In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
H3 Goederenontvangst
3A Voorraad in de winkel
3B Lossen
3C Controleren met vrachtbrief
3D Controleren met pakbon
3E Opslaan van goederen
3F Verpakkingen
3G Veilig werken
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen en waarom gaan we dit doen?
* Begrippen leren die voorkomen bij het onderdeel laden en lossen.
Slide 2 - Tekstslide
Wat moet je weten voordat er een vrachtwagen met artikelen komt?
Je weet hoeveel leveringen je kunt verwachten
Je weet of er genoeg mensen zijn om te helpen
Je weet of de juiste transportmiddelen klaar staan
Slide 3 - Tekstslide
Wat zijn retourgoederen?
A
goederen die geleverd worden
B
goederen die op de pakbon staan
C
goederen die verkeerd zijn bezorgd of niet aan de eisen voldoen
D
goederen waar statiegeld op zit
Slide 4 - Quizvraag
Retourgoederen
Retourgoederen zijn goederen die verkeerd zijn bezorgd of niet aan de eisen van de winkelier voldoen. [kapot of kwaliteit niet goed]
Slide 5 - Tekstslide
Wat is emballage? (meerdere antwoorden goed)
A
lege flessen
B
rolcontainer
C
wegwerppallets
D
kledingrekken
Slide 6 - Quizvraag
Emballage
Emballage is verpakkingsmateriaal waar statiegeld op zit. Bijvoorbeeld pallets, rolcontainers, kledingrekken of bakken waar planten in hebben gezeten.
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Welke hulpmiddelen zijn om vracht te laden/ lossen?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Wat is een vrachtbrief?
Slide 13 - Open vraag
Vrachtbrief
Op vrachtbrief staat: Adres van de winkelier en de leverancier Wie het vervoer moet betalen [vrachtkosten] Aantal geleverde colli
Slide 14 - Tekstslide
Wie weet wat een colli is?
Slide 15 - Tekstslide
Wat is een colli?
A
een verpakking
B
een brief die de chauffeur mee heeft
C
meerdere verpakkingseenheden
D
vracht
Slide 16 - Quizvraag
Colli
Colli zijn aantal dozen of andere verpakkingseenheden waarin de artikelen worden vervoerd. [1 collo en meerdere colli]
Slide 17 - Tekstslide
Wat is een kwantitatieve controle?
Slide 18 - Open vraag
Kwantitatieve controle
Kwantiteit is een ander woord voor hoeveelheid of aantal
Deze controle doe je aan de hand van de vrachtbrief
Slide 19 - Tekstslide
Wat is de kwalitatieve controle
Slide 20 - Open vraag
Kwalitatieve controle
Na het sorteren is het tijd voor de kwalitatieve controle
Hiervoor gebruik je de pakbon in plaats van de vrachtbrief
Je kijkt hierbij naar de kwaliteit van de goederen, de staat van de goederen. Je kijkt of de goederen beschadigd zijn en of het de juiste goederen zijn.
Slide 21 - Tekstslide
Wat is derving?
A
een product
B
kapot
C
lege schap
D
tellen van de producten
Slide 22 - Quizvraag
Derving
Derving is verlies dat ontstaat als artikelen kapotgaan, bederven, worden gestolen of op een andere manier zoekraken
Slide 23 - Tekstslide
Wat zijn opslagmethodes?
Weet iemand welke 4 manieren er zijn om goederen op te slaan?
Slide 24 - Tekstslide
De 4 opslagmethodes
Op de vloer
Op een vlonder of pallet
In een stelling
In een koel- of vriescel
Slide 25 - Tekstslide
Wat zijn seizoenartikelen?
Slide 26 - Tekstslide
Seizoensartikelen
Seizoenartikelen verkoop je in een bepaald seizoen meer dan in een ander seizoen [korte broeken of slippers]
Slide 27 - Tekstslide
Wat zijn fast movers?
Slide 28 - Tekstslide
Fast mover
Een fast mover [snelloper] is een artikel dat snel wordt verkocht.
Zullen deze artikelen dan vooraan of achteraan in het magazijn staan?
Slide 29 - Tekstslide
Wat zijn slowmovers?
Slide 30 - Tekstslide
Slow mover
Een artikel dat niet zo snel wordt verkocht, heet een slow mover [langzaamloper]
Zullen deze artikelen dan vooraan of achteraan in het magazijn staan?
Slide 31 - Tekstslide
Omverpakking
Artikelen komen binnen in een verpakking. Meerdere artikelen zijn bij elkaar in een verpakking gestopt. Een verpakking om een aantal kleine artikelen heet een omverpakking > kartonnen doos om de blikjes cola
Slide 32 - Tekstslide
Consumentenverpakking
De verpakking waarin de consument [klant] een artikel koopt heet de consumentenverpakking. Deze verpakking maakt het artikel voor de klant herkenbaar en aantrekkelijk.
Slide 33 - Tekstslide
Pictogram
Een pictogram is een afbeelding of symbool. De pictogrammen op een verpakking geven aanwijzingen hoe je moet omgaan met dit artikel. [Dit heet ook wel een etiket.
Slide 34 - Tekstslide
Behandelingsetiketten
Een behandelingsetiket geeft aan hoe je de goederen bij het vervoer en de opslag moet behandelen.
Wat betekenen deze behandelingsetiketten?
Slide 35 - Tekstslide
Wat is een gevarenetiket?
Slide 36 - Tekstslide
Gevarenetiket
Een gevaren etiket waarschuwt je voor gevaren. Sommige goederen bevatten stoffen die gevaarlijk zijn voor de gezondheid van de mens. Deze goederen zijn verplicht voorzien van een gevaren etiket.
Slide 37 - Tekstslide
Weet iemand waar je op moet letten als je artikelen gaat tillen?