M2 - Quiz Unit 5 humour

Friday 10 April
.




Good morning everybody
Unit 5 overall quiz
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Friday 10 April
.




Good morning everybody
Unit 5 overall quiz

Slide 1 - Tekstslide

Vocabulary - Sleep de vertaling naar het juiste woord
mopperig
gênant
verhuizen
papegaai
antwoord
maar
onbeleefd
dapper
eenzaam
grumpy
embarrassing
(to) move
parrot
however
rude
brave
lonely
reply

Slide 2 - Sleepvraag

Sleep de meervouden naar het juiste enkelvoud en sleep de foute meervouden naar het vakje foute antwoorden.
match
home
tooth
lady
wife
photo
tomato
friend
foute antwoor- den
matches
match
homes
tooths
teeth
homs
tomatos
wifes
lady's
photos
ladies
photoes
tomatoes
wives
friend
friends

Slide 3 - Sleepvraag

Much and many
Much voor woorden die je niet kunt tellen.
Much time, much money, much food

Many voor woorden die je wel kunt tellen.
Many chairs, many minutes, many coins

Slide 4 - Tekstslide

MUCH
MANY
paper
pen
coins
bicycle
tea
woman
chair
milk
paint
sugar
money

Slide 5 - Sleepvraag

Hoe vervoeg je het werkwoord
to be
A
has - been
B
was/were beed
C
was/were - been
D
has - beed

Slide 6 - Quizvraag

Hoe vervoeg je het werkwoord
to get
Het tweede en derde rijtje van dit onregelmatige werkwoord zijn:
A
got - got
B
get - got
C
got - get
D
get - get

Slide 7 - Quizvraag

Hoe vervoeg je het werkwoord
to hide
Het tweede en derde rijtje van dit onregelmatige werkwoord zijn:
A
had - hid
B
hid - had
C
had - hidden
D
hid - hidden

Slide 8 - Quizvraag

Wanneer gebruik je de present perfect?

Slide 9 - Open vraag

Hoe maak je een present perfect

Slide 10 - Open vraag

Hoe maak je deze zin ontkennend?
He has worked hard.
A
Has he worked hard?
B
No, he has worked hard.
C
He hasn't worked hard.
D
Hasn't he worked hard?

Slide 11 - Quizvraag

Hoe maak je deze zin vragend?
We have lived in London.
A
We haven't lived in London.
B
Have we lived in London?
C
Haven't we lived in London?
D
We have lived in London?

Slide 12 - Quizvraag

De plaats van het bijwoord

bijvoorbeeld: never, always, only, ever, also, already, often

Meestal vóór het hoofdwerkwoord

Slide 13 - Tekstslide

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede zin te maken.
anymore
play
We
never
outside
cat
his
the
always
cat food
finishes

Slide 14 - Sleepvraag

Sleep de woorden in de juiste volgorde om een goede zin te maken.
works
during
He 
only
night
to
lied
have
ever
you
her
the

Slide 15 - Sleepvraag

What was hard in this Lesson?

Slide 16 - Open vraag

Conclusion
Vocabulary
Plurals
Much / many
Present Perfect
Irregular verbs
Place of the adverb

Slide 17 - Tekstslide