Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Dag 9 - Thema Eten
Verwerkingsvragen
Thema 4: Eten - DAG 9
1 / 13
volgende
Slide 1:
Tekstslide
In deze les zitten
13 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Verwerkingsvragen
Thema 4: Eten - DAG 9
Slide 1 - Tekstslide
De nieuwe woorden van vandaag zijn:
de vrouw
het water
wel
werken
de zak
het zakje
Slide 2 - Tekstslide
de
vrouw (znw)
volwassen persoon van het vrouwelijke geslacht
de vrouw - de vrouwen
de vrouw <--> de man
Zin:
De
vrouw
en de man trouwen vandaag.
57
Slide 3 - Tekstslide
het
water (znw)
vloeistof zonder kleur of smaak
Zin:
Ze drinkt een glas water.
Zin:
Water uit de kraan is drinkwater.
58
Slide 4 - Tekstslide
wel
ja!
het is waar
akkoord
Zin:
Mijn vriendin vraagt of ik mee ga zwemmen en ik zeg dat ik
wel
mee wil.
59
Slide 5 - Tekstslide
werken
(ww)
Een activiteit om geld te verdienen.
Een activiteit die je moet doen.
TT - ik werk, jij werk
t
, wij werken
VT - ik werk
te
, wij werk
te
n
Zin:
Ik wil morgen naar het strand, maar dat kan niet omdat ik moet
werken.
60
Slide 6 - Tekstslide
de
zak
Voorwerp van slap materiaal dat aan een kant open is.
de zak - de zakken
Zin
:
Ik doe mijn vuilnis in een vuilnis
zak
.
61
Slide 7 - Tekstslide
het
zakje
Een klein voorwerp dat van boven open is.
Je kunt hier dingen in doen om mee te nemen.
het
zakje - de zakjes
Zin
:
Ik doe mijn broodje in een boterham
zakje
, om mee te nemen naar school.
62
Slide 8 - Tekstslide
De .......................... en de .......................kregen samen een dochter. Dit kind wordt later een ...............
35+57
A
vrouw - man - zoon
B
vrouw - man - vrouw
C
man - vrouw - oma
D
man - vrouw - man
Slide 9 - Quizvraag
58
Hoeveel water drink jij per dag?
Slide 10 - Woordweb
Maak een zin met het zelfstandig naamwoord 'zak'.
61
Slide 11 - Open vraag
Wat betekent het woord 'zakje'?
62
A
Een voorwerp waar je dingen in kunt doen.
B
Een pan waarmee je kan koken.
C
een vuilniszak
D
een bord
Slide 12 - Quizvraag
Maak een zin met de woorden 'werken' en 'wel'.
Slide 13 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
Dag 9 - Thema Eten
November 2023
- Les met
13 slides
Dag 9 - Thema Eten
September 2024
- Les met
13 slides
Dag 9
September 2024
- Les met
12 slides
NT2
Basisschool
Groep 1
Dag 10
Oktober 2023
- Les met
14 slides
NT2
ISK
Dag 10
Maart 2024
- Les met
14 slides
NT2
ISK
Dag 9
Oktober 2023
- Les met
12 slides
NT2
Basisschool
Groep 1
Dag 9
Maart 2024
- Les met
12 slides
NT2
Basisschool
Groep 1
Dag 10
September 2024
- Les met
14 slides
NT2
ISK