Ouderenzorg

Organisatie van de zorg aan ouderen

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Organisatie van de zorg aan ouderen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
- Inzicht in de organisatie van de ouderenzorg.
- Visie op ouderenzorg.
- Wie mag gebruik maken van de ouderenzorg?
- Wie betaalt de ouderenzorg?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wil jij graag met ouderen werken? Waarom wel of niet?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de positieve kanten van een langdurige zorgrelatie?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke kwaliteiten moet een verpleegkundige hebben om met oudere zorgvragers te werken?

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de visie op ouderenzorg in Nederland?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke zorgvragers kunnen gebruik maken van de ouderenzorg?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie werken er niet in een verpleeghuis?
A
huisarts
B
neuroloog
C
fysiotherapeut
D
huishoudelijke hulp

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie betaalt de ouderenzorg
A
WMO
B
PGB
C
WLZ
D
zorgverzekering

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

palliatieve zorg/Hospice
zorg voor mensen met dementie
zorg voor mensen die revalideren
zorg voor mensen die nog kort te leven hebben
Revalidatiecentrum/somatische zorg
Psychogeriatrische zorg

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak samen met een klasgenoot een moodbord, waarin duidelijk wordt uitgelegd wat hierboven in het kort wordt verteld. (20 min.) We bespreken dit klassikaal.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ouderenzorg
1. Schrijf zoveel mogelijk (kleine) dingen op die belangrijk zijn voor de kwaliteit van zorg aan oudere zorgvragers. Het mag gaan over zorg die thuis gegeven worden, in een verpleeghuis of in een ziekenhuis.
2. Wat zijn de sterke punten die jij hebt gezien als het gaat over de kwaliteit van de zorg?
3. Wat zijn de minder sterke punten die jij hebt gezien?
4. Wat vind jij het meest leuk in de zorg aan ouderen?
5. Wat vind jij het minst leuk in de zorg aan ouderen?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind jij dat ze goed georganiseerd hebben in de ouderenzorg?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat als...wat zou jij veranderen in de ouderenzorg?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Verpleeghuis

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veranderende toekomst
Vroeger: Bejaardenhuis (veel mensen gingen daar wonen omdat het voordelen had, nog vroeger gingen ze inwonen bij de kinderen).

Werd toen verzorgingshuis (meer zorg en zorgvragers met beperkingen).

Nu wonen en zorg steeds meer gescheiden. 



Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoorbeeld:
  • Zorgwonen
  • Verzorgingshuis zorg
  • Verpleeghuis ​zorg
  • Dagbehandel​ing​
  • Dagbesteding en dagactiviteiten​
  • Behandelingen​​​​​​
  • Revalidatie​​​​​​
  • Tijdelijk verblijf​​​​​​
  • Zorg en herstelhotel
  • Gespecialiseerde zorg
  • Zorg in de laatste levensfase
  • Reizen
  • ….

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelgroepen en specialisaties
Ouderenzorg / psychogeriatrie / somatiek / revalidatie /
gespecialiseerde zorg bijv. jong dementerenden / NAH / Huntington/ palliatieve zorg

Verpleegkundige in de VT (Verzorgingstehuis): zie volgende slide.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

NU
  • Zorgvragers met grotere zorgvraag (zorgprofiel).
  • In een zorgprofiel staat welke zorg iemand krijgt als deze een indicatie heeft voor de Wet langdurige zorg (Wlz).
  • Met een Wlz-indicatie kan iemand in een een zorginstelling wonen. Bijvoorbeeld een verpleeghuis.
  • Je kan die zorg ook thuis krijgen.


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Teamsamenstelling
Niveau 1, 2 ,3, 4 en 6

Zoek op:
Wat zijn de verschillen en welke beroepen horen bij deze niveaus?
(15 minuten)

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overlegvormen
  • MDO volgens een schema waarbij een aantal patiënten worden besproken.
  • Teamoverleg / werkoverleg.
  • Dagelijkse overdracht.
  • Bewoner / zorgvrager overleg.


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rapportage
Zorgleefplan: 
https://www.zorgvoorbeter.nl/kennis-delen/tools/werken-met-een-zorgleefplan 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoek de betekenis op van onderstaande zorg (15 min.):
  • Belevingsgerichte zorg is: 
  • Vraaggerichte zorg is: 
  • Kleinschalig wonen is:
  • Leefsferen zijn:


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Thuiszorg
De thuiszorg wil de persoonlijke zorgverlener in de buurt zijn. Zij hebben een breed en kwalitatief zorgaanbod.
  • Welke thuiszorgorganisatie ken je in je eigen buurt?
  • Marktwerking in de zorg. Wat betekent dat?

Slide 30 - Tekstslide

Marktwerking in de zorg is een door de overheid gereguleerd systeem waarbij burgers, zorginkopers en zorgaanbieders samen en in onderlinge concurrentie de prijs, kwaliteit en service bepalen aan de hand van vraag en aanbod. 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Visie op zorg
  • Persoonlijk 
  • Betrouwbaar 
  • Professioneel
  • Ondernemend
Maar ja, wat betekent dat bij de zorg?
Overleg dit met je klasgenoot en schrijf dit op.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen behaald?
  • Inzicht in de organisatie van de ouderenzorg.
  • Visie op ouderenzorg.
  • Wie mag gebruik maken van de ouderenzorg.
  • Wie betaalt de ouderenzorg.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

tops en tips

Slide 34 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies