In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Welkom
We beginnen met 10 minuten lezen.
timer
10:00
Slide 1 - Tekstslide
Herhaling vorige les
verwijswoorden
Slide 2 - Tekstslide
Zo’n 90 procent van alle zeevogels die vandaag de dag leven, heeft wel eens plastic gegeten. En dat* probleem wordt alleen maar groter. Waarnaar verwijst 'dat' in de tweede zin?
Slide 3 - Open vraag
Plastic heeft de meest vernietigende uitwerking in gebieden waar veel verschillende vogels bij elkaar leven, ontdekten de onderzoekers. ‘We* maken ons grote zorgen over soorten zoals pinguïns en de grote albatrossen die wonen in deze gebieden. Waarnaar verwijst 'we' in de tweede zin?
Slide 4 - Open vraag
Opbouw tekst: Uit welke twee onderdelen bestaat een tekst in ieder geval?
Slide 5 - Open vraag
Doel vandaag:
Signaalwoorden herkennen
Slide 6 - Tekstslide
Opsomming
Tijdsvolgorde
tegenstelling
voorbeeld
Slide 7 - Sleepvraag
Slide 8 - Tekstslide
Voorkom verspilling van producten. Gooi bijvoorbeeld restjes niet zomaar weg.
Wat is het signaalwoord dat hoort bij het testverband voorbeeld?
Slide 9 - Open vraag
Maak gebruik van groenten en fruit van het seizoen. Koop zomerfruit zoals aardbeien en kersen in de zomer, echter niet in de winter.
Wat is het signaalwoord dat hoort bij het testverband voorbeeld?
Slide 10 - Open vraag
Welk signaalwoord hoort bij opsomming?
A
ten eerste
B
ten tweede
C
toen
D
maar
Slide 11 - Quizvraag
Welk signaalwoord geeft tijdsvolgorde aan?
A
vervolgens
B
eerst
C
maar
D
omdat
Slide 12 - Quizvraag
Welk signaalwoord duidt een tegenstelling aan?
A
daarnaast
B
echter
C
ook
D
maar
Slide 13 - Quizvraag
Welk signaalwoord is een voorbeeld?
A
tegelijkertijd
B
bijvoorbeeld
C
zoals
D
dus
Slide 14 - Quizvraag
Maak opdracht:
13 t/m 15 §2.3 blz. 116
Lees de leerteksten:
Signaalwoorden: voorbeeld
Nakijken
Lezen
nabespreken
timer
15:00
Slide 15 - Tekstslide
Nabespreken
Slide 16 - Tekstslide
Zelfs simpele veranderingen, zoals minder verpakkingsmateriaal, geen plastic wegwerpartikelen meer maken of het duurder maken van plastic artikelen, kunnen een groot verschil maken.
Wat is het signaalwoord en wat is het tekstverband?
Slide 17 - Open vraag
Maak een zin met het tekstverband voorbeeld. Signaalwoord: zoals