H5.4 + H5.5 Ec. Wereldcrisis+Wereld in crisis

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 38 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Hoe zat het ook alweer?

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel 5.4
Welke keuzes maakten de presidenten Hoover en Roosevelt in hun aanpak van de economische crisis in de jaren dertig?

President Hoover wilde de problemen in de landbouw oplossen en de grote verschillen tussen arm en rijk aanpakken. Het instorten van de aandelenmarkt vond hij geen groot probleem. De economie zou zich vanzelf herstellen. Hij investeerde wel in werkgelegenheidsprojecten.
1/2

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel 5.4
Welke keuzes maakten de presidenten Hoover en Roosevelt in hun aanpak van de economische crisis in de jaren dertig?
President Franklin D. Roosevelt won de verkiezingen met zijn ‘New Deal’. Grote economische veranderingen waren nodig. Hij nam maatregelen om de armoede te bestrijden en, ook hij, begon met werkgelegenheids-projecten. Naast de WPA (Works Progress Administration) kwam er ook sociale zekerheid (Social Security Act). Veel rijke Amerikanen vonden FDR niet zo tof want hij verhoogde de belastingen.
2/2

Slide 4 - Tekstslide

Huiswerk
H5.4 | Economische crisis in de Verenigde Staten
Lees de paragraaf (en de aantekeningen)
Maken: opdrachten 44, 46, 47, 52, 55 en 58

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Zwarte Donderdag 24/10/1929
In 1929 is de productie in de Verenigde Staten flink afgenomen en de werkloosheid toegenomen, waardoor de koersen van de aandelen veel hoger zijn dan de werkelijke waarde. Mensen blijven aandelen kopen met geleend geld. In oktober 1929 gaat het mis. Op 24 oktober wordt een recordaantal aandelen van 12.9 miljoen verhandeld als beleggers zich haasten om hun verlies te beperken.
Er is sprake van een Beurskrach: een plotselinge ineenstorting van de aandelenkoersen

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 44
Bij het uitbreken van een economische crisis moet een overheid maatregelen nemen om de crisis aan te pakken. Bedenk samen vier mogelijke maatregelen.
Voorbeelden van goede antwoorden:
  1. Bezuinigingen om geld te besparen
  2. Investeren om bedrijven te helpen
  3. Werkgelegenheidsprogramma’s opzetten
  4. Leningen verstrekken aan ondernemers.

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 46
Schrijf in de linker kolom oorzaken van de economische crisis in de Verenigde Staten. De rest van het schema vul je nog niet in.

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 47
Bepaal welke oorzaak volgens jou de aanleiding was voor het uitbreken van de economische crisis. Zet een kruisje achter die oorzaak. Leg je antwoord uit.
  • De aanleiding is de meest directe oorzaak. Toen de aandelenkoersen daalden, raakten veel mensen in de problemen, doordat ze de aandelen hadden gekocht met geleend geld en dat niet konden terugbetalen. Daardoor gingen banken failliet.


Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 50
Neem de tijd om de foto van bron 15 te bekijken en bedenk wat het historische verhaal (de context) is. Maak de context zo persoonlijk mogelijk. Laat je verhaal gaan over de personen op de foto. Schrijf je verhaal op een los blaadje. Bespreek welk verhaal jullie het beste vinden.
  • In dit verhaal kun je de eigenaar van de auto centraal stellen, om het persoonlijk te maken. Je kunt er ook voor kiezen juist de koper van deze auto centraal te stellen. Wat voor de ene persoon heel erg is, kan voor de ander juist een voordeel zijn. Ook de gedachten en emoties van de toeschouwers mag je in je verhaal betrekken.



Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 52
Schrijf in de eerste kolom de maatregelen die Hoover nam om de economische crisis op te lossen. De tweede kolom vul je later in.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 55
Schrijf in het schema bij opdracht 52 in de tweede kolom de maatregelen die Roosevelt nam om de crisis op te lossen.
Als je continuïteit ziet met een maatregel van Hoover, schrijf de maatregel van Roosevelt er dan naast. Zie je vooral verandering, schrijf deze maatregel dan op een regel waar bij Hoover niets staat.


Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 55

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 58

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 58
In een spotprent hebben ook kleine onderdelen (beeldelementen) van de tekening vaak een bepaalde boodschap. Hieronder staan beeldelementen van de tekening. Leg steeds uit wat de tekenaar ermee bedoelt. Vul de lijst aan met nog twee beeldelementen en hun betekenis.

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 58

Slide 17 - Tekstslide

H5.5 De wereld in crisis
Deze les...
  • Leerdoel H5.5
  • Video - De economische wereldcrisis
  • Huiswerk opschrijven


Slide 18 - Tekstslide

leerdoel H5.5 | De wereld in crisis
Hoe verliep de economische crisis in Duitsland en in Nederland, en welke aanpak van de crisis werd daar gekozen?
Door de crisis verloren, in Duitsland, ruim 6 miljoen mensen hun baan en inkomen. De regering van de Weimarrepubliek kon er weinig aan doen. Politiek werd het onrustig in Duitsland. In 1932 won Hitler de verkiezingen en kwam hij de afspraken uit het Verdrag van Versailles niet meer na. Hij investeerde o.a. in de industrie. De crisis werd overwonnen, maar de kosten waren hoog. Oorlog was onvermijdelijk.

1/2

Slide 19 - Tekstslide

leerdoel H5.5 | De wereld in crisis
Nederland
In Nederland besloot de regering Colijn te bezuinigen om de crisis tegen te gaan. ‘Niet meer uitgeven dan er binnenkomt’ (aanpassingspolitiek) zei Colijn. De economie verslechterde en het zou zelfs leiden tot het ‘Jordaanoproer’. Pas in 1936 zou het weer beter gaan met de economie.

2/2

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Huiswerk
H5.5 De wereld in crisis
Opdrachten 67 t/m 73 + 75


Slide 22 - Tekstslide

Opdracht 67
Vergelijk de economische en de sociale situatie in Duitsland in de jaren twintig met die in de Verenigde Staten. Zie je vooral overeenkomsten, of vooral verschillen? Leg je antwoord uit.
In Duitsland was dat enthousiasme er ook, maar daar was de keerzijde dat men terugkeek op een heel, heel moeilijke periode.


Slide 23 - Tekstslide

Opdracht 67
Vergelijk de economische en de sociale situatie in Duitsland in de jaren twintig met die in de Verenigde Staten. Zie je vooral overeenkomsten, of vooral verschillen? Leg je antwoord uit.
In sociaal opzicht zie je in beide landen twee kanten van één medaille: in de Verenigde Staten ontstond hoop, enthousiasme, film, jazz. Maar aan de andere kant was er een probleem in de manier waarop mensen met verschillende huidskleur met elkaar omgingen. In Duitsland was dat enthousiasme er ook, maar daar was de keerzijde dat men terugkeek op een heel, heel moeilijke periode.

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht 68
De regering van de Weimarrepubliek had met tegenstand te maken. Noem de twee belangrijkste groepen en de reden waarom zij zich tegen de Weimarrepubliek verzetten.
  1. Communisten wilden een revolutie zoals in de Sovjet-Unie was geweest.
  2. Rechtse partijen wilden af van de financiële verplichtingen aan het buitenland.


Slide 25 - Tekstslide

Opdracht 69
Schrijf in de tabel bij ieder jaar hoeveel procent van de stemmen de NSDAP kreeg. Geef ook bij elk jaar aan hoe het met de economie ging. Trek met behulp van de gegevens in de tabel een conclusie over de relatie tussen de economie en de opkomst van de NSDAP in Duitsland.
Conclusie: 
  • Hoe slechter de economie, hoe meer stemmen voor de NSDAP.

Tabel staat op de volgende dia!

Slide 26 - Tekstslide

Opdracht 69

Slide 27 - Tekstslide

Opdracht 70
Vergelijk de propagandaposters van bron 17 en bron 19 met bron 17 uit hoofdstuk 4. Noem drie overeenkomsten.
  • Nadruk op kracht, spierballen, werk en arbeiders.



Slide 28 - Tekstslide

Opdracht 71
De Verenigde Staten, nazi-Duitsland en de Sovjet-Unie verschilden heel sterk van elkaar. Hoe verklaar je dan dat deze propaganda juist zo sterk overeenkomt?
  • De landen verschillen veel, maar er zijn ook overeenkomsten. Elk van de drie landen heeft veel arbeiders en kan dus met deze poster veel mensen aanspreken. En elk van de drie landen heeft er baat bij dat er hard wordt gewerkt.




Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Opdracht 72
Vergelijk de aanpak van de economische crisis door Hitler in Duitsland met die van Roosevelt in de Verenigde Staten. Noem een overeenkomst en een verschil.
Overeenkomst: 
  • Overheidsinvesteringen, werkgelegenheidsprojecten.
Verschil: 
  • Arbeidsprestaties belonen, wapenindustrie.

Slide 31 - Tekstslide

Opdracht 73
Vergelijk de aanpak van de economische crisis door Hitler in Duitsland met die van Roosevelt in de Verenigde Staten. Noem een overeenkomst en een verschil.
Overeenkomst: 
  • Overheidsinvesteringen, werkgelegenheidsprojecten.
Verschil: 
  • Arbeidsprestaties belonen, wapenindustrie.

Slide 32 - Tekstslide

Opdracht 75
In Duitsland konden veel mensen een radio kopen, omdat de prijs ervan erg laag was. Bedenk waarom het voor Hitler handig was dat veel mensen een radio hadden.
  • Zo kon hij via radio-uitzendingen mensen makkelijker informeren over zijn plannen en propaganda maken voor de ideeën van de NSDAP.

Slide 33 - Tekstslide

Opdracht 77
Noem op basis van je kennis uit deze en de vorige paragraaf twee dingen die de Nederlandse overheid in elk geval moet doen als er opnieuw een economische crisis uitbreekt. Noem ook twee dingen die de overheid juist niet moet doen.

Slide 34 - Tekstslide

H6.1 Oriëntatie | Een totalitaire samenleving.
Welke invloed hadden totalitaire ideologieën en racisme op het dagelijks leven in de jaren voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Totalitaire ideologieën, in Rusland het communisme, in Italië het fascisme en in Duitsland het nationaalsocialisme, waren reacties op de Eerste Wereldoorlog (KA). Er heerste onvrede, economische crisis en politieke chaos. Uiteindelijk zorgden, Italië en Duitsland, er voor dat de Tweede Wereldoorlog uitbrak.


1/3

Slide 35 - Tekstslide

H6.1 Oriëntatie | Een totalitaire samenleving.
In Duitsland speelde racisme een grote rol bij de schuldvraag voor alle misstanden (verlies Eerste Wereldoorlog, economische crisis). In 1935 werden de rechten van de joden beperkt door de invoering van de Neurenberger wetten en in 1938 vond de eerste gewelddadige actie, de Kristallnacht, tegen ze plaats.
Radio, film en posters werden ingezet om het volk te overtuigen van de juistheid van deze ideeën (het gebruik van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie (=KA)). 

2/3

Slide 36 - Tekstslide

H6.1 Oriëntatie | Een totalitaire samenleving.
Langzaamaan dit racisme leidden tot de discriminatie en genocide, in het bijzonder op de joden (KA).

3/3

Slide 37 - Tekstslide

H6.1 Oriëntatie Huiswerk
H6.1 Oriëntatie
lees de paragraaf
maak opdracht 2


1/2

Slide 38 - Tekstslide