Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Examen lezen + luisteren
Lezen/Luisteren
NED
1 / 32
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
32 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Lezen/Luisteren
NED
Slide 1 - Tekstslide
Lezen/Luisteren
Deze lessenserie bereid je voor op het
examen
Lezen/Luisteren
Je doet de opdrachten op niveau 3
F
...
Je bent ingepland voor het examen Lezen + Luisteren --> zie mail
Slide 2 - Tekstslide
Theorie van de vorige lessen oefenen
8 vragen | 30 seconden per vraag
Slide 3 - Tekstslide
Je wilt weten welke hoofdstuk over microfoons gaat. Welke leesstrategie gebruik je?
A
Verkennend
B
Globaal
C
Gericht
D
Intensief
Slide 4 - Quizvraag
Welke onderdelen zie je hier?
A
Titel
B
Inleiding
C
Middenstuk
D
Slot
Slide 5 - Quizvraag
Wat voor tekstvorm is dit?
A
Infographic
B
Gebruiksaanwijzing
C
Recept
D
Handleiding
Slide 6 - Quizvraag
Waar staat de aanleiding voor een tekst?
A
Titel
B
Inleiding
C
Middenstuk
D
Slot
Slide 7 - Quizvraag
Wat geeft de belangrijkste boodschap
van een tekst weer?
A
Onderwerp
B
Hoofdgedachte
Slide 8 - Quizvraag
Wat is niet het doel van deze app?
A
Advies geven
B
Overhalen
C
Informeren
D
Instructie geven
Slide 9 - Quizvraag
Waar staat deze zin:
VVD is tegen woningwet De Jonge
A
Titel
B
Inleiding
C
Middenstuk
D
Slot
Slide 10 - Quizvraag
Samengevat
Tekstsoort
Tekstdoel
Voorbeeld
informatieve tekst
informeren
krantenartikel
betogende tekst
overtuigen, mening beïnvloeden
recensie
overhalende/
activerende tekst
aansporen tot actie
folder
amuserende tekst
vermaken
boek, strip
Slide 11 - Tekstslide
Elke tekst bevat een
onderwerp
en hoofdgedachte.
Onderwerp
Het onderwerp geeft in één woord of in een aantal woorden aan, waar de tekst over gaat
Het onderwerp is nooit een hele zin
Je kunt het onderwerp vaak al uit de titel halen
Vaak wordt het onderwerp letterlijk herhaald in de tekst
Slide 12 - Tekstslide
Elke tekst bevat een onderwerp en
hoofdgedachte
.
Hoofdgedachte
De hoofdgedachte van een tekst geeft in één zin de belangrijkste informatie uit de tekst weer
Het is dus de kortst mogelijke samenvatting van een tekst
Je kunt de hoofdgedachte formuleren door antwoord te geven op de vraag : "Wat zegt de schrijver over het onderwerp?"
Slide 13 - Tekstslide
Voorbeeld
Slide 14 - Tekstslide
Antwoord voorbeeld
Onderwerp
"Yellow Cabs"
Hoofdgedachte
De huidige gele taxi's in New York worden vervangen
Slide 15 - Tekstslide
Tekstverbanden
In een tekst staan vaak verschillende
verbanden
. Als je de verbanden ziet, begrijp je de tekst beter.
Let op
signaalwoorden.
Die geven het verband aan in de tekst.
Slide 16 - Tekstslide
Een aantal voorbeelden
Tekstverband
Signaalwoorden
Reden
daarom, omdat, namelijk
Tegenstelling
maar, echter, hoewel
Conclusie
kortom, dus
Oorzaak-gevolg
doordat, daardoor, zodat
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Antwoorden
Maar = tegenstelling
Zo = voorbeeld
Ook = opsomming
waardoor = gevolg
Daarnaast = opsomming
Slide 19 - Tekstslide
Lezen/Luisteren
Hoofd- en bijzaken, je leert..
Dat je in een tekst
samenhang
krijgt door
signaalwoorden te gebruiken
1
Slide 20 - Tekstslide
Lezen/Luisteren
Hoofd- en bijzaken
Hoofdzaken
zijn de belangrijkste dingen in een tekst
Bijzaken
zijn minder belangrijk
&
Een bijzaak hoort bij een hoofdzaak en kan niet bestaan zonder hoofdzaak
Slide 21 - Tekstslide
Vragen over hoofd- en bijzaken
8 vragen | 45 seconden per vraag
Slide 22 - Tekstslide
Als je alle hoofdzaken in één zin samenvat, dan heb je ......
A
Het onderwerp van een tekst
B
De hoofdgedachte van een tekst
C
De samenvatting van een tekst
D
De conclusie van een tekst
Slide 23 - Quizvraag
Om hoofd- en bijzaken te scheiden kun je een mindmap maken. Wat staat er in de cirkel op het plaatje?
A
Onderwerp
B
Hoofdzaken
C
Bijzaken
D
Hoofdgedachtes
Slide 24 - Quizvraag
'Er worden steeds meer overvallen gepleegd in Zoetermeer. De meeste overvallen worden met een hamer gepleegd.'
Welke zin is de bijzaak?
A
De eerste zin
B
De tweede zin
Slide 25 - Quizvraag
Hoofdzaken staan meestal aan het begin of het einde van een tekst
A
Waar
B
Niet waar
Slide 26 - Quizvraag
'Als het stoplicht op groen staat mogen alle auto's doorrijden, ook de stilstaande auto's mogen gaan rijden'
Wat is de bijzaak?
A
Als het stoplicht op groen staat mogen alle auto's doorrijden
B
Ook de stilstaande auto's mogen gaan rijden
Slide 27 - Quizvraag
Sommige teksten hebben alleen maar bijzaken, bijvoorbeeld als het een komisch verhaal is
A
Waar
B
Niet waar
Slide 28 - Quizvraag
Ik eet graag appels en ik eet graag bananen
Wat is de hoofdzaak?
A
Ik eet graag appels
B
Ik eet graag bananen
C
A en B allebei
D
A en B allebei niet
Slide 29 - Quizvraag
De hoofdzaak van een tekst is soms afhankelijk van de lezer
A
Waar
B
Niet waar
Slide 30 - Quizvraag
De docent maakt een les over bijzaken, omdat we in de Bufferweek een toets hebben
Wat is de hoofdzaak?
A
De docent maakt een les over bijzaken
B
Omdat we in de Bufferweek een toets hebben
C
A en B allebei
D
A en B allebei niet
Slide 31 - Quizvraag
Lezen/Luisteren
Ga naar facet MBO
3F
Examen 3F - Lezen/Luisteren
Slide 32 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
05 Hoofd- en bijzaken
Februari 2024
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
04-05 Samenhang en Hoofd- en bijzaken (combinatie)
Maart 2023
- Les met
31 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
04-05 Samenhang en Hoofd- en bijzaken (combinatie)
Oktober 2024
- Les met
26 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
04 Samenhang
Februari 2023
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
25162BLVM9A1 Lezen/luisteren 3F (18-03-2021)
Maart 2021
- Les met
11 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
04-05 Samenhang en Hoofd- en bijzaken (combinatie)
Oktober 2024
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Taalblokken les 5 Hoofd- en bijzaken
Maart 2023
- Les met
11 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Hoofd- en bijzaken - 3F
Oktober 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1