H4 Herhaling

• Economie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 4

H4 Kies je voor zekerheid?

Herhaling

Ec PW H4: tijdens de flexweek

Maken: rekenopgaven 2, 4, 6 en 12

(blz. 122)

Opgave 2 (blz. 122)

Opgave 2 (blz. 122)

Premie                                                                     € 34,30

Poliskosten                                                           €    8,50 +

                                                                                    € 42,80

 Assurantiebelasting 21% van € 42,80

                                =  € 42,80 ÷ 100 × 21 =      €   8,99 +

 Verzekeringskosten                                         € 51,79

Opgave 4 (blz. 122)

a

Opgave 4 (blz. 122)

a  € 25.000 ÷ € 1.000 × € 1,75 = € 43,75

b  

Opgave 4 (blz. 122)

a  € 25.000 ÷ € 1.000 × € 1,75 = € 43,75

b  € 80.000 ÷ € 1.000 × (€ 1,80 – € 0,15) = € 132,00

c  

Opgave 4 (blz. 122)

a  € 25.000 ÷ € 1.000 × € 1,75 = € 43,75

b  € 80.000 ÷ € 1.000 × (€ 1,80 – € 0,15) = € 132,00

c  € 46.400 ÷ € 1.000 × (€ 2,45 – € 0,10) = € 109,04

d 

Opgave 4 (blz. 122)

a  € 25.000 ÷ € 1.000 × € 1,75 = € 43,75

b  € 80.000 ÷ € 1.000 × (€ 1,80 – € 0,15) = € 132,00

c  € 46.400 ÷ € 1.000 × (€ 2,45 – € 0,10) = € 109,04

d - Malini: € 11.300 (geen eigen risico)

    

Opgave 4 (blz. 122)

a  € 25.000 ÷ € 1.000 × € 1,75 = € 43,75

b  € 80.000 ÷ € 1.000 × (€ 1,80 – € 0,15) = € 132,00

c  € 46.400 ÷ € 1.000 × (€ 2,45 – € 0,10) = € 109,04

d - Malini: € 11.300 (geen eigen risico)

    - Olav: € 31.000 – € 150 = € 30.850

  

Opgave 4 (blz. 122)

a  € 25.000 ÷ € 1.000 × € 1,75 = € 43,75

b  € 80.000 ÷ € 1.000 × (€ 1,80 – € 0,15) = € 132,00

c  € 46.400 ÷ € 1.000 × (€ 2,45 – € 0,10) = € 109,04

d - Malini: € 11.300 (geen eigen risico)

    - Olav: € 31.000 – € 150 = € 30.850

    - Sylvia: € 4.250 – € 75 = € 4.175

Opgave 6 + 12 (blz. 122)

6  Bij onderverzekering geldt:

                 

   verzekerd bedrag ÷ werkelijke waarde × schade

Opgave 6 + 12 (blz. 122)

6  Bij onderverzekering geldt:

                  € 200.000 ÷ € 250.000 × € 32.000 = € 25.600

12

   verzekerd bedrag ÷ werkelijke waarde × schade

Opgave 6 + 12 (blz. 122)

6  Bij onderverzekering geldt:

                  € 200.000 ÷ € 250.000 × € 32.000 = € 25.600

12  € 32.500 ÷ 100 × 123 = € 39.975

   verzekerd bedrag ÷ werkelijke waarde × schade

Premie = € 140 en poliskosten = € 6. 

Assurantiebelasting = 21%. Bereken de verzekeringskosten.

Premie                               €     140

Poliskosten                       €         6

                                            ----------------- +

                                             €     146

Assurantiebelasting       €       30,66       (= 146 : 100 x 21)

                                            ----------------- +

Verzekeringskosten        €    176,66

Eigen risico

= het deel van de schade dat je als verzekerde zelf betaalt.

Kies het goede antwoord:

Hoe hoger het eigen risico, hoe  hoger / lager  de premie.

lager

Je kunt alleen een verzekering afsluiten als er sprake is van een 

ONZEKER VOORVAL

=

Aansprakelijkheidsverzekering

voor particulieren

vergoedt de schade die jij en je gezinsleden (ook huisdieren) zonder opzet aan iemand anders toebrengt

AVP

OPSTALVERZEKERING

- Dekt schade aan 

het huis zelf

(door storm, brand of wateroverlast). 

- Tegen herbouwwaarde.

- Door de eigenaar.

INBOEDELVERZEKERING

- Dekt schade aan de

spullen in je huis 

(door inbraak, brand 

of wateroverlast).

- Tegen nieuwwaarde.

- Door de bewoner.

Woonhuisverzekeringen

WA-verzekering:

• Wettelijke Aansprakelijkheid voor motorvoertuigen.
• Voor schade die jij met je voertuig toebrengt aan een ander.
• Verplichte verzekering.

Cascoverzekering:

• Voor schade aan je eigen voertuig die niet door een ander     veroorzaakt is (ook diefstal!).
• Geen verplichte verzekering.

Allriskverzekering: WA + cascoverzekering samen.

Zorgverzekering:

• Basisverzekering is wettelijk verplicht voor iedereen   die in Nederland woont of werkt.
• Eigen keuze voor aanvullende verzekering.
• Verplicht eigen risico (ong. € 385 p.p. per jaar).
  
• Tot 18 jaar meeverzekerd bij je ouders.

Wat heb je geleerd?

Wat heb je geleerd?

Een ander woord voor verzekering is ...

1. polis
2. polisvoorwaarde
3. AVP
4. assurantie

Juist of onjuist?
Hoe hoger het eigen risico,
hoe hoger de premie.

1. Juist
2. Onjuist

De verzekeringskosten bestaan uit:

1. premie + poliskosten
2. premie + eigen risico + assurantiebelasting
3. premie + poliskosten + eigen risico
4. premie + poliskosten + assurantiebelasting

De AVP dekt de financiële gevolgen van ...

1. de diefstal van jouw fiets.
2. schade die anderen aan jou toebrengen.
3. schade die jij toebrengt aan anderen.
4. slijtage aan jouw fiets.

Een verzekering voor de spullen in je huis noem je een ...

1. inboedelverzekering
2. AVP
3. opstalverzekering
4. onderverzekering

Een opstalverzekering is verstandig als ...

1. de waarde van je inboedel heel hoog is
2. als je met veel mensen in één huis woont
3. als je eigenaar bent van een huis
4. je huurder bent van een huis

Juist of onjuist?
Bij een onderverzekering betaal je
te weinig premie.

1. Juist
2. Onjuist

Juist of onjuist?
Bij een oververzekering krijg je méér dan het schadebedrag vergoed.

1. Juist
2. Onjuist

Juist of onjuist?
Een cascoverzekering is wettelijk verplicht als je auto rijdt.

1. Juist
2. Onjuist

Waarom is een WA-verzekering wettelijk verplicht bij een motorvoertuig?

1. Omdat een motorvoertuig heel hard kan rijden
2. Omdat je dan niet onderverzekerd bent
3. Dan krijgen de gedupeerden altijd hun schade vergoed
4. Omdat de verzekeraars dan meer geld verdienen

Juist of onjuist?
De basisverzekering is voor
iedereen verplicht.

1. Juist
2. Onjuist

Bij de zorgverzekering geldt een verplicht eigen risico van ongeveer ...

1. € 0
2. € 85 per jaar
3. € 235 per jaar
4. € 385 per jaar

Aan het werk

Maken: 

* Samenvatting (blz. 116 of online)

* Herhalingsopdrachten (blz. 118)

* Plusopdrachten (blz. 120)

* Rekenen (blz. 122 of online)