Nederlands 3.1 Fictie

Wat gaan we deze les doen:
- 3.1. maken
- Leren bepalen wat het onderwerp is van een fragment, boek of tekst.
Nederlands 3.1 Fictie
Maken
Opdracht 1
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat gaan we deze les doen:
- 3.1. maken
- Leren bepalen wat het onderwerp is van een fragment, boek of tekst.
Nederlands 3.1 Fictie
Maken
Opdracht 1

Slide 1 - Tekstslide

Waarover (welk onderwerpen) lees jij het liefst?

Slide 2 - Woordweb

Onderwerp
Waar een boek over gaat in één of enkele woorden samengevat
  • Informatieve boeken kun je gemakkelijk per onderwerp indelen: dieren, Tweede Wereldoorlog, brandweer, enzovoort.
  • Ook van fictieboeken kun je zeggen wat het onderwerp is: het boek gaat daarover. 
  • Om het onderwerp te bepalen stel je de vraag: Waar gaat dit boek over?

Slide 3 - Tekstslide

Uitdrukking
Uit de hand lopen betekent: iets wordt erger
Maken
Luister en lees mee + maak opdracht 2, 3 en 4

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

Ga naar opdracht 5

Slide 6 - Tekstslide

Maken
1. Lees de tekst mee met de geluidsopname
2. Lees de nieuwe woorden (zie hotspot 'nieuwe woorden')
3. Iedereen gelezen? Vertel waar het verhaal over gaat!
Nieuw woord
tweets:   twitterberichten
boarden:   het vliegtuig instappen
alert zijn:   geconcentreerd zijn, aandachtig en oplettend zijn

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Aan de slag
  • Maak 3.1. af tot en met opdracht 15
  • Zet je geluid op mute, camera blijft aan
  • Om ... uur laat je op camera je werk zien 
  • We kijken het werk gezamenlijk na (zorg dat je een rode pen / stift hebt!)

SUCCES! :) 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide