Er zijn geen regels zonder uitzonderingen:
gehen, stehen, bewegen -> sterk, maar geen klinkerverandering
(er geht, er steht, er bewegt)
treten, nehmen, geben -> sterk, maar lange e wordt i
(sie tritt, sie nimmt, du gibst). Denk eraan: h verdwijnt bij nehmen en als de e-i of a ä verandering er is, dan geen extra e!
stoßen -> = stoten, sterk in het D, geen a/e maar wel Umlaut
(du stößt, er stößt)