2bkm - samenvatting hoofdstuk 3

2bkm
Samenvatting hoofdstuk 3
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

2bkm
Samenvatting hoofdstuk 3

Slide 1 - Tekstslide

Vocabulary
Vertaal de woordjes van Nederlands naar Engels.
20 seconden voor elk woord.
13 woordjes

Slide 2 - Tekstslide

publiek

Slide 3 - Open vraag

doorbraak

Slide 4 - Open vraag

repeteren

Slide 5 - Open vraag

ten eerste

Slide 6 - Open vraag

teleurstellend

Slide 7 - Open vraag

indrukwekkend

Slide 8 - Open vraag

spannend, opwindend

Slide 9 - Open vraag

prachtig, schitterend

Slide 10 - Open vraag

kaskraker

Slide 11 - Open vraag

aflevering

Slide 12 - Open vraag

nieuwe versie

Slide 13 - Open vraag

vervolg

Slide 14 - Open vraag

Ondertiteling

Slide 15 - Open vraag

Stones
Vertaal de zinnen van Nederlands naar Engels.
60 seconden voor elke zin.
5 zinnen.

Slide 16 - Tekstslide

Wat vond je van het optreden dat de band gaf?

Slide 17 - Open vraag

Het is perfect om aanaangesloten te kijken.

Slide 18 - Open vraag

Ik vond het voorspelbaar en saai.

Slide 19 - Open vraag

De nieuwe superheldenfilm draait al een paar weken in de bioscoop.

Slide 20 - Open vraag

De serie is prachtig, maar de nieuwe versie ziet er nog beter uit.

Slide 21 - Open vraag

Grammatica 5
Bijvoeglijke naamwoorden. 
- Zegt iets over een mens, dier of ding. 
- Staat meestal voor het woord waar het iets over zegt
- bij am, are, is, look, seem staat het achter het woord.

He watched a funny film.
She looks amazing.

Slide 22 - Tekstslide

Wat is het bijvoeglijk naamwoord? Schrijf het woord op.
The girl is reading an interesting magazine.

Slide 23 - Open vraag

Wat is het bijvoeglijk naamwoord? Schrijf het woord op.
The boy is playing on his new guitar.

Slide 24 - Open vraag

Schrijf de hele zin op INCLUSIEF het bijvoeglijk bijwoord tussen haakjes.
I live in a home. (beautiful)

Slide 25 - Open vraag

Schrijf de hele zin op INCLUSIEF het bijvoeglijk bijwoord tussen haakjes.
John went to the store. (busy)

Slide 26 - Open vraag

Schrijf de hele zin op INCLUSIEF het bijvoeglijk bijwoord tussen haakjes.
The man won the lottery. (lucky)

Slide 27 - Open vraag

Schrijf de hele zin op INCLUSIEF het bijvoeglijk bijwoord tussen haakjes.
Sira has a dress. (pretty)

Slide 28 - Open vraag

Grammatica 6 - present perfect
Wanneer: 
- Ervaringen tot nu toe
- Dingen die in het verleden zijn begonnen en nu nog bezig zijn. 

Hoe: 
- have / has + voltooid deelwoord.            (voltooid deelwoord = ww+ed / 3e rijtje op de lijst)

Uitzonderingen:
- werkwoord eindigt op 1 klinker + medeklinker? verdubbel de medeklinker!            stop -> stopped
- werkwoord eindigt op medeklinker + y? y wordt vervangen door -ied                       copy -> copied

Slide 29 - Tekstslide

Schrijf alleen de Present Perfect op.
Karen ..... me an e-mail. (send)

Slide 30 - Open vraag

Grammatica 6 - present perfect
Wanneer: 
- Ervaringen tot nu toe
- Dingen die in het verleden zijn begonnen en nu nog bezig zijn. 

Hoe: 
- have / has + voltooid deelwoord.            (voltooid deelwoord = ww+ed / 3e rijtje op de lijst)

Uitzonderingen:
- werkwoord eindigt op 1 klinker + medeklinker? verdubbel de medeklinker!            stop -> stopped
- werkwoord eindigt op medeklinker + y? y wordt vervangen door -ied                       copy -> copied

Slide 31 - Tekstslide

Schrijf alleen de Present Perfect op.
Dave and Pat ...... the museum. (visit)

Slide 32 - Open vraag

Schrijf alleen de Present Perfect op.
I ..... at the pet shop. (to be)

Slide 33 - Open vraag

Schrijf alleen de Present Perfect op.
Marcus .... an accident. (have)

Slide 34 - Open vraag

Schrijf alleen de Present Perfect op.
Emily ..... her room. (paint)

Slide 35 - Open vraag