreept de belangrijke woorden
Je noemt sleutelwoorden in antwoord
Je controleert of je antwoord duidelijk, specifiek en volledig is 
Je herhaalt deel v/d vraag in antwoord
Welk deel theorie is toepasbaar op vraag?

Slide 39 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke soort(en) fout(en) word(t)/(en) in dit antwoord gemaakt?
Leg uit hoe stuwingsneerslag ontstaat.
Antwoord: Door bergen.

Slide 40 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welk soort vragen zijn zelfde soort vragen maar anders verwoord?
A
Verband & Leg uit
B
Noem & Beredeneer
C
Beredeneer & Verklaar
D
Verklaar & Leg uit

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt bedoeld met het ´afronden´ van een antwoord?
A
Terug komen bij de vraag
B
Terug komen bij het antwoord
C
een punt zetten achter je antwoord
D
in een cirkel schrijven

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat dien je nooit te doen in een antwoord?
A
de begrippen uit de vraag noemen
B
een antwoord gokken
C
woorden als -verklaring, situatiebeschrijving - in je antwoord noemen
D
zo kort mogelijk antwoorden

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies