Het slachtoffer heeft:
- Een drukkende pijn op de borst
- Uitstralende pijn naar de armen, schouderbladen, hals, kaak of maagstreek
- Zweten, misselijkheid of braken.
Het slachtoffer heeft minder duidelijke klachten:
-pijn in de bovenbuik, kaak, nek of tussen de schouderbladen, zonder pijn op de borst
kortademigheid
extreme moeheid
duizeligheid
onrustig gevoel of gevoelens van angst of snelle ademhaling.