Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
H21 Voornaamwoorden en telwoorden
Vandaag
Voornaamwoorden en telwoorden herkennen in een zin (hst 21)
Ga in deze lessonup
1 / 36
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
36 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Vandaag
Voornaamwoorden en telwoorden herkennen in een zin (hst 21)
Ga in deze lessonup
Slide 1 - Tekstslide
Wat doe je ook weer bij taalkundig ontleden (ook een vorm grammatica)
Slide 2 - Open vraag
Check blz. 188
Voornaamwoorden die we al gehad hebben
1. persoonlijk
2. bezittelijk
3. aanwijzend
4. betrekkelijk
Slide 3 - Tekstslide
Even ophalen: betrekkelijk voornaamwoord, wat is dat ook weer? Geef een voorbeeld
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Wat is het wederkerig/wederkerend voornaamwoord in deze zin:
ik denk dat je je vergist met die voorbarige conclusie
A
1e 'je' - wederkerend
B
2e 'je' - wederkerend
C
1e 'je' - wederkerig
D
2e 'je' - wederkerig
Slide 9 - Quizvraag
Wat is het wederkerig/wederkerend voornaamwoord in deze zin:
We zijn op de wereld om elkaar te helpen
A
we - wederkerend
B
elkaar - wederkerend
C
we - wederkerig
D
elkaar - wederkerig
Slide 10 - Quizvraag
Wat is het wederkerig/wederkerend voornaamwoord in deze zin:
Zij verheugt zich op haar komst
A
Zij - wederkerend
B
zich - wederkerend
C
Zij - wederkerig
D
zich - wederkerig
Slide 11 - Quizvraag
Wat is het wederkerig/wederkerend voornaamwoord in deze zin:
Geef mekaar een hug.
A
Mekaar - wederkerend
B
mekaar - wederkerig
Slide 12 - Quizvraag
Truc:
als je ander voornaamwoord maakt (Bijv. wij => jullie) en het blijft hetzelfde is het wederkerig
Verandert het, dan wederkerend (hoort bij onderwerp)
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Benoem alle voornaamwoorden van deze zin en benoem welk soort:
Zorg je wel goed voor jezelf?
Slide 16 - Open vraag
Benoem alle voornaamwoorden van deze zin en benoem welk soort:
Niets dat je zegt, kan mij op andere gedachten brengen.
Slide 17 - Open vraag
Benoem alle voornaamwoorden van deze zin en benoem welk soort:
Waar ziet u zichzelf over vijf jaar?
Slide 18 - Open vraag
Benoem alle voornaamwoorden van deze zin en benoem welk soort:
Ik weet het zo net nog niet; wat denk jij?
Slide 19 - Open vraag
Vraag 5: Wat is het verschil qua voornaam woord 'wat:
1. Mag ik eens zien wat je daar hebt?
2. Je moet wat geluk hebben in het leven.
Slide 20 - Open vraag
Vraag 6 truc:
als je ander voornaamwoord maakt (Bijv. wij => jullie) en het blijft hetzelfde is het wederkerig
Verandert het, dan wederkerend (hoort bij onderwerp)
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
welk telwoord is het?
eerste
A
onbepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
bepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 25 - Quizvraag
welk telwoord is het?
zevende
A
onbepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
bepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 26 - Quizvraag
welk telwoord is het?
laatste
A
onbepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
bepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 27 - Quizvraag
mapje telwoorden,
opdr. 1, zin 4
1 en 4 zijn?
A
bepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
onbepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 28 - Quizvraag
Tweeduizend jaar geleden
A
bepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
onbepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 29 - Quizvraag
welk telwoord?
verscheidene keren
A
bepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
onbepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 30 - Quizvraag
welk telwoord?
beide fans
A
bepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
onbepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 31 - Quizvraag
welk telwoord?
meerdere prijzen
A
bepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
onbepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 32 - Quizvraag
welk telwoord?
zoveelste keer
A
bepaald hoofdtelwoord
B
bepaald rangtelwoord
C
onbepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord
Slide 33 - Quizvraag
Een telwoord kan een zelfstandig naamwoord woorden. Geef een voorbeeld in een zin.
Slide 34 - Open vraag
Slide 35 - Tekstslide
Morgen & na vakantie
Afmaken 21 en kerstquiz
Na vakantie: hst 19
hst 14/15
Slide 36 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
H21 Voornaamwoorden en telwoorden
Oktober 2023
- Les met
34 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Uitleg grammatica §4+6: voornaamwoorden
23 uur geleden
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
241122 Grammatica ws §4+6 en toets bespreken
2 dagen geleden
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
wk 13: les 2 - 21 Voornaamwoorden en telwoorden
Maart 2024
- Les met
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Oefenen voor SO Grammatica
Februari 2023
- Les met
22 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Grammatica - alle woordsoorten op een rij
Mei 2022
- Les met
51 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Herhaling woordsoorten - voornaamwoorden
April 2023
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
HV2 week 14 les 1 Grammatica: uitleg telwoord
April 2023
- Les met
39 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1