Oefenen verhaalsommen groep 5/6

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 5

Oefenen verhaalsommen groep 5/6

1. A
2. B
3. C
4. D

Voor de kerstwandeltocht zijn er 270 koekjes gebakken. Elke deelnemer krijgt er 3. Voor hoeveel deelnemers zijn er koekjes?

De kippenboer heeft 72 eieren geraapt. De eieren worden verpakt in doosjes van 6. Hoeveel doosjes eieren kan hij vol maken?

De gemeente gaat bomen planten. In elke straat komen 9 bomen. Ze hebben 117 bomen gekocht. Voor hoeveel straten is dat?

In welk jaar waren er evenveel bezoekers als in 2011?

1. A
2. B
3. C
4. D

Voor de lunch bestel je 1 appel, 1 peer, 2 boterhammen en 1 ei. Hoeveel moet je betalen?

Bij het schoolfruit zitten 6 zakken met 12 peren. Hoeveel peren zijn dat?

In een snoepwinkel worden 120 zuurstokken geleverd. Die zitten verpakt in dozen van 40 stuks. Hoeveel dozen zijn dat?

In welke week/weken werden er 250 spellen verkocht?

Er zijn 21 kerstbroden gekocht. Elk kerstbrood wordt in 7 plakken gesneden. Hoeveel plakken kerstbrood zijn er?

Pasqualle haakt 4 truien. Voor elke trui heeft ze 40 bollen wol nodig. Hoeveel bollen wol heeft ze nodig voor 4 truien?