bs 6 + 7
1 / 35
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
ongeslachtelijke voortplanting is met
A
eicellen
B
stuifmeelkorrels
C
beide
D
beide niet
Slide 2 - Quizvraag
geslachtelijke voortplanting is met
A
eicellen
B
stuifmeelkorrels
C
beide
D
beide niet
Slide 3 - Quizvraag
Welke vormen van ongeslachtelijke voortplanting bij planten heb jij onthouden?
Slide 4 - Open vraag
Hoe heet onderdeel 7?
Slide 5 - Open vraag
Wat is de functie van een gekleurd kroonblad?
Slide 6 - Open vraag
Hoe heet het mannelijk voortplanting orgaan van een plant?
A
helmdraad
B
helmhok
C
meeldraad
D
meelhok
Slide 7 - Quizvraag
Uit welke drie onderdelen bestaat een stamper?
A
helmhok, helmdraad, meeldraad
B
stempel, stijl en vruchtbeginsel
C
stempel, zaadbeginsel en helmhok
Slide 8 - Quizvraag
Waarom is de stempel van een stamper plakkerig?
A
Door de plak blijven de insecten langer in de bloem
B
Door de plak vangt een bloem vliegen
C
Door de plak blijven de stuifmeelkorrels plakken op de stempel
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Slide 12 - Tekstslide
NR 3 is?
Slide 13 - Open vraag
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Een paardenbloem is een
A
windbloem
B
insectenbloem
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Verschil insect- en windbloemen
Slide 19 - Woordweb
Slide 20 - Tekstslide
Bij bestuiving hebben we over het vervoeren van
A
eicellen
B
stuifmeelkorrels
C
zaadjes
D
pluisjes
Slide 21 - Quizvraag
Bij bevruchting bedoelen we
A
landen van de stuifmeelkorrel op de stamper
B
graven van de stuifmeelkorrel naar de eicel
C
samensmelten van de kernen van eicel en stuifmeelkorrel
D
het groeien van de vrucht
Slide 22 - Quizvraag
Slide 23 - Tekstslide
Als we spinazie eten, eten we de
A
wortels
B
stengels
C
bladeren
D
vruchten
Slide 24 - Quizvraag
Als we pindas eten, eten we de
A
bloemen
B
vruchten
C
zaden
D
wortels
Slide 25 - Quizvraag
Als we kiwi eten, eten we
A
de vruchten
B
de zaden
C
de wortels
D
de bloemen
