toets stevigheid en beweging
1 / 22
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Je ziet hiernaast het skelet van een mens. Geef de naam van nummer 18.
A
opperarmbeen
B
scheenbeen
C
sleutelbeen
D
dijbeen
Slide 2 - Quizvraag
Je ziet hiernaast het skelet van een mens. Geef de naam van nummer 25.
A
opperarmbeen
B
scheenbeen
C
sleutelbeen
D
dijbeen
Slide 3 - Quizvraag
welk bot zie je hier?
A
opperarmbeen
B
kuitbeen
C
ellepijp
D
vingerkootje
Slide 4 - Quizvraag
Hebben de botten van bejaarden meer of minder kalk dan baby´s?
A
Meer
B
Minder
Slide 5 - Quizvraag
De botten van baby's zijn ..
A
bijna niet breekbaar
B
heel makkelijk breekbaar
Slide 6 - Quizvraag
Hebben de botten van bejaarden meer of minder lijmstof dan baby´s?
A
Meer
B
Minder
Slide 7 - Quizvraag
De botten van bejaarden zijn ..
A
bijna niet breekbaar
B
heel makkelijk breekbaar
Slide 8 - Quizvraag
Spaakbeen
Opperarmbeen
Ellepijp
beentjes
beentjes
vingerkootjes
Slide 9 - Sleepvraag
Botten kunnen op verschillende manieren aan elkaar verbonden zijn. Bij welke verbinding(en) is er geen beweging mogelijk?
A
Naden
B
Gewricht
C
Vergroeid
D
Kraakbeen
Slide 10 - Quizvraag
Je ziet hier een afbeelding van een schedel van een mens. Nummer 6 is..
A
voorhoofdsbeen
B
bovenkaak
C
onderkaak
D
neusbot
Slide 11 - Quizvraag
Je ziet hier een gewricht. Nummer 3 is..
A
bot
B
beenweefsel
C
kraakbeen
D
gewrichtssmeer
Slide 12 - Quizvraag
Welk gewricht is geen kogelgewricht?
A
Nekgewricht
B
Vingerkootjesgewricht
C
Heupgewricht
D
Schoudergewricht
Slide 13 - Quizvraag
Een spier zit aan het bot vast met..
A
de spierbuik
B
de pezen
C
de spiervezels
D
het spiervlies
Slide 14 - Quizvraag
Kijk goed naar de röntgenfoto. Deze enkel ziet er niet goed uit. Wat is er aan de hand?
A
de enkel is ontwricht
B
de enkel is op 1 plaats gebroken
C
de enkel is op 2 plaatsen gebroken
D
de enkel is gekneusd
Slide 15 - Quizvraag
Als je een blessure op loopt moet deze behandeld worden. Wat is de eerste stap die gedaan moet worden bij een blessure en waarom.
A
de gevoelige plek moet je verbinden, dit geeft steun
B
de gevoelige plek moet je koelen, dit voorkomt zwelling
C
de gevoelige plek moet je verbinden, dit voorkomt zwelling
D
de gevoelige plek moet je goed masseren, dit voorkomt verdere pijn
Slide 16 - Quizvraag
Wat zit er tussen de wervels?
A
kraakbeen
B
botten
C
niks
Slide 17 - Quizvraag
Wat wordt er beschermd door onze borstkas
A
maag en nieren
B
hart en longen
C
hersenen
D
darmen en maag
Slide 18 - Quizvraag
Wat wordt er beschermd door onze schedel?
A
longen
B
hart
C
darmen
D
hersenen
Slide 19 - Quizvraag
Waaraan levert het skelet GEEN bijdrage?
A
stevigheid
B
bescherming
C
beweging
D
vertering
Slide 20 - Quizvraag
Nummer 3
Nummer 7
Nummer 14
Nummer 15
Nummer 19
Nummer 23
Kuitbeen
Scheenbeen
Handwortelbeentje
Wervelkolom
Schouderblad
Sleutelbeen
Slide 21 - Sleepvraag
Topganger
Teenganger
Zoolganger
