Stoplichtmethode en Crisisontwikkelingsmodel

Stoplichtmethode en Crisisontwikkelingsmodel
Module 8 VP 3e leerjaar
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Stoplichtmethode en Crisisontwikkelingsmodel
Module 8 VP 3e leerjaar

Slide 1 - Tekstslide

Hamsteren valt onder niet fysiek onbegrepen gedrag
ja
nee

Slide 2 - Poll

Al het gedrag wat we niet kunnen herleiden noemen we onbegrepen gedrag
waar
niet waar

Slide 3 - Poll

Lesprogramma
Uitleg crisisontwikkelingsmodel en stoplicht methode
Invullen schema toetsing Psycho-educatie
Zelfwerkzame tijd

Slide 4 - Tekstslide

Het crisisontwikkelingsmodel
Agressie is er niet opeens. 
Het bouwt op. 
In de spanningsopbouw zijn patronen te ontdekken die per persoon specifiek zijn. 
Agressor en benadeelde

Er zijn verschillende fases waarin zowel de agressor als de benadeelde oplopende spanning ervaren en men verschillende soorten gedrag vertoont.
 

In fase 3 verdwijnt de controle. Mensen gebruiken fysiek geweld of gooien met spullen. De dreiging is groot en men is niet meer voor rede vatbaar. De situatie is gevaarlijk.
In fase 4 is de rust teruggekeerd. Dit is het moment waarop de agressor en de benadeelde terug kunnen kijken op de situatie, al gebeurt dat vaak niet vanzelf en is niet iedereen schuldbewust.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Fasen van gedrag
In fase 0 is er geen sprake van agressie, maar van rust en ontspanning. Elk persoon geeft daar op een andere manier vorm aan. Zo geniet de een van een film, serie, muziek of boek en de ander tuiniert of sport.
In fase 1 verandert de sfeer. Onrust en spanning ontstaan. Sommige mensen zijn door de ontstane spanning bang om controle over hun gedrag te verliezen. Ook hier verschilt het gedrag per persoon. Sommige mensen worden onrustig, beweeglijk of luidruchtig. Weer anderen trekken zich terug of zijn emotioneler dan normaal.

Slide 7 - Tekstslide

fasen van gedrag
In fase 2 nemen de onrust en spanning voelbaar toe. Men heeft zich vaak niet volledig in de hand. Veranderingen in het lijf zijn voelbaar; het adrenalinegehalte neemt toe, mensen gaan zweten, de bloeddruk verhoogt en mensen krijgen hartkloppingen. Het gedrag kan de vorm aannemen van schelden, dreigen of aanvallen. Er worden grenzen overschreden. Anderen kunnen zich juist volledig terugtrekken en onbenaderbaar worden.
In fase 3 verdwijnt de controle. Mensen gebruiken fysiek geweld of gooien met spullen. De dreiging is groot en men is niet meer voor rede vatbaar. De situatie is gevaarlijk.
In fase 4 is de rust teruggekeerd. Dit is het moment waarop de agressor en de benadeelde terug kunnen kijken op de situatie, al gebeurt dat vaak niet vanzelf en is niet iedereen schuldbewust.

Slide 8 - Tekstslide

Kijkersvragen
Welke vormen van crisis komen in de docu naar voren?
Welke reacties van van zorgvragers zie je in de docu naar voren komen.
Geef voorbeelden van gedrag op crisissituaties van je eigen cliënten

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Stoplichtmethode

Slide 11 - Tekstslide

Start met de opdracht signaleringsplan
Lees de opdracht goed door
Ga met je medestudent aan de slag


Slide 12 - Tekstslide

Zelfwerkzame tijd

Slide 13 - Tekstslide