In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Goede gewoontes
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen:
- Je kunt drie goede gewoontes noemen die je hersenen fit houden.
- je noemt twee gewoontes die je kunt veranderen.
Slide 2 - Tekstslide
Filmpje!
Je gaat het filmpje over karaoke bij artsen in opleiding kijken.
Na afloop moet je kunnen vertellen waarom de artsen deze vorm van 'leren' gebruiken.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Waarom 'leren' artsen in opleiding beter/gemakkelijker door karaoke?
Slide 5 - Open vraag
goede gewoontes
Een gewoonte is iets dat je vaak op dezelfde manier doet.
Met goede gewoontes maak je het leren makkelijker.
We gaan een paar goede gewoontes bespreken.
Slide 6 - Tekstslide
EET GEZOND
Leren kost energie
Zorg dus dat je goed eet.
Goede brandstof: groente/fruit/gezonde maaltijd
slechte brandstof:
snoep/energiedrank/vet
Slide 7 - Tekstslide
snelle energie
Van slechte brandstof krijg je snel energie.
Het nadeel is dat die energie ook heel snel weer op is.
Daarna krijg je een dip die niet helpt bij het leren.
Slide 8 - Tekstslide
Hoe zit dat bij jou? Eet jij altijd gezond? Leg uit waarom!
Slide 9 - Woordweb
Beweeg genoeg
Bewegen is niet alleen goed voor je lichaam, maar ook voor je hersenen. Mensen die meer sporten kunnen zich beter concentreren, slaan informatie beter op en halen dus betere resultaten.
Slide 10 - Tekstslide
Sport jij wel eens? Hoe vaak? Wat doe je?
Slide 11 - Woordweb
Rust uit
Houd pauzes en slaap voldoende.
Wel doen: Op tijd beginnen met leren en tenminste een uur voor je gaat slapen stoppen met leren.
Niet doen: leren tot laat. Als je moe bent, sla je minder informatie op. Daarnaast scoor je beter als je uitgerust een toets maakt.
Slide 12 - Tekstslide
Wat doe jij om te rusten of te ontspannen?
Slide 13 - Woordweb
Ruim op
Een opgeruimde, frisse werkplek zorgt ervoor dat je je beter kunt concentreren.
Zorg voor:
- een opgeruimd bureau
- altijd frisse lucht
- computer en telefoon uit
- rust om je heen
Slide 14 - Tekstslide
Bij mij...
A
is m'n kamer altijd netjes en opgeruimd.
B
is mijn kamer altijd een puinhoop.
Slide 15 - Quizvraag
Mijn kamer
A
wordt door mezelf opgeruimd
B
wordt door m'n moeder of vader opgeruimd
C
Slide 16 - Quizvraag
Veranderingen
Je hebt nu geleerd wat goede gewoontes zijn om gezond te blijven en beter te kunnen leren.
Noem in de volgende slides twee slechte gewoontes die je wil/gaat veranderen in goede gewoontes.
Slide 17 - Tekstslide
Noem twee slechte gewoontes die je kunt/wilt vervangen in goede gewoontes.