In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Onderdelen in deze les
Afronden H1
Grenzen en identiteit
proeftoets
Slide 1 - Tekstslide
Wat is de betekenis van "gesloten grens"
A
grens tussen gebieden met een eigen bestuur
B
grens die door mensen is bedacht
C
grens die moeilijk te passeren is en vastligt
D
een combinatie van opvallende kenmerken
Slide 2 - Quizvraag
Open grens
Gesloten grens
Zachte grens
Harde grens
Schiphol
Grens Noord- Holland/Zuid- Holland
Grens Belgie-Nederland
Grens VS-Mexico
Slide 3 - Sleepvraag
Tussen welke landen tref je een gesloten grens aan?
A
Engeland en Schotland
B
Nederland en Duitsland
C
Engeland en Frankrijk
D
België en Nederland
Slide 4 - Quizvraag
Rusland heeft een paar jaar geleden de Krim ingelijfd. Wat is een ander woord voor ''inlijven''
A
annexeren
B
uitsluiting
C
insluiting
D
Brexit
Slide 5 - Quizvraag
Welk van de volgende woorden heeft te maken met insluiting?
A
Acceptatie
B
Discriminatie
C
Groepscode
D
Kledingvoorschrift
Slide 6 - Quizvraag
Wat is uitsluiting ?
A
een grens die moeilijk te passeren is en vastligt
B
het niet accepteren van een persoon of een bevolkingsgroep door een groep met een andere identiteit
C
geaccepteerd worden in een
groep met een andere identiteit
Slide 7 - Quizvraag
5 PLAATJES HOREN BIJ CULTUUR!
CULTUUR
GEEN CULTUUR
Slide 8 - Sleepvraag
Zelfstandigheid en onafhankelijkheid. De andere landen erkennen dit alleenrecht.
12 zeemijl (22 kilometer) van de zee die bij NL hoort
Al het land en water dat binnen de landsgrenzen ligt.
Territoriale wateren
Soevereniteit
Territorium
Slide 9 - Sleepvraag
Friesland is een soeverein land.
A
Goed
B
Fout
Slide 10 - Quizvraag
Een voorbeeld van een bestuurlijke regio is...
A
De duinen
B
Schiphol
C
De Westerse wereld
D
Zuid-Holland
Slide 11 - Quizvraag
Vijf schaalniveaus: zet in volgorde van groot naar klein schaalniveau.
1.
2.
3.
4.
5.
Continentaal
Mondiaal
Lokaal
Nationaal
Regionaal
Slide 12 - Sleepvraag
4 dimensies: Welk voorbeeld hoort bij welke dimensie
Sociaal
Politiek
milieu
gemeenten van verschillende landen werken samen
uitwisselingsprogramma
voor school
vervuiling in de rivier
Slide 13 - Sleepvraag
Wat is pluriformiteit?
A
Er komen weinig verschillende culturen voor in een land.
B
Mensen kunnen niet goed samenleven in een land.
C
Er komen veel verschillende culturen voor in een land.
D
Een ruimtelijke scheiding van groepen mensen.
Slide 14 - Quizvraag
De sociale samenhang in Nederland is afgenomen door de ontkerkelijking
A
Waar
B
Niet waar
Slide 15 - Quizvraag
In een wijk in een grote stad wonen verschillende groepen mensen met verschillende identiteiten goed samen. Er zijn geen problemen. Mensen respecteren elkaar.
A
Tolerantie
B
Participatie
C
Segregatie
D
ontkerkelijking
Slide 16 - Quizvraag
Met welke kenmerken kun je de leefbaarheid van een woonwijk bepalen?
Slide 17 - Open vraag
Overal in Nederland worden in achterstandswijken sportvelden aangelegd. Wat is het verband tussen sociale ongelijkheid en de oprichten van dit soort sportveldjes.
Slide 18 - Open vraag
Waarom vindt de overheid integratie belangrijk?
Slide 19 - Open vraag
Waarom is maatschappelijke segregatie slecht voor de integratie?