10.2 Zwanger en bevallen

7.5 Eten en ademen bij dieren
Ga rustig zitten en pak je lesboek en schrift alvast voor je.
Welkom!
§10.2 Zwanger en bevallen
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

7.5 Eten en ademen bij dieren
Ga rustig zitten en pak je lesboek en schrift alvast voor je.
Welkom!
§10.2 Zwanger en bevallen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  • Leerdoelen
  • Uitleg §10.2 (deel 1)
  • Aan de slag!
  • Bespreken
  • Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe een zwangerschap ontstaan
  • Je kunt uitleggen hoe de baby zich in de baarmoeder ontwikkelt.
  • Je kunt manieren beschrijven om een baby in de baarmoeder te onderzoeken.
  • Je kunt beschrijven hoe een bevalling gaat.
  • Je kunt uitleggen hoe een eeneiige en twee-eiige tweeling ontstaan.

Slide 3 - Tekstslide

Wanneer is een vrouw zwanger?
Geslachtsgemeenschap rond het tijdstip van de eisprong? Dan kan de vrouw zwanger raken.

Bevruchting = de kern van de zaadcel smelt samen met de kern van de eicel.
Er is maar één zaadcel nodig om de eicel te bevruchten.
De eicel wordt ondoordringbaar voor andere zaadcellen als een zaadcel de eicel is binnengedrongen.

De bevruchte eicel gaat zich delen en een bolletje cellen ontstaat.
Dit bolletje gaat via de eileider naar de baarmoeder.
Na ongeveer 6 dagen zet het bolletje cellen zich vast in het
dikke baarmoederslijmvlies. Dit noem je innesteling.
Vanaf dat moment is een vrouw zwanger.

Slide 4 - Tekstslide

Wanneer is een vrouw zwanger?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Ontwikkeling van de baby
Tijdens de zwangerschap groeit het bolletje cellen in 9 maanden uit tot een baby.

De eerste 12 weken (3 maanden)
- Alle organen ontstaan bij het ongeboren kind (ontwikkeling).
- Je noemt het ongeboren kind een embryo.

Van week 12 tot de geboorte
- Na ongeveer 12 weken vindt er alleen nog groei plaats.
- Je noemt het ongeboren kind een foetus.

Slide 7 - Tekstslide

Ontwikkeling van de baby
Vruchtwater
Vruchtvliezen


Placenta (moederkoek)

Navelstreng
- één navelstrengader
        voedingsstoffen + zuurstof gaan vanuit het bloed van de
        moeder naar het bloed van het kind.
- twee navelstrengslagaders
       koolstofdioxide en andere afvalstoffen gaan door de twee
       navelstrengslagaders vanuit het bloed van het kind
       naar het bloed van de moeder

Slide 8 - Tekstslide

Tijdens de geboorte
Na de geboorte

Slide 9 - Tekstslide

na de geboorte

Slide 10 - Tekstslide

Embryo/foetus in de baarmoeder
  • Zit in een vruchtzak met vruchtwater; bescherming
  • Zit met de navelstreng vast aan de placenta
  • Placenta bevat bloedvaten van moeder en kind; uitwisselen afvalstoffen en voedingsstoffen

Slide 11 - Tekstslide

Tweeling
twee-eiige tweeling
eeneiige tweeling
Siamese tweeling

Slide 12 - Tekstslide

Echografie
Beeld van de foetus in de baarmoeder dat met geluidsgolven wordt gemaakt.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Menstruatiecyclus
- Rijping van eicel
- Baarmoederslijmvlies wordt dikker
- Ovulatie (eisprong)
- Menstruatie
Menstruatiecyclus
Wat er van de ene menstruatie tot de volgende gebeurt.

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat?
Klaar?
Hoe?
Hulp?
Tijd?
individueel (alleen)
zacht overleggen met degene die naast je zit mag

lezen: §10.1
maken: opdracht 1 t/m 30 van §10.1

eerst zachtjes overleggen met degene die naast je zit
daarna mij om hulp vragen
20 minuten
lezen: §10.2

timer
20:00

Slide 16 - Tekstslide

Afsluiten
  • Pak je Plenda
      - donderdag 
      - m: 
     
  • Volgende les
      - §
      - opdrachten §

  • Vragen?

  • Opruimen

Slide 17 - Tekstslide