Havo/Vwo 3 - haben en sein + voltooid deelwoord zwakke en sterke ww (okt 2024)

Haben of sein 
+
voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavo, havoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Haben of sein 
+
voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Schrijf alles op wat je over de voltooide tijd van zwakke werkwoorden weet.

Slide 2 - Woordweb

sparen
Das Kind ... viel Geld ...

Slide 3 - Open vraag

spielen
Die Kinder ..... gut ......

Slide 4 - Open vraag

arbeiten
Wir ... bis fünf Uhr .....

Slide 5 - Open vraag

informieren
Warum ...... du deine Eltern nicht ........?

Slide 6 - Open vraag

warten
Der Junge ... auf den Bus ...

Slide 7 - Open vraag

sein
....... ihr in Berlin ...?

Slide 8 - Open vraag

folgen
Die Polizei ... dem Dieb ...

Slide 9 - Open vraag

arbeiten
Ich ... bei H&M ...

Slide 10 - Open vraag

retten
Der Bademeister ... das Kind ...

Slide 11 - Open vraag

Haben of sein 
+
voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden

Slide 12 - Tekstslide

10 sterke werkwoorden in het Duits

Slide 13 - Woordweb

helfen
Ich ........ meinen Freund bei den Hausaufgaben ........... .

Slide 14 - Open vraag

gehen:
Wir ....... gestern ins Kino .......

Slide 15 - Open vraag

fahren
....... ihr mit dem Auto in Urlaub (vakantie) .......

Slide 16 - Open vraag

stehen:
Die Bücher ......... auf dem Tisch (tafel) ..........

Slide 17 - Open vraag

anfangen: (let hier op!!)
Er ....... um 9 Uhr mit der Arbeit .........

Slide 18 - Open vraag

geben:
Sie (enkv) ....... mir ein Geschenk .......

Slide 19 - Open vraag

beginnen:
Der Kurs ...... letzte Woche .........

Slide 20 - Open vraag

geschlafen:
Ihr ......... letzte Nacht sehr gut .........!!

Slide 21 - Open vraag

tragen:
Sie (u) ........ einen schweren Rucksack .........


Slide 22 - Open vraag

nehmen:
Wir ......... die falsche Abzweigung (afslag) .........

Slide 23 - Open vraag

bremsen
Ich ... ...

Slide 24 - Open vraag

klagen
Herr Schmitt, warum ... Sie ...?

Slide 25 - Open vraag

sein
Wir ..... in Berlin .....

Slide 26 - Open vraag