De docent heeft een rol als coach. Per fase van De Leescyclus is deze rol anders. In de
inspiratiefase is het van wezenlijk belang dat de docent de leerling enthousiasmeert.
Dat lukt alleen als hij zelf ook een enthousiast(e) lezer is (Applegate & Applegate
2004). In de keuzefase zal de docent leerlingen goed moeten bevragen over de door
hen gelezen boeken en over hun interesses. Daarnaast is het onontbeerlijk dat de
docent zelf veel boeken gelezen heeft, zodat hij de weg kan wijzen en kan adviseren.
Ook dient hij kennis te hebben van verschillende websites (zoals bijvoorbeeld
www.lezenvoordelijst.nl) die de leerling op weg helpen om zichzelf als lezer te leren
kennen en om een geschikt boek te kiezen. In de fase ‘Lezen’ is het van belang dat de
docent oog heeft voor verschillende manieren van lezen en voor de leesomgeving.
Tijdens de verdiepingsfase zal hij leerlingen een repertoire aan verdiepingsopdrachten
moeten kunnen aanbieden, zodat er voor iedereen een passende opdracht te kiezen
valt.