TIJD VOOR TIJD
Als je meerdere momenten in het verleden bespreekt. De past perfect gebruik je dan voor dat wat het langst geleden is en de past simple voor dat wat minder lang geleden heeft plaatsgevonden.
I had defeated my friend Jimmy before his parent
arrived.
Zoals in bovenstaande zin: I had defeated my friend Jimmy (het langst geleden = past perfect), before his parent arrived (minder lang geleden = past simple).