Burgerschap Arbeid Les 1 thema 1 Werk

Les 1 Werken
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Les 1 Werken

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen: aan het einde van deze les
  • kun je uitleggen wat arbeid is en wat basisbehoeften zijn;
  • kun je verschillende redenen noemen waarom mensen werken;
  • ben je bewust van het nut van je eigen werk;
  • heb je inzicht in je primaire en secundaire behoeften en de kosten hiervan.

Slide 2 - Tekstslide

Loopbaan en burgerschap
Economische dimensie: Werk en inkomen

Slide 3 - Tekstslide

Werk en inkomen
Wat is het nut van werken?
  • Geld verdienen
  • Voorzien in behoeften
  • .............?

Slide 4 - Tekstslide

Wat vind jij? Het belangrijkste van werk is voor jou..
dat ik er geld mee verdien
dat ik het leuk vind om te doen
dat ik met mensen in contact kom
dat ik ervan leer/nuttig voel
mijn collega's

Slide 5 - Poll

Wat vind jij? Slapend rijk worden zou ideaal zijn.
Eens
Oneens

Slide 6 - Poll

Wat vind jij? Werken geeft status.
Eens
Oneens

Slide 7 - Poll

Wat vind jij? Ik vind mijn werk...
Vervelend, ik ga omdat het moet
Wel oke, ik heb wel ergere baantjes gehad of gezien
Wel leuk, ik vind het niet erg
Wel leuk, ik vind het niet erg

Slide 8 - Poll

In welke sector werk je?
Bezorging
Dienstverlening/zorg
Winkel/detailhandel
Horeca
Industrie
Overige

Slide 9 - Poll

Hoeveel werk je?
Ik heb geen (bij)baan
Ik werk 1 tot 8 uur per week
Ik werk 8 tot 16 uur per week
Ik werk meer dan 16 uur per week

Slide 10 - Poll

Slide 11 - Tekstslide

Wat voor soorten werk zijn er?

- Loondienst
- Ondernemen 
- Stage
- Vrijwilligerswerk 

Slide 12 - Tekstslide

Waarom werken?
- Geld verdienen
- Bezig zijn
- Jezelf ergens beter in maken
- Sociaal contact
-  Je nuttig voelen


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Zodra je geen stappen maakt op je werk, ben je de loser
Eens
Oneens

Slide 15 - Poll

Wat zijn basisbehoeften?

Slide 16 - Woordweb

Basisbehoeften
Werk is leuk en belangrijk, maar het zorgt er ook voor dat je geld verdient.

Dit geld gebruik je om te voorzien in jouw behoeften: primaire behoeften (basisbehoeften) en secundaire behoeften.

Basisbehoeften zijn de behoeften van een mens aan voedsel, woonruimte, kleding, veiligheid en gezondheidszorg. Secundaire behoeften zijn de extra's (luxe).

Slide 17 - Tekstslide

Piramide van Maslow
Wanneer je een inkomen hebt, kun jij je in deze behoeften voorzien. Werk zorgt er dus niet alleen voor dat jij je kan voorzien in je basisbehoeften, maar dat je behoeften op andere vlakken ook bevredigd kunnen worden. De piramide van Maslow laat zien wat de menselijke behoeften zijn en in welke gradatie deze staan t.o.v. andere behoeftes

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Link

Wat is het verschil tussen formele arbeid en informele arbeid?

Slide 21 - Open vraag

 Formele en informele arbeid
  • Formeel: is geregistreerd door overheidsinstanties. Dit betekent dat de arbeid bekend is bij de overheid en dat er belasting over moet.

  • Informeel: Geen verplichte registratie of juist bewust niet verplichte registratie voor arbeid

Slide 22 - Tekstslide

Werk en inkomen
Niet alleen voor jou als persoon is werken goed, maar ook voor een bedrijf en onze samenleving.
Bedrijf: Bedrijf kan doelstellingen bereiken door zijn werknemers.
Samenleving: Bijdrage aan welvaart en onze maatschappij

Slide 23 - Tekstslide

Loon
Je werkgever houdt over je bruto  loonbelasting en premies volksverzekeringen (samen loonheffing) in. Deze betaal je dus in feite zelf, maar de werkgever regelt dat alvast voor je. 
Wat resteert is je nettoloon.


De premies volksverzekeringen zijn:

Algemene ouderdomswet (AOW); 
Algemene nabestaandenwet (ANW)
Wet langdurige zorg (WLZ).

Slide 24 - Tekstslide

Loon
Nettoloon

Nettoloon is het bedrag dat je op je rekening ontvangt. Je werkgever heeft hierover al belasting ingehouden.

(Bron: Belastingdienst.nl)

Slide 25 - Tekstslide

Loon
Alles wat je werkgever zelf betaalt over je brutoloon heet werkgeverslasten.
Werkgeverslasten: De premies voor werknemersverzekeringen die voor rekening van de werkgever komen, de bijdrage van de werkgever aan sociale zekerheid.

Slide 26 - Tekstslide

Loon
Je werkgever betaalt dus voor jou:
- premies werknemersverzekeringen, zoals voor werkloosheid, ziekte en arbeidsongeschiktheid (WW) (WAO) (WIA)
- bijdrage Zorgverzekeringswet 
(Bron: belastingdienst.nl)
Hij houdt deze premie dus niet in op het loon van de werknemer. De overheid stelt elk jaar in januari en in juli de hoogte van deze premies vast.

Slide 27 - Tekstslide

Afspraken
Arbeidsovereenkomst: Afspraak tussen werkgever en werknemer, waarbij de werkgever belooft loon te betalen en de werknemer belooft werk te verrichten volgens aanwijzingen van de werkgever.
Daarnaast staan en overige afspraken in de overeenkomst, zoals.......

Slide 28 - Tekstslide

Soorten werk
  1. Loondienst
  2. Stage
  3. Vrijwilligerswerk
  4. ZZP

Slide 29 - Tekstslide

Soorten werk
  1. Loondienst - Je werkt voor iemand anders
  2. Stage - Leerling/ Student leert in de praktijk tijdens een opleiding
  3. Vrijwilligerswerk - Onbetaald/ Onverplicht werk voor anderen doen of voor de samenleving
  4. ZZP - ???

Slide 30 - Tekstslide

ZZP
"Zelfstandige zonder personeel"


Zelfstandig ondernemer, Eigen risico, vrijheid, 
verzekeringen en pensioen?

Slide 31 - Tekstslide

Loondienst
Ondernemen

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Video

Evaluatie/Reflectie
  • kun je uitleggen wat arbeid is en wat basisbehoeften zijn;
  • kun je verschillende redenen noemen waarom mensen werken;
  • ben je bewust van het *nut *van je eigen werk;
  • heb je inzicht in je primaire en secundaire behoeften en de kosten hiervan.

Slide 34 - Tekstslide

Belasting
Geld wat burgers betalen aan de overheid. 
Goederen 21%
Eten, drinken medicijnen 9%. 
Blikje cola uit de automaat: €1,20
9% = €0,11 --> Naar de staat
€1,09 --> Naar de catering

Slide 35 - Tekstslide

Belasting
Geld wat burgers betalen aan de overheid. 
Goederen 21%
Eten, drinken medicijnen 9%. 
PS4: €400
21% = €84 --> Naar de staat
€316 --> Naar de Media Markt

Slide 36 - Tekstslide

Accijns
Extra belasting op slechte producten zoals brandstof, alcohol, tabak
Benzine: €1,63 per liter
5 liter: €8,15

Slide 37 - Tekstslide

waar gaat belastinggeld naar toe

Slide 38 - Woordweb

Wat doet de staat met belastinggeld?

Slide 39 - Tekstslide

Uitgave posten van Nederland
  1. Zorg
  2. Sociale zekerheid
  3. Onderwijs
  4. Infrastructuur
  5. Defensie
  6. Justitie
  7. Buitenlandse zaken
  8. Ontwikkelingssamenwerking

Slide 40 - Tekstslide

Hoeveel kreeg de staat in 2018 aan inkomsten uit belasting en accijns?
A
Minder dan €500 miljoen
B
Meer dan €500 miljoen

Slide 41 - Quizvraag

€ 282.525.000.000
282 miljard 525 miljoen euro

Slide 42 - Tekstslide

Wat voor werk wil jij gaan doen na je opleiding?

Slide 43 - Open vraag

Waar wil je stage lopen?

Slide 44 - Open vraag

Wat vind jij belangrijker?
A
leuk werk hebben
B
veel geld verdienen
C
mij zelf ontwikkelen
D
socialer worden

Slide 45 - Quizvraag

Noem 3 eisen waaraan je moet voldoen voor een baan.

Slide 46 - Open vraag

Welke sollicitant zal aangenomen worden denk je?

Slide 47 - Open vraag