Lezen hst 3 - Verbanden en signaalwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Goedemorgen!

We gaan deze les aan de slag met lezen (blz. 40/45) van hoofdstuk 2.

Wat gaan we doen?

- Terugblik 

- Starten met hst. 2 lezen (verbanden en signaalwoorden);

- Korte video bekijken;

- Oefenen op de iPad (Lessonup);

- Oefenen met opdracht.

Lesdoel

Je kunt/weet:

verbanden en signaalwoorden in een tekst herkennen en begrijpen.

Welk tekstverband hoort bij het signaalwoord 'vroeger'?

1. opsommend
2. chronologisch (tijd)
3. redengevend
4. voorwaarde

Welk tekstverband hoort bij het signaalwoord 'zoals'?

1. oorzaak-gevolg
2. chronologisch (tijd)
3. voorbeeld
4. redengevend

Signaalwoorden geven altijd een tekstverband aan.

1. Waar
2. Niet waar

Wat zijn signaalwoorden voor een tegenstelling:

1. zoals
2. allereerst
3. maar
4. daarentegen

Signaalwoorden: eerst, daarna, vervolgens horen bij:

1. Opsommend
2. Tegenstellend
3. Chronologisch

De schrijver gebruikt bij het beschrijven van stappen de signaalwoorden eerst, vervolgens, daarna en tenslotte.
Met deze signaalwoorden wordt .. ...... beschreven.

1. de tegenstelling
2. de volgorde

bijvoorbeeld, neem nou, zo, zoals, onder andere...
Signaalwoorden horen bij:

1. volgorde van tijd
2. voorbeeld
3. opsomming

Deze signaalwoorden horen bij...
toen, dan, vervolgens, eerst, nadat

1. voorbeeld
2. opsomming
3. volgorde van tijd

Signaalwoorden voor een argument zijn:

1. Ten eerste, vervolgens, ook
2. Omdat, daarom, want
3. Maar, echter, immers

Welk verband heeft deze signaalwoorden: dus en kortom

1. Opsomming
2. conclusie
3. Reden
4. tegenstelling

Welk tekstverband hoort bij de signaalwoorden 'ook' en 'bovendien'?

1. tegenstelling
2. opsomming
3. voorbeeld

Welk tekstverband hoort bij de signaalwoorden 'waarmee' en 'door middel van'?

1. tegenstelling
2. opsomming
3. voorbeeld
4. doel-middel

Welk tekstverband hoort bij de signaalwoorden 'indien' en 'als...(dan)'?

1. tegenstelling
2. opsomming
3. voorwaarde
4. doel-middel

Zelf oefenen

1.  Bekijk de theorie op blz. 40 goed. Ik verwacht van jullie dat je het schema inmiddels kunt dromen. Zo niet, leren!!

2. Maak opdracht 1 en 2 op blz. 41/43

3. Klaar?  Opdracht 3* blz. 44

Huiswerk

Huiswerk:

- Opdracht 2 blz. 42/43

Evlauatie

Lesdoel:

Ik kan/ weet:  verbanden in een tekst herkennen en begrijpen.

Wat weet je?
Wat gaat goed?

Wat vind je nog lastig?