Spel informeel - formeel

Formeel en informeel taalgebruik


Aan mensen die je kent (bekenden) schrijf je informeel. 

Aan mensen die je niet kent (onbekenden) of ouderen schrijf je formeel. 

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Formeel en informeel taalgebruik


Aan mensen die je kent (bekenden) schrijf je informeel. 

Aan mensen die je niet kent (onbekenden) of ouderen schrijf je formeel. 

Slide 1 - Tekstslide

Geachte heer/ mevrouw,
Past goed bij een......
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 2 - Quizvraag

Bij een persoonlijke brief, gebruik je:
A
je, jij
B
altijd u
C
kan allebei

Slide 3 - Quizvraag

Welke woord hoort bij een persoonlijke brief / e-mail?
A
Geachte
B
Hoi
C
Met vriendelijke groet,
D
Hoogachtend,

Slide 4 - Quizvraag

Je schrijft een e-mail naar je beste vriendin. Je hebt twee kaartjes gewonnen voor Pinkpop. Je vraagt of ze mee wil.

Welke onderwerpregel vind je de beste?
A
Kaartjes
B
Heb je zin om mee te gaan naar Pinkpop?
C
Kaartjes voor Pinkpop
D
Gewonnen

Slide 5 - Quizvraag

Je schrijft de zakelijke e-mail aan Lars Wouters. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte meneer Wouters,
B
Geachte Lars Wouters,
C
Geachte heer,
D
Geachte heer Wouters,

Slide 6 - Quizvraag

Met welk woord begint de aanhef van een zakelijke e-mail altijd?
A
Beste
B
Geachte
C
Hallo
D
Hey

Slide 7 - Quizvraag

Je schrijft de zakelijke e-mail aan de klantenservice van de Hema. Welke aanhef gebruik je?
A
Geachte klantenservice,
B
Geachte Hema,
C
Geachte heer/mevrouw,
D
Geachte medewerker,

Slide 8 - Quizvraag

Wat komt in een zakelijke brief VOOR de inleiding?
A
Afsluiting
B
Kern
C
Adres van geadresseerde
D
Aanhef

Slide 9 - Quizvraag

Welke woord hoort bij een persoonlijke brief / e-mail?
A
Geachte
B
Hoi
C
Met vriendelijke groet,
D
Hoogachtend,

Slide 10 - Quizvraag

Ik wil mijn nieuwe camera laten repareren bij de zaak waar ik die gekocht heb. Ik schrijf een ..................................... e-mail naar die afdeling.


A
zakelijke
B
persoonlijke

Slide 11 - Quizvraag

Waar schrijf ik mijn adresgegevens in een zakelijke brief?
A
Op de voorkant van een enveloppe.
B
Bovenaan de brief.
C
Onderaan de brief.
D
Is niet nodig bij een zakelijke brief.

Slide 12 - Quizvraag

Wat schrijf je boven een brief als je de niet weet hoe diegene heet?
A
Geachte mevrouw, meneer,
B
Je schrijf hoi boven de brief.
C
Je verzint zelf een naam.
D
Je zet er niets boven.

Slide 13 - Quizvraag

Wat schrijf je achter het onderwerp van een zakelijke brief?

Slide 14 - Open vraag

In de inleiding schrijf je....
A
kort waarom je schrijft.
B
wie je bent en hoe oud je bent.
C
wat je verwacht van de lezer.

Slide 15 - Quizvraag