2.2 Zuivere stoffen en mengsels

Start van de les
- Rustige binnenkomst, direct naar je eigen tafeltje (klasopstelling).

- Check bij jezelf: jas/pet/kauwgom?

- Tablet blijft in de tas. Werkspullen pak je voor je.

- Zachtjes overleg tot timer is afgelopen. Lesstart -> aandacht naar voren.

- leesmoment (lezen theorie uit je lesboek).
Lezen basisstof 2, daarna verder lezen of herhalen van basisstof 1.


timer
2:00
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScienceMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Start van de les
- Rustige binnenkomst, direct naar je eigen tafeltje (klasopstelling).

- Check bij jezelf: jas/pet/kauwgom?

- Tablet blijft in de tas. Werkspullen pak je voor je.

- Zachtjes overleg tot timer is afgelopen. Lesstart -> aandacht naar voren.

- leesmoment (lezen theorie uit je lesboek).
Lezen basisstof 2, daarna verder lezen of herhalen van basisstof 1.


timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

2.2 Zuivere stoffen en mengsels
2.2 Zuivere stoffen en mengsels
Bladzijde 42

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Leerdoelen vandaag
Je benoemt:

het verschil aangeven tussen zuivere stoffen en mengsels;

wat een oplossing en een suspensie is en geeft voorbeelden;

hoe je stoffen kunt scheiden door middel van filtreren en extraheren.

Slide 4 - Tekstslide

Mengsels en zuivere stoffen
  • Zuivere stof: wanneer de stof uit alleen uit dezelfde stofdeeltjes (moleculen) bestaat.
  • Mengsel: een stof dat uit twee of meer verschillende stofdeeltjes bestaat.

Slide 5 - Tekstslide

zuivere stof
mengsel

Slide 6 - Sleepvraag

tablets omdraaien

Slide 7 - Tekstslide

Zuivere stof of mengsel? 

Slide 8 - Tekstslide



Oplossing
  • Oplossing: wanneer een stof oplost in een oplosmiddel (meestal water)
  • Een oplossing is altijd helder: je kan er doorheen kijken 
  • Een oplossing kan kleurloos of gekleurd zijn




Suspensie
  • Suspensie: kleine vaste deeltjes die zweven in een vloeistof. 
  • Een mengel is troebel: ondoorzichtig, je kan er niet doorheen kijken. 
  • Een mengsel kan wit of gekleurd zijn.​


Mengsels

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Extraheren en filtreren
De geur en smaakstoffen uit de koffie halen noemen we extraheren.
  • Extraheren (letterlijk 'eruit trekken') scheiding door oplosbaarheid. 
     
  • Filtreren: scheiding door verschil in deeltjesgrootte.
  • Filter: 'koffie' stroomt er makkelijk doorheen, koffiedik/prut kan dat niet.
  • Filtraat: dat wat door de filter heen gaat. (koffie)
  • Residu: dat wat in het filter achterblijft (koffiedik)



Slide 11 - Tekstslide

Residu


Filtraat

Slide 12 - Tekstslide

Residu
Filtraat

Slide 13 - Sleepvraag

Thee met suiker is een ...................., want het is




 .................... en blijft .................... goed gemengd. 
Oplossing
Suspensie
Troebel
Helder
Wel
Niet

Slide 14 - Sleepvraag

Sinaasappelsap is een ...................., het blijft .................... 




goed gemengd, want de sliertjes in het vruchtvlees zakken .................... naar de bodem. 
Oplossing
Suspensie
Wel
Niet
Wel
Niet

Slide 15 - Sleepvraag

Een energiedrank zoals redbull is een  ...................., 




want het is .................... en blijft .................... goed gemengd. 
Oplossing
Suspensie
Troebel
Helder
Wel
Niet

Slide 16 - Sleepvraag

Karnemelk is een  ...................., 




want het is .................... en blijft .................... goed gemengd. 
Oplossing
Suspensie
Troebel
Helder
Wel
Niet

Slide 17 - Sleepvraag

tablets omdraaien

Slide 18 - Tekstslide

Afsluiting check
Je benoemt:

het verschil aangeven tussen zuivere stoffen en mengsels;

wat een oplossing en een suspensie is en geeft voorbeelden;

hoe je stoffen kunt scheiden door middel van filtreren en extraheren.

Slide 19 - Tekstslide

Ik snap de leerdoelen:
Je kunt het verschil aangeven tussen zuivere stoffen en mengsels.
Je kunt oplossingen en suspensies onderscheiden.
Je kunt beschrijven hoe je stoffen kunt scheiden door middel van extraheren of filtreren.
A
Ja, ik begin het te begrijpen
B
Nee, ik begrijp het nog niet
C
Sommige dingen wel, sommige dingen niet.

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Video

Aan de slag!
Basisstof 2 
- Opdrachten 1 t/m 9 (blz. 42)

Strijders
Opdracht 10 en 11

Proef Zout & Bloem
Ga hiermee aan de slag zodra je de opdrachten hebt gemaakt EN hebt nagekeken.
De instructie (stappenplan) ligt geprint voor je klaar.


Quiz-time! Klik hier

Slide 22 - Tekstslide

Extra uitleg fijn?
Hieronder vind je extra uitleg (filmpjes en tekst)

Slide 23 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Veel stoffen zijn opgebouwd uit kleine deeltjes. Deze deeltjes worden moleculen genoemd. 

Slide 24 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Veel stoffen zijn opgebouwd uit kleine deeltjes. Deze deeltjes worden moleculen genoemd. 
  • Zuivere stoffen bestaan uit een soort molecuul. 
  • Alle moleculen in een zuivere stof zien er hetzelfde uit.

Slide 25 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Veel stoffen zijn opgebouwd uit kleine deeltjes. Deze deeltjes worden moleculen genoemd. 
  • Zuivere stoffen bestaan uit een soort molecuul. 
  • Alle moleculen in een zuivere stof zien er hetzelfde uit.
  • Kristalsuiker is een voorbeeld van een zuivere stof.

Slide 26 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Als meerdere zuivere stoffen worden samengevoegd ontstaat er een mengsel.

Slide 27 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Als meerdere zuivere stoffen worden samengevoegd ontstaat er een mengsel.
  • Mengsels bestaan uit meerdere soorten moleculen. 
  • De moleculen in een mengsel zien er verschillend uit.

Slide 28 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Als meerdere zuivere stoffen worden samengevoegd ontstaat er een mengsel.
  • Mengsels bestaan uit meerdere soorten moleculen. 
  • De moleculen in een mengsel zien er verschillend uit.
  • Frisdranken zijn voorbeelden van mengsels.

Slide 29 - Tekstslide

Zuivere stof/ mengsel

Slide 30 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Oplossingen
Als je een vaste stof mengt met een vloeistof en die vloeistof wordt helder, dan heb je te maken met een oplossing.

Slide 31 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Oplossingen
Als je een vaste stof mengt met een vloeistof en die vloeistof wordt helder, dan heb je te maken met een oplossing.

  • Een voorbeeld van een oplossing is thee.

Slide 32 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Oplossingen
Als je een vaste stof mengt met een vloeistof en die vloeistof wordt helder, dan heb je te maken met een oplossing.

  • Een voorbeeld van een oplossing is thee.
  • De geur, kleur en smaak deeltjes zijn zo klein dat ze niet meer zichtbaar zijn. 

Slide 33 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Oplossingen
Als je een vaste stof mengt met een vloeistof en die vloeistof wordt helder, dan heb je te maken met een oplossing.

  • Een voorbeeld van een oplossing is thee.
  • De geur, kleur en smaak deeltjes zijn zo klein dat ze niet meer zichtbaar zijn. 
  • Een oplossing bevat een oplosmiddel (vloeistof)

Slide 34 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Oplossingen
Als je een vaste stof mengt met een vloeistof en die vloeistof wordt helder, dan heb je te maken met een oplossing.

  • Een voorbeeld van een oplossing is thee.
  • De geur, kleur en smaak deeltjes zijn zo klein dat ze niet meer zichtbaar zijn. 
  • Een oplossing bevat een oplosmiddel (vloeistof)
Een oplossing blijft ALTIJD gemengd.

Slide 35 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Suspensies
Als je een vaste stof mengt met een vloeistof en die vloeistof wordt troebel, dan heb je te maken met een suspensie.

Slide 36 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Suspensies
Als je een vaste stof mengt met een vloeistof en die vloeistof wordt troebel, dan heb je te maken met een suspensie.
  • Een voorbeeld van een suspensie is verf.

Slide 37 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Suspensies
Als je een vaste stof mengt met een vloeistof en die vloeistof wordt troebel, dan heb je te maken met een suspensie.
  • Een voorbeeld van een suspensie is verf.

  • Een suspensie is een vloeistof waarin een fijn verdeelde vaste stof zweeft.

Slide 38 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Suspensies
Een ander voorbeeld van een suspensie is een mengsel van grond en water.

Slide 39 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Suspensies
Een ander voorbeeld van een suspensie is een mengsel van grond en water.

  • Als je een suspensie een tijdje laat staan dan zakt de vaste stof naar de bodem.
  • We noemen dit bezinken.

Slide 40 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Filtreren
Je kunt stoffen in een mengsel op allerlei manieren van elkaar scheiden. Een suspensie kun je scheiden door te filtreren.

Slide 41 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Filtreren
Je kunt stoffen in een mengsel op allerlei manieren van elkaar scheiden. Een suspensie kun je scheiden door te filtreren.
  • De vaste deeltjes blijven achter in het filter: residu

Slide 42 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Filtreren
Je kunt stoffen in een mengsel op allerlei manieren van elkaar scheiden. Een suspensie kun je scheiden door te filtreren.
  • De vaste deeltjes blijven achter in het filter: residu
  • De vloeistof die door het filter heen gaat: filtraat.

Slide 43 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Extraheren
Je kunt stoffen in een mengsel op allerlei manieren van elkaar scheiden. Extraheren wordt bijvoorbeeld gebruikt bij het zetten van koffie of thee.

Slide 44 - Tekstslide

Zuivere stoffen en mengsels
Extraheren
Je kunt stoffen in een mengsel op allerlei manieren van elkaar scheiden. Extraheren wordt bijvoorbeeld gebruikt bij het zetten van koffie of thee.

  • Je gebruikt een vloeistof (oplosmiddel) om de geur, kleur en smaakstoffen uit de koffiebonen of theeblaadjes te halen.

Slide 45 - Tekstslide

Gesnapt? Lekker bezig!

Slide 46 - Tekstslide