Leerdoelen deze week (week 2)
Ik kan...
... levensmiddelen in het Duits benoemen.
... bij levensmiddelen aangeven of ze gezond of ongezond zijn.
... vertellen welke levensmiddelen ik lekker vind en welke niet.
... vertellen hoeveel een gerecht of een drankje in een Duitse Imbiss kost, omdat ik de Duitse getallen begrijp die ik hoor.
... vertellen waar de Currywurst vandaan komt.