Landdegradatie (VWO 6)

Landdegradatie
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Landdegradatie

Slide 1 - Tekstslide

Met welke problemen kun je geconfronteerd worden als je voedselgewassen wilt verbouwen? Natuurlijke dimensie!

Slide 2 - Open vraag

Problemen met verbouwen voedsel:
Te droog
Te nat
Te koud
Chemische vruchtbaarheid
Fysische vruchtbaarheid
Te steil
...

Slide 3 - Tekstslide

Welke acties kun je ondernemen om dit op te lossen?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Oplossingen
Irrigatie
Bemesting
Ploegen / eggen
Kas
Drainage
Terassen aanleggen

Slide 6 - Tekstslide

buizenstelsel
in de grond netwerk van poreuze buizen waarin het water kan wegvoeien uit de bodem
afvoer
door hoogteverschil loopt overtolig water weg uit de bodem en kan dus niet meer voor verdamping en verzilting zorgen

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Landdegradatie =
landbouwgrond is niet meer geschikt voor het verbouwen van gewassen

Slide 9 - Tekstslide

Oorzaak?
natuur of mens

Slide 10 - Tekstslide

Hoe kan de natuur de kwaliteit van de bodem verslechteren?

Slide 11 - Open vraag

en de mens?
  • overbemesting
  • ontbossing
  • overbeweiding
  • onzorgvuldige akkerbouw

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Bodemerosie = 
door de mens of de natuur veroorzaakt wegspoelen of wegwaaien van het bovenste deel van de grond
  • Bovenste deel grond = bodem  >> hierin zitten veel voedingsstoffen

Slide 14 - Tekstslide

Oorzaken bodemerosie:
1. ontbossing
2. overbeweiding
3 onzorgvuldige akkerbouw

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Ontbossing
  • voor houtwinning of aanleggen bouwland
  • bodem ligt onbeschermd
  • bij zware regenval of storm 
spoelen of waaien bodemdeeltjes weg

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Overbeweiding
  • meer dieren op de grond dan waarvoor voedsel is
  • structureel kale plekken op de grond
  • ook wortels sterven af
  • >> bodemerosie

Slide 19 - Tekstslide

In welk werelddeel zal overbeweiding een groot probleem zijn?
A
Europa
B
Noord-Amerika
C
Afrika
D
Oceanië

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Onzorgvuldige akkerbouw
  • Na de oogst ligt de grond braak
  • >> bodemerosie

Slide 22 - Tekstslide

Wat helpt daartegen?
stripcropping
ploegen langs hoogtelijnen
weinig ploegen
niet nuttig deel oogst laten liggen op de akker
struiken/bomen aanplanten om wind te breken

Slide 23 - Tekstslide

Welke twee manieren om de akkerbouw duurzaam te maken zie je in de volgende twee afbeeldingen?

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Eerste afbeelding
Tweede afbeelding
Strip cropping
Ploegen langs hoogtelijnen
Bomen / struiken planten tegen wind
Deel oogst op het veld laten liggen

Slide 27 - Sleepvraag

Slide 28 - Tekstslide

Verzilting
Zouter worden van de bodem 
(waardoor landbouw steeds moeilijker wordt)

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Hoe werkt verzilting?
  • Water komt op de bodem en zakt er in weg
  • Zouten lossen op in het bodem- en grondwater
  • Door capillaire werking komt grondwater weer omhoog
  • Het water verdampt
  • Zout blijft achter op de bodem en vormt daar een laagje

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Capillaire werking is het sterkst in een grondsoort met
A
kleine korrels
B
grote korrels

Slide 33 - Quizvraag

Grootste korrels
Gemiddelde korrels
Kleinste korrels
Zand
Löss
Klei

Slide 34 - Sleepvraag

Door irrigatie kan verzilting optreden

> meer water op de bodem
> soms stopt toevoer water
> dan komt water weer omhoog

Slide 35 - Tekstslide

Soorten irrigatie

Slide 36 - Tekstslide

Bij druppelirrigatie gebruik je het
meeste/minste (1) water
en is de kans op verzilting
het kleinst/grootst (2)
A
meeste, kleinst
B
meeste, grootst
C
minste, kleinst
D
minste, grootst

Slide 37 - Quizvraag

Kwetsbare landschapzones

Slide 38 - Tekstslide

Kwetsbaar vooral bij:
  • lange droge periodes
  • veel reliëf
  • groot neerslagoverschot

Slide 39 - Tekstslide

Welke landschapszones zijn dus vooral kwetsbaar voor landdegradatie?
A
subtropische zone
B
tropische zone
C
aride zone
D
gematigde zone

Slide 40 - Quizvraag