= niet om één of andere groep van vromen of uitverkorenen
= reële armen en noodlijdenden!
Slide 15 - Tekstslide
De Zaligsprekingen
die armen en noodlijdenden = door Jezus gelukkig geprezen
-> Zij mogen van geluk spreken
= niet omdat zij het slecht hebben
= wel omdat aan miserabele toestand einde zal komen!
-> Gods heerschappij = Rijk Gods
Slide 16 - Tekstslide
De Zaligsprekingen
In Jezus ontfermt God zelf zich over de armen en de verdrukten
God kiest niet alleen de zijde van naakten, dorstigen en hongerigen
maar Hij identificeert er zich mee.
Sterker nog: de noodlijdende ander = de aanwezigheid van God zelf
(cf. Mt. 25)
Slide 17 - Tekstslide
Mt 25, 44-45
44 Dan zullen ook zij antwoorden en zeggen: Heer, wanneer hebben wij U hongerig gezien of dorstig als vreemdeling of naakt of ziek of in de gevangenis, en hebben wij niet voor U gezorgd?
45 Daarop zal Hij hun antwoorden: Voorwaar, Ik zeg u: al wat gij niet voor
een van deze geringsten hebt gedaan, hebt gij ook voor Mij niet
gedaan.
Slide 18 - Tekstslide
De Zaligsprekingen
= niet enkel een belofte
= oproep!
+
een mogelijke levensweg voor ons vandaag
Slide 19 - Tekstslide
2. WBL
Ga naar Teams > Godsdienst
Open Class Notebook > eigen mapje > 2. Werkbladen en impulsen > 8 Spirituele wegwijzers
Maak de opdrachten in puntje 3 Geïnspireerd door Bijbelse wegwijzers: een waargebeurd verhaal
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Beluister Genesis 4, 1-16 via bijgevoegde link en lees tegelijk mee de tekst zodat je goed de tekst begrijpt.
Open Class Notebook > eigen mapje > 2. Werkbladen en impulsen > 8 Spirituele wegwijzers
Lees de tekst in puntje 4: De 10 woorden als spirituele wegwijzers en 5: Gods' wegwijzers naar een betere samenleving en vul je in je notities de ontbrekende woorden aan.
Slide 24 - Tekstslide
Ex 20, 1-17
Slide 25 - Tekstslide
Ex 20, 1-17
Slide 26 - Tekstslide
Ex 20, 1-17
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Video
r U
LOST?
Slide 29 - Tekstslide
Einde van deze les :-)
Slide 30 - Tekstslide
Wat zou je na deze les moeten kunnen of weten?
Je weet dat er in ons leven allerhande wegwijzers zijn, letterlijk en figuurlijk.
Je kan uitleggen wat men bedoelt met spirituele wegwijzers.
Je weet dat iemands waarden(oriëntatie) wordt beïnvloed door de tijd en het land waarin je leeft, door je cultuur, je opvoeding, doorgegeven en persoonlijke ervaringen, je levensbeschouwing…
Je weet dat we doorheen de Bijbelse traditie, gegroeid vanuit ervaringen en inzichten van generaties gelovige mensen, door middel van verhalen en teksten kennismaken met (typisch) waarden die aansluiten bij de christelijke geloofsovertuiging.
Je kan verduidelijken dat Bijbelverhalen ook ons een spiegel voorhouden en aan het denken zetten over onze eigen (kern)waarden en ons eigen handelen in het leven.
Je kan weet dat Bijbelse verhalen en fragmenten mensen als een soort wegwijzers. mensen een soort waardenoriëntatie en leidraad voor het leven aanreiken tot op de dag van vandaag.
Je beseft dat gedurende eeuwen de Bijbel een belangrijke plaats in het leven van mensen heeft.
Je kan voorbeelden geven en herkennen van (typisch) christelijke/Bijbelse kernwaarden.
Je weet dat naastenliefde, solidariteit, barmhartigheid, solidariteit, gelijkwaardigheid, vergevingsgezindheid, nederigheid, dienstbaarheid... belangrijke christelijke/Bijbelse waarden zijn.
Je hebt een respectvolle houding t.o.v. andere meningen en kan je eigen mening op een respectvolle wijze delen met anderen.
Slide 31 - Tekstslide
Wat zou je na deze les moeten kunnen of weten?
Je kan de voorkeursliefde voor de meest kwetsbaren toelichten en je weet dat het een christelijke/Bijbelse kernwaarde is.
Je weet dat de Westerse cultuur doordesemd is van waarden die in oorsprong joods-christelijk zijn.
Je weet dat christenen aan algemeen-menselijke waarden een uniek karakter geven.
Je weet dat christenen hun waardenoriëntatie ontlenen aan de figuur van Jezus Christus en Zijn leven en woorden als leidraad nemen (= navolging).
Je weet dat de christelijke traditie ook specifiek christelijke waarden aan bod brengt die men niet terugvindt in bijvoorbeeld het humanisme. zoals bijvoorbeeld de waarde van vergiffenis - zevenmaal zeventig keren - en de oproep om ook vijanden lief te hebben.
Je kan uitleggen dat In de Bijbel waarden niet alleen te maken hebben met de relatie tussen mensen onderling (horizontaal), maar ook met de relatie van de mens tot God, en van God tot de mens (verticaal).
Je weet wat de Zaligsprekingen zijn en dat ze deel uitmaken van de Bergrede (Mt 5-7).
Je weet dat de Bergrede een belangrijke redevoering (= toespraak) was van Jezus op een berg /heuvel aan het meer van Galilea.
Je weet dat de Zaligsprekingen (Mattheüs 5, 1-12) zowat 'de basis voor het christelijke leven' vormen en een duidelijk beeld geven van wat het betekent om een discipel van Jezus te zijn.
Je hebt een respectvolle houding t.o.v. andere meningen en kan je eigen mening op een respectvolle wijze delen met anderen.
Slide 32 - Tekstslide
Wat zou je na deze les moeten kunnen of weten?
Je weet dat christenen ervan overtuigd zijn dat ze door het leven volgens de waarden van de Zaligsprekingen gelovigen niet alleen dichter bij God leven, maar ook een positief verschil maken in de wereld om hen heen.
Je weet dat de Bergrede gezien wordt als een fundamentele samenvatting van Jezus' boodschap.
Je weet dat de Bergrede een diepgaande kijk biedt op de ethische en morele normen van het Koninkrijk van God /Rijk Gods (= rechtvaardige, gelukkige samenleving).
Je weet dat de Bergrede gelovigen oproept tot een radicale toewijding en transformatie in hun houding en gedrag.
Je weet dat de Bergrede, maar ook de andere woorden van en verhalen over Jezus een leidraad geven, ook aan mensen vandaag.
Je weet dat Jezus in de Zaligsprekingen een aantal mensen (armen, hongerigen, verdrietigen...) gelukkig prijst, niet omdat zij het slecht hebben, maar wel omdat aan miserabele toestand einde zal komen door Gods heerschappij (= Rijk Gods).
Je kan het verband uitleggen tussen de geluksdriehoek en de Zaligsprekingen en hoe beiden mensen perspectief op en bouwstenen voor een gelukkiger leven trachten te bieden.
Je kan verduidelijken dat Jezus door zijn manier van leven toont dat God niet alleen de zijde van naakten, dorstigen en hongerigen kiest.
Je kan verduidelijken dat voor christenen de ontmoeting met een noodlijdende een ontmoeting met God is.
Je kan Mt 25, 44-45 verduidelijken.
Slide 33 - Tekstslide
Wat zou je na deze les moeten kunnen of weten?
Je weet dat de Zaligsprekingen niet enkel een belofte, maar ook een oproep inhouden en zo ook uitnodigt tot het bewandelen van een mogelijke levensweg (=christelijke levensweg = de weg van Jezus = navolgen van Jezus) .
Je kan uitleggen dat een geloof/een (gelovige) levensbeschouwing richting kan geven aan iemands leven.
Je beseft dat Bijbelverhalen voor mensen een (spirituele) wegwijzer(s )(kunnen) zijn.
Je kan uitleggen hoe de 10 woorden (vb. Gij zult niet doden) mensen (ook vandaag) een soort spiegel voorhouden en hen laten nadenken over het leven en tegelijk richting (= wegwijzer) geven aan hun leven.
Je weet dat je het verhaal van de 10 geboden kan lezen in het boek Exodus.
Je weet dat Mozes van God de 10 geboden op de berg Sinaï ontvangt tijdens de uittocht uit Egypte.
Je kan toelichten dat de 10 woorden spirituele wegwijzers zijn.
Je weet dat de 10 woorden/geboden het kloppende hart zijn van de Thora en kan verduidelijken dat ze tegelijk levensbestemming als ook levenshouding of -project zijn.
Het woord ‘decaloog’ kennen en correct kunnen vertalen.
Je kan verduidelijken dat Exodus 20,1-17 twee soorten voorschriften bevat, godsdienst en mensendienst, die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.
Slide 34 - Tekstslide
Wat zou je na deze les moeten kunnen of weten?
Je kan het Exodusverhaal verduidelijken als een bevrijdingsverhaal met de 10 woorden als sleutel tot een gelukkig en rechtvaardig leven.
Je weet dat in de Bijbelse traditie het Beloofde Land symbool staat voor een rechtvaardige wereld, een samenleving waarin mensen mekaar zien als broeders en zusters, waar men uitdrukkelijk kiest voor verbondenheid en solidariteit.
Je weet wie Kaïn en Abel en ook wie Adam en Eva zijn.
Je kan verduidelijken wat men bedoelt met 'een hoeder voor je broeder zijn'.
Je kan verduidelijken op welke manier we in dit verhaal geen op wraak belust godsbeeld zien, maar juist een beeld van een barmhartige God.
Je weet dat in de Bijbelse traditie de begrippen ‘farao’ en ‘Egypte’ symbool staan voor een maatschappij op basis van onderdrukking en slavernij, van heren en knechten, van concurrentie en verdeeldheid.
Je kan de symboliek van de Bijbelse beelden: farao, Egypte, (door de) woestijn moeten gaan.(cf. de beproeving van Jezus in de woestijn,) Beloofde land uitleggen.
Je kan uitleggen in welke zin een piramide symbool staat voor onderdrukking en verdeeldheid.
Slide 35 - Tekstslide
Wat zou je na deze les moeten kunnen of weten?
Je kan uitleggen waarom de cirkel een goed symbool is om verbondenheid en dus de Hebreeuwse/Bijbelse/christelijke levenshouding te duiden.
Je kan de zinnen ‘God is daar waar mensen er zijn voor mekaar’ en ‘godsdienst is mensendienst en mensendienst is godsdienst’ kunnen verduidelijken vanuit de 10 woorden als spirituele wegwijzers.
Je kan verduidelijken hoe de 10 woorden duidelijk maken dat geloven en God dienen ook een dienstbare houding t.o.v. de medemens inhoudt.
Je kan verduidelijken wat het verschil is tussen kiezen voor de IK-tocht (= egoïsme/ verdeeldheid/…) en de Wij-tocht (=verbondenheid…).
Je kan de keuze voor verdeeldheid koppelen aan de begrippen hebzucht, heerszucht en eerzucht (cf. de beproeving van Jezus in de woestijn).
Je kan in actuele /(on)geziene voorbeelden herkennen of hierbij sprake is van kiezen voor verbondenheid of verdeeldheid.
Je weet dat de godsnaam Jahweh oftewel JHWH , die in veel gelovige kringen niet uitgesproken wordt en vertaalt wordt als de Heer, betekent: Ik ben (er voor u) en één van de vele namen is die in de Bijbelse traditie aan de Bijbelse God gegeven wordt.