H1L24 - 3HD 3VE - Donderdag 26 oktober - Spelling 1.9








: )


Planning van dit uur

  • Tien minuten stillezen
  • Huiswerk bespreken
  • Voorbeeldtekst interpunctie bespreken
  • Zelfstandig werken



Aan het einde van deze les
  • weet je wanneer je een punt, komma, dubbele punt en aanhalingstekens gebruikt;
  • weet je hoe je de puntkomma gebruikt;
  • weet je hoe je het beletselteken gebruikt (vwo). 

Welkom 3HD / 3VE 
timer
10:00
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les








: )


Planning van dit uur

  • Tien minuten stillezen
  • Huiswerk bespreken
  • Voorbeeldtekst interpunctie bespreken
  • Zelfstandig werken



Aan het einde van deze les
  • weet je wanneer je een punt, komma, dubbele punt en aanhalingstekens gebruikt;
  • weet je hoe je de puntkomma gebruikt;
  • weet je hoe je het beletselteken gebruikt (vwo). 

Welkom 3HD / 3VE 
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
timer
5:00
Wat
Huiswerk bespreken (opdracht 1 t/m 5 van 1.9 Spelling)
Hoe
Havo: klassikaal
Vwo: online
Hulp
Steek je vinger op als je een vraag hebt
Tijd
Ongeveer vijf minuten
Uitkomst
Deze leerstof komt terug op de repetitie 
Klaar
Hierna gaan we verder met de les

Slide 2 - Tekstslide

Voorbeeldtekst interpunctie
Als je nasi maakt, moet je de rijst bakken. Je zult zien: dat is heerlijk. 'Ik lust geen nasi,' zei mijn tante vorig week, maar daar kwam ze een uur later op terug. Door de knapperige, zoet-zoute, gebakken rijst bleek ze het heerlijk te vinden. De nasi was binnen drie minuten op; mijn tante was verkocht. 

Dit heb je nodig voor gebakken rijst:
- een pan;
- rijst;
- olie;
- sojasaus

Slide 3 - Tekstslide

         .                        x
Wanneer schrijf je een punt?
  • Aan het eind van een zin die geen vraag of uitroep is.

Bij afkortingen:
  • Bij afkortingen waarvan je de hele woorden uitspreekt (n.a.v. / o.a. / enz. / bijv.) 



Wanneer schrijf je géén punt?

Bij afkortingen:
  • Als je de letters van de afgekorte woorden samen als één woord uitspreekt (hema, horeca)
  • Als je van de afkorting alleen de letters uitspreekt (wc, EHBO, ID-bewijs, IT)
  • Als de afkorting het laatste woord is van de zin, (omdat er anders twee punten na elkaar zouden staan)

  • Na een vraagzin of uitroep, omdat daar na een vraagteken (?) of uitroepteken (!) niet ook nog een punt wordt gebruikt
  • Na een titel (van bijvoorbeeld een boek of artikel) of tussenkopje in een tekst

Slide 4 - Tekstslide

, komma ,
Tussen twee persoonsvormen van een samengestelde zin. 
Om het virus te stoppen, moet iedereen thuisblijven.

Meestal voor de voegwoorden hoewel, omdat, zodat, opdat, als, indien, maar, aangezien, doordat, want en terwijl.          
Alle medewerkers applaudisseren, omdat de bejaarde patiënt is genezen.
Tussen de delen van een opsomming in een zin.  
Onderzoekers werken in moderne, witte, felverlichte en koude laboratoria.
Voor en na een een aanspreking. 
Mevrouw, heeft u een pen voor mij? 

Slide 5 - Tekstslide

puntkomma ;
  • Betekenis: tussen een punt en komma in
  • Delen voor en na puntkomma horen bij elkaar
  • Na een puntkomma geen hoofdletter

Tussen twee zinnen die heel nauw met elkaar samenhangen.
Frank was te laat; zijn fiets bleek gestolen.
Iedereen heeft het proefje gedaan; Jesse is alleen de resultaten vergeten te noteren.
In een opsomming. Let op: aan het eind van de opsomming schrijf je een punt.
Ons weekmenu bestaat uit:
• aspergesoep geserveerd met brood;
• gestoofde aardappels uit de oven;
• langzaam gegaarde stokvis in botersaus.

Slide 6 - Tekstslide

dubbele punt :
  • Let op: wanneer hoofdletter?
Als aankondiging van een opsomming
Dit ga je doen:
1. Je opent de colafles.
2. Je voegt de mentos toe. 
Als aankondiging van een uitleg of een voorbeeld.
Je kunt kiezen: je werkt in een groepje van drie of je werkt alleen.
Als aankondiging van een citaat.
Carola: ‘Laat mij maar alleen werken, daar houd ik van.’

Slide 7 - Tekstslide

... beletselteken (alleen vwo) ...

  • Ook wel: gedachtepuntjes
Als je een woord of zin niet afmaakt
'Wacht op m...', riep Jan, maar Anja hoorde hem al niet meer.
Om een lange pauze aan te geven.
 ‘Ja, maar … is dat wel zo?’
Tekst

Slide 8 - Tekstslide

                   Individueel werken 
timer
5:00
Wat
Havo: maak opdracht 7 t/m 10 + 12 van 1.9 Spelling (online)
Vwo: maak opdracht 6 t/m 9 +11
Hoe
Rustig overleggen
Hulp
Steek je vinger op, dan kom ik langs
Tijd
Vijf minuten zonder hulp, daarna kun je je vinger opsteken en vragen stellen 
Uitkomst
Deze opdrachten zijn huiswerk
Klaar
Maak 'Test jezelf' van 1.9 Spelling

Slide 9 - Tekstslide

Samenvatting van de les
Jij
  • weet wanneer je een punt, komma, dubbele punt en aanhalingstekens gebruikt;
  • weet hoe je de puntkomma gebruikt;
  • weet hoe je het beletselteken gebruikt (vwo). 

Huiswerk 
Havo: maak opdracht 7 t/m 10 + 12 van 1.9 Spelling (online)
Vwo: maak opdracht 6 t/m 9 +11

    Slide 10 - Tekstslide

    Slide 11 - Link