1.1 Stofeigenschappen

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Planning van de les:
PTA en PTO NaSk2 uitleg
Planner Scheikunde bekijken
Samen Par. 1.1 doornemen             
Begin maken met de opdrachten  (resterende tijd)  


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Planner

Slide 4 - Tekstslide

H 1. Stoffen en mengsels
Par. 1.1 Stofeigenschappen

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoel:

Slide 6 - Tekstslide

Natuurkunde
  Natuurverschijnselen. 
Zoals:  zwaartekracht, snelheid, licht, geluid, elektriciteit. 

Je houd je bezig met verschijnselen die zich steeds herhalen. Als de zon ondergaat, komt hij ook weer op (als het goed is ;-) )

Slide 7 - Tekstslide

Natuurkunde
Natuurkundige gebeurtenissen noem je daarom omkeerbare veranderingen. 

Slide 8 - Tekstslide

Scheikunde (Chemie)

Een scheikundige (ofwel chemicus) werkt veel met stoffen, en de blijvende veranderingen van stoffen. 

Slide 9 - Tekstslide


Denk maar aan het verbranden van suiker, als je dat weer afkoelt zal dit niet weer terug veranderen in suiker. 

Een scheikundige kijkt vooral veel naar stofeigenschappen

Slide 10 - Tekstslide

Stofeigenschappen
- Smaak
- Geur 
- Fase 
- Kleur
- Oplosbaarheid in water
- Geleiding van elektriciteit
- Kookpunt
- Smeltpunt
- Dichtheid

Slide 11 - Tekstslide

Een stof kun je herkennen aan zijn stofeigenschappen. 
Die zijn voor elke stof anders.

Slide 12 - Tekstslide

Dichtheid
IJzer = 7,9 g/cm³
Hout = 0,7 g/cm³
Water = 1,0 g/cm³



Zinken -> Dichtheid van ijzer is groter dan dichtheid van water
Zweven -> Dichtheid van een vis is gelijk aan dichtheid van water
Drijven -> Dichtheid van hout is kleiner dan dichtheid van water

Slide 13 - Tekstslide

Fase van een stof

Slide 14 - Tekstslide

Massa = Geen stofeigenschap
De massa bepaal je met een weegschaal en is altijd een ander getal net als het volume van een stof. 

Slide 15 - Tekstslide

Gevarensymbolen
De meeste stoffen hebben bepaalde symbolen op de fles/pot staan. Deze symbolen geven aan of de stof gevaarlijk is. 

Als je wilt weten of een stof gevaarlijk is, kun je de chemiekaart bekijken. Hierop staat hoe je veilig met deze stof kunt werken. 

Slide 16 - Tekstslide

Gevaren-symbolen 


Deze kun je tegenkomen en moet je kunnen herkennen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Lesdoel gehaald? 
  • Ken je een verschil tussen natuur- en scheikunde?
  • Kun je 3 stofeigenschappen opnoemen?
  • Ken je de betekenis van een aantal gevarensymbolen? 


Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag
LEES de tekst van par. 1.1 in je boek
MAAK opdracht  1 t.m 7, 9, 11, 12 en 14 digitaal 


Pak je agenda: 
Noteer bij morgen
mk 1 t.m 7, 9, 11, 12 en 14
KLASSENCODE: 742192
NOVA MAX NASK 2

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Aan de slag:

  • Koppelen aan de digitale methode; Klassencode is 742192
  • Multi inschrijven 5x voor volgende week (flex kan ook)
  • Invullen proef 1 en 2 vanaf blz. 48
  • LEES de tekst van par. 1.1 in je boek
  • MAAK opdracht 1 t.m 7, 9, 11, 12 en 14 digitaal 
  • Wout, Levy en Martijn mentorgesprek 10e uur


Slide 23 - Tekstslide