Cladogram ijzerwaren

Practicum
Cladogram van ijzerwaren
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Practicum
Cladogram van ijzerwaren

Slide 1 - Tekstslide

Cladogram
De evolutionaire geschiedenis van een groep soort heet de fylogenie. Een fylogenetische stamboom is een samenvatting van deze geschiedenis. Eigenschappen die gedeeld worden tussen soorten omdat ze homoloog zijn worden geclusterd in de fylogenetische stamboom en dit heet een cladogram zoals te zien is in het voorbeeld hiernaast.

Slide 2 - Tekstslide

Noem twee manieren waarop een cladogram anders is van een genetische stamboom:

Slide 3 - Open vraag

Definieer cladistiek

Slide 4 - Open vraag

1
2
3
4
5
6
Bedenk een naam voor elk van deze 'soorten' ijzerwaren en teken ze na. Op de volgende dia's staan deze soorten groter.

Slide 5 - Tekstslide

1

Slide 6 - Tekstslide

2

Slide 7 - Tekstslide

3

Slide 8 - Tekstslide

4

Slide 9 - Tekstslide

5

Slide 10 - Tekstslide

6

Slide 11 - Tekstslide

Bekijk de 6 'soorten' ijzerwaren op de vorige dia. Geef ze allemaal een naam en maak een tekening van de afzonderlijke ijzerwaren. Upload de foto hier.

Slide 12 - Open vraag

Hoe zouden deze ijzerwaren aan elkaar verwant kunnen zijn? Teken een cladogram om je hypothese te laten zien. Één tak kan alleen maar afsplitsen in twee takken, niet meer. De soort ijzerwaar komt aan het einde van de tak. Upload hier een foto van je tekening.

Slide 13 - Open vraag

Er zijn vaak meerdere mogelijkheden wanneer je een cladogram tekent. Soms evolueren vergelijkbare structuren twee keer. Hoe heten dit soort structuren?

Slide 14 - Open vraag

Het cladogram dat je hebt getekend zou correct kunnen zijn. Heb je gekeken naar de verschillende eigenschappen en naar hoeveel soorten ijzerwaar deze eigenschappen gemeen hadden? Dan heb je het goed gedaan! Een cladogram begint door het groeperen van organismen aan de hand van een eigenschap die ze allemaal hebben. De grootste groep zal kleinere groepen bevatten die een aantal eigenschappen delen, maar ook de veranderingen door evolutie laten zien. Door de organismen op deze manier te groeperen, maak je een hypothese over hun meest recente gemeenschappelijke voorouder. Deze gemeenschappelijke voorouder is in twee soorten gesplitst en zelf uitgestorven. De oudste soort staat daarom onderaan het cladogram. Een voorbeeld hiervan kun je op de volgende dia zien.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Kijk nog een keer naar je ijzerwaren. Welke eigenschappen hebben ze gemeen? Waarin verschillen ze? Sorteer je soorten ijzerwaar in groepen aan de hand van hun eigenschappen. Groep A moet alle soorten bevatten, soort B bevat één soort minder, enzovoorts. Groep F bevat maar één soort. Zet hier de groepsindeling (met soortnamen) die je hebt gemaakt.

Slide 17 - Open vraag

Maak het cladogram hiernaast af zodat het al je soorten ijzerwaar bevat. Schrijf de naam van de soort aan het einde van elke tak. Schrijf de eigenschap die alle soorten ijzerwaar vanaf dat punt gemeen hebben in de vakken onderaan. Je upload je tekening op de volgende dia.

Slide 18 - Tekstslide

Upload hier de tekening van je definitieve cladogram

Slide 19 - Open vraag

Welke andere methode kan je in het echt ook gebruiken om organismen te groeperen, behalve hun eigenschappen?

Slide 20 - Open vraag

Nailed it!

Slide 21 - Tekstslide