In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Ridders
Slide 1 - Tekstslide
Hoe werd je ridder?
Ridder werd je niet zomaar. Daar moest je lang voor leren. Na jaren kon je pas met je paard op stap. Opzoek naar de vijand. Je ging dan een spannend leven tegemoet.
Slide 2 - Tekstslide
Hulpje van een ridder
Als de kinderen zeven jaar geworden waren, was het spelen afgelopen.
Ze werden dan naar een ander kasteel gestuurd.
Slide 3 - Tekstslide
Hulpje van een ridder
Een jongen werd het hulpje van een ridder, een page.
Hij maakte het eten klaar of maakte het bed op.
Hij leerde hoe hij zich later als ridder moest gedragen.
Hij ging niet mee naar gevechten.
Slide 4 - Tekstslide
Meisjes
Meisjes gingen als ze zeven werden ook naar een ander kasteel.
Ze leerden daar goede manieren.
En van alles over het huishouden.
Slide 5 - Tekstslide
Schildknaap
Als een ridder tevreden was over zijn page, werd hij op zijn veertiende een schildknaap.
Een schildknaap ging mee met de ridder naar gevechten.
Slide 6 - Tekstslide
Schildknaap
Hij hielp de ridder bij het aantrekken van zijn harnas.
Hij zorgde voor het paard.
Soms was het gevaarlijk, dan moest je helpen het kasteel verdedigen tegen de vijand.
En als hij dat allemaal goed kon, werd hij later misschien zelf ook ridder.
Slide 7 - Tekstslide
Ridder
Je werd niet zomaar een ridder.
Daar moest je lang voor leren.
Het duurde jaren voordat je met je paard op weg kon op zoek naar de vijand.
Slide 8 - Tekstslide
Regels
Er waren wel regels waar een ridder zich aan moest houden.
1. Hij moest mensen beschermen.
2. Hij moest zich houden aan de beloftes.
3. Hij moest trouw zijn aan zijn landheer.
De landheer was zijn baas.
Slide 9 - Tekstslide
Ridders en soldaten
Als er rovers waren, moest de landheer zijn kasteel en de mensen verdedigen.
Dat deed hij niet alleen.
De sterkste boeren vochten met de landheer mee.
Deze boeren werden soldaten.
Slide 10 - Tekstslide
Ridders en soldaten
De landheer zorgde voor zwaarden, schilden, helmen en paarden.
Zo werden deze soldaten ridder.
Slide 11 - Tekstslide
Een ridder draagt een helm. Zo is zijn hoofd beschermd tegen klappen van bijvoorbeeld een zwaard of een bijl.
Een ridder droeg een maliënkolder. Dat is een hemd gemaakt van een hele boel ijzeren ringetjes. Hier kon geen zwaard doorheen steken.
Met zijn houten schild weerde een ridder de pijlen af. En slagen van een pijl of knots.
Voor een ridder is zijn zwaard het belangrijkste wapen. Hij droeg het altijd bij zich. Ook als het vrede was.
Goed beschermd
Zo zag een ridder eruit.
Slide 12 - Tekstslide
Toernooi
Ridders oefenden met andere ridders hoe ze moesten vechten.
Dat deden ze op riddertoernooien.
Slide 13 - Tekstslide
Hoe herkenden ridders elkaar?
Tijdens een gevecht was een ridder moeilijk te herkennen.
Hij had een helm op, waardoor je zijn gezicht niet kon zien.
Hoe wist je nu wie je vijand was?
Slide 14 - Tekstslide
Hoe herkenden ridders elkaar?
Iedere ridder had een andere tekening op zijn schild.
Die tekening noemde je zijn wapen.
En het schild van een ridder noem je daarom het wapenschild.
De ridder koos zelf wat hij erop wilde hebben.
Slide 15 - Tekstslide
Wat droeg een ridder?
nummer 1:
A
zwaard
B
malënkolder
C
helm
D
schild
Slide 16 - Quizvraag
Wat droeg een ridder?
nummer 2:
A
zwaard
B
malënkolder
C
helm
D
schild
Slide 17 - Quizvraag
Wat droeg een ridder?
nummer 3:
A
zwaard
B
malënkolder
C
helm
D
schild
Slide 18 - Quizvraag
Wat droeg een ridder?
nummer 4:
A
zwaard
B
malënkolder
C
helm
D
schild
Slide 19 - Quizvraag
Hoort het bij een page of een schildknaap?
Maakt het eten klaar voor de ridder.
A
page
B
schildknaap
Slide 20 - Quizvraag
Hoort het bij een page of een schildknaap?
Vanaf 14 jaar
A
page
B
schildknaap
Slide 21 - Quizvraag
Hoort het bij een page of een schildknaap?
Verzorgt het paard van de ridder.
A
page
B
schildknaap
Slide 22 - Quizvraag
Als hulpje van een ridder leerde je ook goede manieren.
A
waar
B
niet waar
Slide 23 - Quizvraag
Een meisje moest op haar zevende leren vechten.
A
waar
B
niet waar
Slide 24 - Quizvraag
Hoort het bij een page of een schildknaap?
Gaat met een ridder mee naar gevechten.
A
page
B
schildknaap
Slide 25 - Quizvraag
Een page is een boek over ridders.
A
waar
B
niet waar
Slide 26 - Quizvraag
Hoort het bij een page of een schildknaap?
Helpt de ridder met het aantrekken van zijn harnas.
A
page
B
schildknaap
Slide 27 - Quizvraag
Hoort het bij een page of een schildknaap?
Vanaf 7 jaar
A
page
B
schildknaap
Slide 28 - Quizvraag
Waarom stonden op een wapenschild alleen kleuren en plaatjes en geen woorden?
Slide 29 - Open vraag
Wat is een page?
Slide 30 - Open vraag
Schrijf drie dingen op die jij vandaag belangrijk vond van deze les.