In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 20 min
Onderdelen in deze les
toekomstverkenning 2040
Slide 1 - Tekstslide
Doel:
Samen nadenken over de gevolgen die deze inzichten kunnen hebben in ons werk en wat ons wellicht nog te wachten staat
Slide 2 - Tekstslide
Trend 1:
Veranderende samenstelling van de Nederlandse bevolking: afvlakkende bevolkingsgroei, toenemende diversiteit en vergrijzing
Slide 3 - Tekstslide
Hoeveel miljoen mensen hebben we in 2034 in Nederland wonen
A
17,8
B
18,9
C
19,6
D
20,7
Slide 4 - Quizvraag
Wie is de dader van discriminatie en pestgedrag in het HBO onderwijs voor studenten met een migratieachtergrond?
A
mede studenten
B
docenten
C
stage bedrijven
D
ondersteunend personeel v.d. onderwijsinstelling
Slide 5 - Quizvraag
20% van de nederlands is 65 jaar op ouder op 1-1-22. Hoeveel zijn daarvan 100+?
A
950
B
1675
C
2 595
D
3421
Slide 6 - Quizvraag
Grijze druk:
Aantal 65-plussers t.o.v. aantal 20- tot 65-jarigen
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
De ontwikkeling van het aantal mbo-studenten naar niveau.
Slide 9 - Tekstslide
Hoeveel % van de vrouwen zijn in 2050 hoger opgeleid?
A
31%
B
39%
C
41%
D
48%
Slide 10 - Quizvraag
Hoeveel % van de mannen zijn in 2050 hoger opgeleid?
A
31%
B
39%
C
41%
D
48%
Slide 11 - Quizvraag
trend 2
Geo-economie en onzekere economische ontwikkeling
Slide 12 - Tekstslide
Ontwikkeling rangorde landen naar omvang economie op basis van CEBR 2021
Slide 13 - Tekstslide
trend 3
Arbeidsmarkt van de toekomst; nieuwe vaardigheden en aanhoudende krapte
Slide 14 - Tekstslide
In de toekomst zullen AI schrijvers, zoals ChatGTP, veel werk van juristen en andere tekstschrijvers uit handen kunnen nemen?
A
dat verwacht ik wel
B
dat verwacht ik niet
Slide 15 - Quizvraag
Technologische ontwikkeling maakt het steeds belangrijker om – naast specifieke beroepsgerichte vaardigheden – ook te investeren in brede vaardigheden die nodig zijn om te kunnen werken in een hoog technologische wereld. Welke zijn dat?
Slide 16 - Open vraag
Vaardigheden die nodig zijn om te kunnen werken in een hoog technologische wereld
analytisch-cognitieve vaardigheden (kritisch denken, probleemoplossend denken en handelen),
persoonlijke vaardigheden (zelfregulering, ondernemend denken en handelen, oriëntatie op jezelf en je loopbaan).
Slide 17 - Tekstslide
Wat voor kennis is nodig?
just-in-time education (leer de kennis en vaardigheden op het moment dat je ze nodig hebt) beter, dan een just-in-case education benadering (leer de kennis en vaardigheden voor het geval dat je het nodig hebt)
Slide 18 - Tekstslide
Arbeidsmarktperspectief
slecht voor economie, administratie en handel, transport en logistiek
goed voor voedsel, natuur en leefomgeving (mbo 3 en mbo 4) en techniek, bouw en procesindustrie (mbo 4).
Slide 19 - Tekstslide
trend 4
Toenemend belang van regio’s
Slide 20 - Tekstslide
trend 5
Toenemende prestatiedruk
Slide 21 - Tekstslide
Bij wie is de prestatiedruk (eventueel) groter? als we het hebben over generatie Z (1997-2010)
A
Meiden
B
jongens
C
deze is nagenoeg gelijk
Slide 22 - Quizvraag
trend 6
polarisatie in de samenleving
Slide 23 - Tekstslide
Hoeveel % van de Nederlanders vertrouwt het merendeel van het nieuws?
A
43%
B
48%
C
50%
D
56%
Slide 24 - Quizvraag
Trend 7
digitalisering
Slide 25 - Tekstslide
trend 8
versnelling van de kenniscirculatie
Slide 26 - Tekstslide
trend 9
klimaat transitie
Slide 27 - Tekstslide
Hoeveel % van de Europeanen tussen de 65 en 74 moeten beschikken over basale digitale vaardigeden? (Volgens het plan van de Europese Commissie)
A
65%
B
70%
C
75%
D
80%
Slide 28 - Quizvraag
Bij elke beroepen zit het grootste knelpunt voor de klimaattransitie?