1: Wereldeconomie

H1: Wereldeconomie
§1: Kantelt het economisch wereldbeeld



1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H1: Wereldeconomie
§1: Kantelt het economisch wereldbeeld



Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§1: Kantelt het economisch wereldbeeld

Leerdoelen
  • Je weet waarom het economisch wereldbeeld kantelt.
  • Je begrijpt het verband tussen globalisering en de verschuiving van de handelspatronen.
  • Je kunt aan de hand van een kaart uitleggen hoe het toekomstig economisch wereldbeeld er misschien uit komt te zien.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§1: Kantelt het economisch wereldbeeld

Uitleg (herhaling klas 2, H2 Steden)
Beroepssectoren:
  • primaire sector is waar de producten rechtstreeks uit de natuur worden gehaald -> landbouw, mijnbouw en visserij
  • secundaire of industriële sector is waar de producten uit de natuur worden bewerkt en/of verwerkt -> industrie, bouwnijverheid en nutsbedrijven.
  • tertiaire sector is alle dienstverlenende activiteiten -> winkels, transport en onderwijs.

Categorie landen: centrum (veel tertiaire sector), semi-periferie (secundaire en tertiaire sector), periferie (voornamelijk primaire sector)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§1: Kantelt het economisch wereldbeeld

Uitleg
Tijdens de Industriële Revolutie (19e eeuw) werden bepaalde landen rijker en machtiger. Deze landen staan nu bekend als 'westerse landen'. Zij komen nog steeds bij elkaar om over belangrijk zaken te praten. Deze 'top' wordt de G7 genoemd. 
  • Canada
  • Duitsland
  • Frankrijk
  • Italië
  • Japan
  • Verenigd-Koninkrijk
  • Verenigde Staten

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§1: Kantelt het economisch wereldbeeld

Uitleg
Van productie in westerse landen verschoof dit naar de semi-perifere landen. De eerste groep landen is tegenwoordig een machtig 'blok', namelijk de BRICS
  • Brazilië
  • Rusland
  • India
  • China
  • Zuid-Afrika

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§1: Kantelt het economisch wereldbeeld

Uitleg
Oorzaken van dat de wereldhandel toe blijft nemen:
  • de productieketen is opgedeeld;
  • transport van goederen is sneller en goedkoper
  • handelsgrenzen verdwijnen steeds meer

Welke organisatie stimuleert de wereldhandel?
WTO – Wereldhandelsorganisatie


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§2: Ontwikkeling van de wereldeconomie

Herhaling leerdoelen 1.1
  • Je weet waarom het economisch wereldbeeld kantelt.
  • Je begrijpt het verband tussen globalisering en de verschuiving van de handelspatronen.
  • Je kunt aan de hand van een kaart uitleggen hoe het toekomstig economisch wereldbeeld er misschien uit komt te zien.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§2: Ontwikkeling van de wereldeconomie

Uitleg: Koloniale verhoudingen (1500-1945)
Vanaf 1500 voeren Europeanen over de zeeën en oceanen om nieuwe gebieden te ontdekken. Dit leidt tot de kolonisatie van gebieden, in twee fasen:
  • 1500-1800: handelskolonialisme
  • 1800-1950: industrieel kolonialisme

Om de overzeese gebieden te exploiteren (te gebruiken) was het nodig dat het Europese moederland de macht greep. Dit deden ze door te beslissen over onderwijs, bestuur, handel en cultuur/religie. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kijk naar de gele en paarse kleur. Geef vanuit de fysische dimensie een verklaring waarom de kaart er op deze manier uitziet.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§2: Ontwikkeling van de wereldeconomie

Uitleg: Koloniale verhoudingen (1500-1945)
Waar dienden de koloniën tussen 1500 en 1800 voor?
  • winning van grondstoffen (bijvoorbeeld specerijen, zilver)

Wie deden het werk op de plantages?
  • tot slaaf gemaakten uit West-Afrika

In welk deel van een kolonie was weinig Europese invloed te vinden?
  • in de meer landinwaarts gelegen gebieden



Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vanaf 1945 veranderden deze koloniale verhoudingen. Waarom vanaf 1945? Benoem de gebeurtenis.

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§2: Ontwikkeling van de wereldeconomie

Uitleg: Onafhankelijkheid (1945-1990)
Door het einde van de Tweede Wereldoorlog werden veel landen gedwongen hun koloniën af te staan aan de (inheemse) inwoners. Deze voormalige koloniën werden onafhankelijk. Dit proces noem je dekolonisatie.  

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§2: Ontwikkeling van de wereldeconomie

Uitleg: Onafhankelijkheid (1945-1990)
De wereld werd opnieuw opgedeeld. Aan de ene kant het kapitalisme en vrije handel onder leiding van de Verenigde Staten. Aan de andere kant het communisme onder leiding van de Sovjet-Unie. Deze machtsblokken stonden letterlijk tegenover elkaar. Een nieuwe oorlog dreigde zonder dat er bommen vielen in deze landen. Hierdoor wordt het de Koude Oorlog genoemd. Helaas werd de oorlog wel in derdewereldlanden, zoals Vietnam uitgevochten. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§2: Ontwikkeling van de wereldeconomie

Uitleg: Vrijhandel (na 1990)
Doordat de Sovjet-Unie uiteen valt wordt de vrijemarkteconomie het belangrijkste economische systeem. Kenmerken zijn:
  • vrij ondernemerschap
  • prijs komt tot stand door vraag en aanbod

De vrijemarkteconomie kent vrijhandel, omdat grenzen wegvallen.
Voordelen zijn:
  • een land kan zich specialiseren
  • bedrijven krijgen toegang tot buitenlandse afzetmarkten



Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§2: Ontwikkeling van de wereldeconomie

Herhaling leerdoelen 1.2
  • Je weet welke begrippen passen bij de verschillende fasen van de wereldeconomie.
  • Je begrijpt de voor- en nadelen van vrijhandel.
  • Je kunt aan de hand van kaarten uitleggen hoe de positie van het Verenigd Koninkrijk is veranderd in de wereld.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§2: Ontwikkeling van de wereldeconomie

Maken






Hoe?
  • Zelfstandig of samenwerken in tweetallen op zachte toon of fluistertoon
  • Kom je er (samen) niet uit? Lees eerst het LB nog eens door.
  • Kom je er nog steeds niet uit? Steek je vinger op.




Wat ga ik doen?
Benodigdheden?
Lezen 1.2
Online/Leerboek
Opdrachten maken
Online

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§3: Ontwikkeling in verschillende snelheden



buiteNLand 3H/V
timer
4:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§3: Ontwikkeling in verschillende snelheden

Wat gaan we doen?
  • Herhaling 1.2
  • Uitleg 1.3
  • Maken
  • Huiswerk


Leerdoelen
  • Je weet een aantal interne en externe oorzaken voor verschil in ontwikkeling te noemen.
  • Je begrijpt dat in- en externe oorzaken van armoede met elkaar samenhangen.
  • Je kunt door het vergelijken van kaarten aantonen dat een land arm is.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§3: Ontwikkeling in verschillende snelheden

Herhaling leerdoelen 1.2
  • Je weet welke begrippen passen bij de verschillende fasen van de wereldeconomie.
  • Je begrijpt de voor- en nadelen van vrijhandel.
  • Je kunt aan de hand van kaarten uitleggen hoe de positie van de Verenigde Staten is veranderd in de wereld.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§3: Ontwikkeling in verschillende snelheden

Uitleg
Waarom er economische ongelijkheid tussen landen bestaat heeft zowel interne als externe oorzaken. Wanneer in één land veel negatieve factoren samenvallen is de kans op armoede groter



Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende fysische, interne kenmerken kunnen de ontwikkelingskansen van een land vergroten.

Verklaar dit voor de volgende kenmerken:
- vruchtbare grond en voldoende neerslag,
- natuurlijke hulpbronnen
- ligging aan zee (niet tussen landen in)
- niet te bergachtig

Slide 23 - Open vraag

  • vruchtbare grond en voldoende neerslag zorgen ervoor dat er voldoende gewassen verbouwd kunnen worden
  • natuurlijke hulpbronnen kunnen gewonnen en verkocht worden om winst op te maken
  • door een goede ligging aan zee is het land goed bereikbaar voor andere landen om handel mee te drijven
  • als een land niet te bergachtig is kunnen er snelwegen aangelegd worden en kunnen grotere stukken land gebruikt worden als landbouwgrond.
H1: Wereldeconomie
§3: Ontwikkeling in verschillende snelheden

Uitleg
Kenmerken van arme landen zijn: 1) weinig democratisch, 2) corruptie en 3) vriendjespolitiek. 
China is een uitzondering hierop. Het is een rijk en ontwikkeld land zonder democratie. 

Kenmerken van rijke landen zijn: 1) democratische rechtsstaat, 2) ondernemen stimuleren, 3) privébezit beschermen, 4) zorgen voor onderwijs en gezondheidszorg.

De ongelijke verdeling van welvaart op mondiaal niveau heeft een koloniale oorsprong. 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exploitatiekolonie
Vestigingskolonie
Leveren grondstoffen 
Leveren landbouwproducten
Leveren laagwaardige industrieproducten
Bouwen steden naar Europees model
Bouwen scholen, kerken e.a. openbare gebouwen
Bouwen infrastructuur (spoorwegen, havens, etc.)

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§3: Ontwikkeling in verschillende snelheden

Uitleg
Een grote, jonge bevolkingsgroep met middel tot hoge opleiding is positief voor de economie van een land. Jongeren leveren namelijk een belangrijke bijdrage door geld te verdienen én uit te geven. Een voorwaarde is dat er genoeg werk voor deze jongeren moet zijn. 


Kenmerken van jongeren

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§3: Ontwikkeling in verschillende snelheden

Uitleg
Niet alleen tussen landen (periferie, semi-periferie en centrum), maar ook binnen landen kunnen verschillen in welvaart ontstaan. Welvaart is te meten met het bbp. Sommige mensen en gebieden profiteren meer van de economische groei dan andere(n). Een combinatie van lage welvaart plus hoge werkloosheid kan leiden tot onrust


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§3: Ontwikkeling in verschillende snelheden

Uitleg
Om de economie van je land te laten groeien kun je MNO's aantrekken om in jouw land of bedrijf te laten investeren. Welke interne en externe factoren zijn aantrekkelijk?
  • fysische factoren: goede bereikbaarheid
  • economische factoren: loon- en opleidingsniveau
  • politieke factoren: betrouwbare overheid, rust, belastingvoordelen


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§3: Ontwikkeling in verschillende snelheden

Herhaling leerdoelen 1.3
  • Je weet een aantal interne en externe oorzaken voor verschil in ontwikkeling te noemen.
  • Je begrijpt dat in- en externe oorzaken van armoede met elkaar samenhangen.
  • Je kunt door het vergelijken van kaarten aantonen dat een land arm is.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H1: Wereldeconomie
§3: Ontwikkeling in verschillende snelheden

Maken






Hoe?
  • Zelfstandig of samenwerken in tweetallen op zachte toon of fluistertoon
  • Kom je er (samen) niet uit? Lees eerst het LB nog eens door.
  • Kom je er nog steeds niet uit? Steek je vinger op.




Wat ga ik doen?
Benodigdheden?
Lezen 1.3
Online/Leerboek
Opdrachten maken
Online

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies