Paragraaf 1 Criminaliteit

Criminaliteit
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Criminaliteit

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen deze les
1. Je kan het verschil uitleggen tussen asociaal gedrag en strafbaar gedrag.
2. Je kan het verschil uitleggen tussen een overtreding en een misdrijf en ook per begrip 2 voorbeelden geven.
3. Je kan beoordelen of een gegeven situatie als criminaliteit wordt bestempeld.

Slide 2 - Tekstslide

Verschil
Asociaal gedrag = je houdt geen rekening met anderen.
Is niet strafbaar!

Strafbaar gedrag = je overtreedt wetsregels.

Slide 3 - Tekstslide

Misdrijven en overtredingen
Misdrijven:
-zijn ernstige strafbare feiten
-je kan een strafblad krijgen
-poging tot misdrijf is strafbaar!

Overtredingen:
-zijn minder erg
-je krijgt geen strafblad en hoeft niet naar de rechter
Voorbeelden?

Slide 4 - Tekstslide

Van zwaar naar licht........(maximale straf)
1. Straatroof (diefstal met geweld of bedreiging van geweld)
2. Inbraak
3. Doodslag
4. Belastingfraude
5. Rijden onder invloed
Wat is de juiste volgorde denken jullie? Bespreek het in tweetallen.

Slide 5 - Tekstslide

Antwoorden....
1. Doodslag -> max 25 jaar gevangenisstraf.
2. Straatroof -> max 9 jaar cel of max geldboete van 78.000 euro
3. Belastingfraude -> max 6 jaar cel of max geldboete van 90.000 euro
4. Rijden onder invloed -> max 1 jaar cel of max 7800 euro boete.
5. Inbraak -> bij een eerste keer: max 3 maanden onvoorwaardelijk cel.

Poging tot een misdrijf is 2/3 straf.


 

Slide 6 - Tekstslide

Wel of geen criminaliteit?
1-> 'Je steelt een snoepje bij de Kruidvat'.
2-> 'Je rijdt op je fiets zonder licht over de stoep'.
3-> 'Je rookt een jointje op straat'.
4-> 'Je geeft een hond meerdere trappen'.
5-> 'Je rijdt met de auto door rood en veroorzaakt een ongeluk'.
Schrijf voor jezelf op: welke situaties wel criminaliteit en welke niet?

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Maken
Maak de volgende opdrachten van bladzijden 167-169:
1, 2, 3, 5, 7, 8 en de samenvatting.
-Vraag? Steek even je hand op.
-Klaar? Maak opdracht 6.
-Na de tijd kijken we het na.
timer
12:00

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Leerdoelen deze les
1. Je kan het verschil uitleggen tussen asociaal gedrag en strafbaar gedrag.
2. Je kan het verschil uitleggen tussen een overtreding en een misdrijf en ook per begrip 2 voorbeelden geven.
3. Je kan beoordelen of een gegeven situatie als criminaliteit wordt bestempeld.

Slide 11 - Tekstslide