4mavo H11.2 Energie

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Startklaar
- Laptop
- Binas
- Telefoon in ZAKKIE
- Jas uit en over je stoel
- Naambordje

Slide 2 - Tekstslide

Wat neem je mee?
- Boek
- Laptop
- Geo
- Rekenmachine
- Pen/potlood/gum
- Ruitjesschrift of ruitjespapier in de multomap
- BINAS

Slide 3 - Tekstslide

Sleep op de juiste plek:
Elektrische energie
Warmte
Stralingsenergie
Bewegingsenergie

Slide 4 - Sleepvraag

Een windmolen heeft een vermogen van 3 MW. Bereken hoeveel energie de windmolen in 24 uur opwekt.

Slide 5 - Open vraag

Zonnepanelen
Een zonnepaneel bestaat uit zonnecellen
De zonnecellen zetten stralingsenergie om in elektrische energie
Een zonnepaneel levert in Nederland een vermogen van 300 W bij ideale omstandigheden
Dat wordt het piekvermogen genoemd
 

Slide 6 - Tekstslide

Zonnepanelen
De spanning van een zonnepaneel is niet direct te gebruiken. 
Je hebt een omvormer nodig om er 230 V van te maken

Slide 7 - Tekstslide

Rendement

Slide 8 - Tekstslide

Rendement

Slide 9 - Tekstslide

Een led-lamp heeft een vermogen
van 10 W.
Wat betekent vermogen?
A
Energie per seconde
B
Energie per uur
C
Energie per minuut
D
Energie per jaar

Slide 10 - Quizvraag

Reken om naar kW: P = 9000 W

Slide 11 - Open vraag

Reken om naar W: P = 0,43 kW

Slide 12 - Open vraag

Leerdoelen
Je kunt de werking van een transistor en condensator uitleggen.

Je kunt met symbolen tekenen hoe je een transistor in een automatische schakeling opneemt.

Je kunt de overeenkomsten en verschillen tussen een relais en transistor benoemen.

Slide 13 - Tekstslide

Wat zijn fossiele brandstoffen? Noem ook een voorbeeld

Slide 14 - Open vraag

E = P × t
E: Elektrische energie in joule (J)
P: Elektrische vermogen in watt (W)
t: Tijd in seconde (s)

Slide 15 - Tekstslide

Wat is een condensator?
A
een bewegende component
B
een component dat elektrische energie op kan slaan
C
een elektronische schakelaar
D
een batterij

Slide 16 - Quizvraag

Wat gebeurt er als er geen stroom in de basis van een transistor loopt?
A
de transistor staat UIT
B
de transistor wordt warm
C
de transistor is defect
D
de transistor staat AAN

Slide 17 - Quizvraag

Hoeveel aansluitpunten heeft een transistor?
A
één
B
drie
C
vier
D
twee

Slide 18 - Quizvraag

Uit welke onderdelen bestaat een elektromagneet?

Slide 19 - Open vraag

Sleep naar de juiste plek:
Basis
Emitter
Collector

Slide 20 - Sleepvraag

Noem twee verschillen tussen een transistor en een relais.

Slide 21 - Open vraag

Sleep de namen naar de juiste componenten
LDR
Transistor
Weerstand
Condensator
NTC

Slide 22 - Sleepvraag

Sleep de waardes naar de juiste plaats
2 mA
89 mA
91 mA

Slide 23 - Sleepvraag

Aan de slag
Maak van §9.4 opgave 1 t/m 3, 5, 6, 7, 9  (blz 49)

Slide 24 - Tekstslide

Begrippen uit deze les
  • Transistor
  • Collector
  • Emitter
  • Basis
  • Condensator 

Slide 25 - Tekstslide

Begrippen uit deze les

Slide 26 - Tekstslide


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 27 - Open vraag


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 28 - Open vraag