Bridging the gap - Review

• Engels
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

Good afternoon!

Our plan for today:

• Talk about what happened yesterday
• Talk about the test next week
• Review vocabulary
• Pauze
• Review grammar

About yesterday.

Toets 24 September

Vocabulaire:

blz. 22-23 (Numbers & Family)

blz. 28-29 (Days & Months)

blz. 33-34 (Colours & House)

blz. 37-38 (Body & Clothes)

Grammatica:

blz. 25 (Personal pronouns)

blz. 31 (Possessive pronouns)

blz. 35 (a/an/the)

blz. 39 (to be, to have)

Vocabulary

Lees gedurende 5 minuten in stilte de woorden op:

blz. 22-23 (Numbers & Family)

blz. 28-29 (Days & Months)

blz. 33-34 (Colours & House)

blz. 37-38 (Body & Clothes)

Na de 5 minuten, we gaan twee spelletjes met de worden op de laptop spelen.

Persoonlijke voornaamwoorden

ik = I (altijd met een hoofdletter)

jij/je = you

hij = he

zij = she (1 persoon)

het = it (voor 1 dier of ding)

wij = we

jullie/u = you

zij = they (meerdere personen)

Bezittelijke voornaamwoorden

van mij -->  mine

     van jou --> yours           

van hem --> his

van haar --> hers

(het) --> -

van ons --> our

van jullie --> your

van hen --> their

Let op! Mine, yours, his enz. hebben geen zelfstandig naamwoord dichtbij

Bijv: This dog is mine, This cat is his.

Bezittelijke voornaamwoorden

mijn -->  my

      jouw/uw --> your            

zijn --> his

haar --> her

(het) --> its

ons --> our

jullie --> your

hun --> their

Let op! My, your, his enz. komen ALTIJD VOOR de zelfstandige naamwoord!!

Bijv: my dog, his cat

Sarah = ...

1. They
2. She

My dog = ...

1. He
2. It

You and I = ...

1. We
2. They

My sisters = ...

1. We
2. They

This is ______ sandwich.

1. my
2. mine
3. I

This is _______ hat.

1. his
2. he

This is ________ dog.

1. hers
2. she
3. her

This bike is ______

1. your
2. yours
3. you

________ are doctors.

1. Their
2. They
3. Theirs