5.4 Voor een handvol stuivers

1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
GesMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.
Noem 3 uitvindingen tijdens de Industriële Revolutie.

Slide 3 - Woordweb

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen.

5.4 Voor een handvol stuivers
Hoe waren de werk- en leefomstandigheden tijdens de Industriële Revolutie?


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

      Leerdoelen
  1. Je kent de betekenis van de begrippen Industriële revolutie, arbeidsomstandigheden, sociale kwestie. (R)
  2. Je kan voorbeelden noemen van de leef- en werkomstandigheden van de textielarbeiders benoemen. (R)
  3. Je kan uitleggen waarom urbanisatie plaatsvond. (T1)
  4. Je kan een voorbeeld van een omschrijving geven hoe een werkdag van een textielarbeider in een fabriek eruit zag. (T1)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen van de industrialistatie

  • Huisnijverheid (gedaan door boeren) kan niet meer concurreren tegen de fabrieken.

  • Arbeiders trekken naar de stad: urbanisatie

  • Steden groeien erg snel

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkomstandigheden
  • Saaaaaaaai (door arbeidsdeling/lopende band)

  • Lange werkdagen (14 uur per dag)
  • Gevaarlijk

  • Geen enkel recht

  • Lage lonen (bij fouten: loon inhouden)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kinderarbeid
  • Goedkope arbeidskrachten

  • Ze zijn nog jong: je hebt er nog lang wat aan

  • Ze zijn goedkoper

  • Hun kleine handen kunnen beter op plekken tussen machines

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woonomstandigheden
  • Slechte woningen (snel gebouwd dus: haastige spoed...)

  • Panden die niet als woning zijn bedoeld (zoals kelderwoningen)

  • Dichtbij fabrieken

  • Slechte hygiëne, riolering en watervoorzieining

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


In delen van Noord- en Oost-Nederland was het trouwens niet veel beter...

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Deze film, over pastoor Daens en zijn strijd voor de rechten van de arbeiders in Aalst (België), laat zien hoe de textielindustrie er rond 1880 uit zag.

Bekijk het fragment en beantwoord de volgende vragen:
  • Welke gevolgen van de Industriële Revolutie zie je terug in dit filmfragment?
  • Welke verschillen tussen rijk en arm zie je in het filmfragment?

Slide 11 - Tekstslide

Jullie hebben de afgelopen weken een beeld gekregen van de Industriële Revolutie: wat is dat? Hoe begon dat? Maar heb je ook een beeld gekregen van hoe de wereld er tijdens en na de revolutie uit zag? Hoe leefde men? Wat droeg men voor een kleren? Waar woonden men? Hoe zag zo’n fabriek eruit?
 
De film Daens geeft daar een goed beeld van. Deze film, over pastoor Daens en diens strijd voor de rechten van de arbeiders in Aalst (België), laat zien hoe de textielindustrie er anno 1880 uit zag. Je ziet de problemen zoals ze er waren, de gevaren voor de arbeiders (jong en oud), de verschillen tussen arm en rijk en de manier waarop de overheid met de situatie om ging.

8

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Werkomstandigheden

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woonomstandigheden

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

00:04
Daens (1992)

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

00:08


Waarom zouden kinderen over
de grond kruipen bij de machines?
A
Omdat ze klein zijn en goed alles kunnen pakken wat valt
B
Omdat de volwassenen daar geen zin in hadden
C
Omdat dit een leuk spel was voor kinderen
D
Daar begon iedereen later kon je promotie maken

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

01:51


Wat is er met het meisje
gebeurd dat op de kar ligt?
A
Het meisje ligt te slapen
B
Zij kan niet lopen want ze is kreupel aan haar voet
C
Zo vervoerden mensen zich veel in de 19de eeuw
D
Het meisje is overleden omdat ze doodgevroren is.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

01:52


Zouden er vaker kinderen doodgaan
door de kou of honger in de 19de eeuw?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

02:01


Je ziet mensen dansen en lachen omdat ze dronken zijn. Waarom dronken veel mensen alcohol in deze tijd?
A
Omdat mensen wel van een feestje hielden
B
Alcohol deed de mensen hun dagelijks ellende van werk even vergeten
C
Alcohol was alleen voor arbeiders, dus zo konden ze hun bazen ontlopen
D
Alcohol hielp tegen de kou.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

03:11


Zou deze jongen ook in de fabriek werken?
A
Ja, hij werkt gewoon elke dag behalve zaterdag.
B
Nee, niet elke dag alleen op zaterdag
C
Ja, maar dan krijgt hij minder uren dan de andere kinderen
D
Nee, hij krijgt school les

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

03:20


Beschrijf de woning van deze arbeiders

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

04:05


Waarom moeten de kinderen
wakker worden?
A
De pastoor is binnen
B
ze moeten straks toch werken

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
  1. Waarom werkten kinderen tijdens de industriële revolutie in de fabrieken?
  2. Waarom werd er een einde aan kinderarbeid gemaakt?
  3. Wat was er nodig om een einde te maken aan de kinderarbeid?
  4. Welke factoren zorgen ervoor dat kinderarbeid op sommige plaatsen nog bestaat?
  5. Wat kunnen mensen op plekken waar kinderarbeid nog bestaat doen om kinderarbeid daar nog méér te beperken of zelfs te stoppen?

Slide 23 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Slide 24 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 25 - Tekstslide

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.
      Leerdoelen
  1. Je kent de betekenis van de begrippen Industriële revolutie, arbeidsomstandigheden, sociale kwestie. (R)
  2. Je kan voorbeelden noemen van de leef- en werkomstandigheden van de textielarbeiders benoemen. (R)
  3. Je kan uitleggen waarom urbanisatie plaatsvond. (T1)
  4. Je kan een voorbeeld van een omschrijving geven hoe een werkdag van een textielarbeider in een fabriek eruit zag. (T1)

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Wat denk je dat de mensen op de foto aan het doen zijn?

Slide 27 - Open vraag

Foto omstreeks 1900: Omdat er nog geen riolering was, moesten de emmers met poep opgehaald worden bij de mensen tuis. De emmers werden door het huis gesleept: er ging wel een wat over de rand.
Vraag: Wat was het gevolg van slechte riolering  het ontstaan van allerlei ziektes.

Woonomstandigheden
  • Slechte woningen (snel gebouwd dus: haastige spoed...)

  • Panden die niet als woning zijn bedoeld (zoals kelderwoningen)

  • Dichtbij fabrieken

  • Slechte hygiëne, riolering en watervoorzieining

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkomstandigheden
  • Saaaaaaaai (door arbeidsdeling/lopende band)

  • Lange werkdagen (14 uur per dag)
  • Gevaarlijk

  • Geen enkel recht

  • Lage lonen (bij fouten: loon inhouden)

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


In delen van Noord- en Oost-Nederland was het trouwens niet veel beter...

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem 1 voorbeeld waaruit blijkt dat de woonomstandigheden van de arbeiders vaak zeer slecht waren.

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem 1 voorbeeld waaruit blijkt dat de werkomstandigheden van de arbeiders vaak zeer slecht waren.

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Deze film, over pastoor Daens en zijn strijd voor de rechten van de arbeiders in Aalst (België), laat zien hoe de textielindustrie er rond 1880 uit zag.

Bekijk het fragment en beantwoord de volgende vragen:
  • Welke gevolgen van de Industriële Revolutie zie je terug in dit filmfragment?
  • Welke verschillen tussen rijk en arm zie je in het filmfragment?

Slide 34 - Tekstslide

Jullie hebben de afgelopen weken een beeld gekregen van de Industriële Revolutie: wat is dat? Hoe begon dat? Maar heb je ook een beeld gekregen van hoe de wereld er tijdens en na de revolutie uit zag? Hoe leefde men? Wat droeg men voor een kleren? Waar woonden men? Hoe zag zo’n fabriek eruit?
 
De film Daens geeft daar een goed beeld van. Deze film, over pastoor Daens en diens strijd voor de rechten van de arbeiders in Aalst (België), laat zien hoe de textielindustrie er anno 1880 uit zag. Je ziet de problemen zoals ze er waren, de gevaren voor de arbeiders (jong en oud), de verschillen tussen arm en rijk en de manier waarop de overheid met de situatie om ging.

8

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:04
Daens (1992)

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

00:08


Waarom zouden kinderen over
de grond kruipen bij de machines?
A
Omdat ze klein zijn en goed alles kunnen pakken wat valt
B
Omdat de volwassenen daar geen zin in hadden
C
Omdat dit een leuk spel was voor kinderen
D
Daar begon iedereen later kon je promotie maken

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

01:51


Wat is er met het meisje
gebeurd dat op de kar ligt?
A
Het meisje ligt te slapen
B
Zij kan niet lopen want ze is kreupel aan haar voet
C
Zo vervoerden mensen zich veel in de 19de eeuw
D
Het meisje is overleden omdat ze doodgevroren is.

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

01:52


Zouden er vaker kinderen doodgaan
door de kou of honger in de 19de eeuw?

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

02:01


Je ziet mensen dansen en lachen omdat ze dronken zijn. Waarom dronken veel mensen alcohol in deze tijd?
A
Omdat mensen wel van een feestje hielden
B
Alcohol deed de mensen hun dagelijks ellende van werk even vergeten
C
Alcohol was alleen voor arbeiders, dus zo konden ze hun bazen ontlopen
D
Alcohol hielp tegen de kou.

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

03:11


Zou deze jongen ook in de fabriek werken?
A
Ja, hij werkt gewoon elke dag behalve zaterdag.
B
Nee, niet elke dag alleen op zaterdag
C
Ja, maar dan krijgt hij minder uren dan de andere kinderen
D
Nee, hij krijgt school les

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

03:20


Beschrijf de woning van deze arbeiders

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

04:05


Waarom moeten de kinderen
wakker worden?
A
De pastoor is binnen
B
ze moeten straks toch werken

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat als...?
Verschuif de foto naar elk kwadrant en probeer bij elk kwandrant een gevolg te bedenken.

Voorbeeld:
De kinderen doen niets aan hun situatie. Noem hiervan een postitief gevolg.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkomstandigheden

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woonomstandigheden

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat denk je dat de mensen op de foto aan het doen zijn?

Slide 47 - Open vraag

Foto omstreeks 1900: Omdat er nog geen riolering was, moesten de emmers met poep opgehaald worden bij de mensen tuis. De emmers werden door het huis gesleept: er ging wel een wat over de rand.
Vraag: Wat was het gevolg van slechte riolering  het ontstaan van allerlei ziektes.