H2.3 Leestaak

H2.3 Leestaak 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H2.3 Leestaak 

Slide 1 - Tekstslide

Maar eerst...

Slide 2 - Tekstslide

Noem een signaalwoord op van een tegenstelling.

Slide 3 - Open vraag

Tekstdoelen
Een schrijver schrijft zijn tekst met een bepaalde bedoeling.
Soms heeft een schrijver meer doelen met een tekst. Maar één doel is altijd het belangrijkst.

Slide 4 - Tekstslide

Welke 4 tekstdoelen zijn er?

Slide 5 - Open vraag

Wat is het verschil tussen overtuigen en activeren?

Slide 6 - Woordweb

Verschil
Overtuigen: De schrijver wil dat de lezer zijn/haar mening overneemt.
Activeren: De schrijver wil dat de lezer in actie komt.

Slide 7 - Tekstslide

Een tekst is altijd opgebouwd uit een inleiding, kern en slot.
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 8 - Quizvraag

Tweedeling en driedeling
Tweedeling: Inleiding- kern

Driedeling: Inleiding- kern- slot
(Slot bevat hier geen nieuwe informatie. Bestaat meestal uit een conclusie of samenvatting)

Slide 9 - Tekstslide

Waarnaar verwijst 'Het'?
De plasticsoep is geen lekker soepje om op te eten. Het is een gebied in een zee of oceaan waar veel afvalplastic drijft, zoals flesjes, dopjes, visnetten, tassen en plastic speelgoed, maar vooral heel veel kleine stukjes plastic. 
Stel de vraag (om op je antwoord te komen): 
Wat is een gebied in een zee of oceaan waar veel afvalplastic drijft?



Slide 10 - Tekstslide

Nu is het aan jullie ....

Slide 11 - Tekstslide

Veel zeedieren zien de gekleurde stukjes plastic aan voor eten. Daardoor hebben zij hun magen vol met plastic.
Waarnaar verwijst het woordje 'zij' in de tweede zin?
Welke vraag stel je om hierachter te komen?

Slide 12 - Open vraag

In de natuur komen veel verschillende slangen voor, zoals adders en ringslangen.
Welke signaalwoord van een voorbeeld zie je?

Slide 13 - Open vraag

Signaalwoorden van een voorbeeld


bijvoorbeeld, een voorbeeld (hier)van is, zo, zoals, ter illustratie

Slide 14 - Tekstslide

Weetje..


Signaalwoorden van de verschillende tekstverbanden vind je in de LESSTOF!

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag
H2.3 Leestaak
kgt: Opdracht 17 t/m 23
bk: Opdracht 16 t/m 22


timer
20:00
Huiswerk voor 
woensdag

Slide 16 - Tekstslide